10 vragen aan 1 11 Bank (^Bestuurder 9e jaargang 00/5 e-mail: a.a.j.m.ierselCq>rn.rabobank.nl fotografie: Esther Pen na rts Besturen Managen i André van lersel DIRECTEUR PERSONEEL RABOBANK GROEP i Wie is André van lersel? 'Hen HR-man in hart en nieren, met oog voor medewerkers- belang én bedrijfsbelang. Twaalf jaar binnen- en buitenlandse ervaring bij de Koninklijke Shell. In 1995 bewust voor de Rabobank gekozen en sinds dit voorjaar belast met de leiding van het directoraat Personeel. Een familyman, die wordt uitgedaagd door de wielersport. Vertaal onderlinge verhoudingen graag in sporttermen. Gericht op eerlijke samenwerking met respect voor elkaar.' Wat betekent de coöperatie voor je? 'Bij mijn keuze voor de Rabobank sprak die vorm mij ratio neel aan: mensgericht zowel naar klant als naar medewer ker. Na zo'n twee jaar werd het begrip "coöperatie" minder rationeel, maar meer gevoelsmatig.' Heb je veel contact met lokale banken? 'Zeker in mijn vorige functie als hoofd Personeel en Organisatie, waarbij ik veel te maken had met de bezetting van leidinggevende functies op de lokale banken. Nu kom ik de lokale banken intensief tegen in commissies en klank bordgroepen.' Hoe beoordeel je de kwaliteit van het zittend management? 'Niet zonder reserve. We hebben jarenlang leidinggevenden geselecteerd op basis van hun beheersmatige kwaliteiten, risicomijdend gedrag en hun grote detailkennis van het bankbedri|f. Die categorie heeft het anno 2000 buitenge woon moeilijk in een turbulente markt met kritische klan ten. En met mondige medewerkers, die geen autocratische leider, maar een coach verwachten met een geheel andere set vaardigheden. De kwaliteit van een directeur bepaalt voor een heel groot deel de kwaliteit van de bank. Het is het indi vidu niet kwalijk te nemen. In korte tijd zijn de vereisten drastisch gewijzigd. Deze constatering is overigens niet alleen van toepassing op de leiding van de lokale banken.' Hoe ontwikkelt de rol van het Directoraat Personeel zich de komen de jaren? Veel aandacht zal uitgaan naar het formuleren van HR- beleid voor de hele Rabobank Groep. Voor het kernbedrijf, de lokale banken, willen we af van theoretische en wollige beleidsstukken waarop de banken niet zitten te wachten. We willen de banken op het juiste moment handreikingen doen waarmee ze onmiddellijk aan de slag kunnen. Ik wil af van het beeld dat we prachtige theoretische concepten opstellen die in de uitvoering een schone dood sterven. In het najaar starten de banken met een nieuw systeem om directeuren te beoordelen. Ik wil dat de bestuurders en directeuren met de door ons ontwikkelde hulpmiddelen echt praktisch kunnen werken en dat ze onze ondersteuning waarderen.' Leeft de coöperatie bij medewerkers? 'Niet altijd als je hen vraagt het onder woorden re brengen, wel als je kijkt naar hun gedragskenmerken. Ook hierbij hebben de bestuurders en directeuren overigens een belang rijke voorbeeldfunctie. Van onze kant willen we de coöpera tie meer inhoud geven door ons wervingsbeleid en de belo ningsstructuur die in onze CAO is en wordt neergelegd. Ons "waardenplan" beloont medewerkers voor hun rol om de klantgerichtheid van hun bank te versterken en geen gedrag dat ik als "premiejagerij" zou willen omschrijven.' Wat was je strategische insteek bij de nieuwe CAO? 'We wilden een CAO met eigen accenten, tot stand gekomen op een wijze waaruit waardering voor onze medewerkers blijkt en waarin de wensen van de werkgevers zijn geho noreerd. Hiermee kunnen we in de komende jaren naar en CAO toegroeien, die volstrekt afwijkend zal zijn van die van andere banken. Maatwerk, inzetbaarheid en kwaliteit van de arbeid vormen de strategische kern van deze CAO. We kunnen trots zijn op het resultaat.' Geven we niet teveel uit aan opleidingen? 'Dat vind ik moeilijk te beoordelen. Jaarlijks verspijkeren we een bedrag van f 300 miljoen aan opleidingen. Dat is bovengemiddeld. Voor bepaalde groepen spenderen we te weinig, voor andere te veel. We moeten er in elk geval veel planmatiger mee omgaan. Opleidingen moeten passen in een persoonlijk ontwikkelingsplan met een meerjarig per spectief.' Wat houd je op dit moment sterk bezig? 'We leven in een sterk veranderende wereld. Welk type medewerker, welke managementkwaliteit heb je daarvoor nodig. Hoe ziet de wereld en de Rabobank er over 20 tot 25 jaar uit. Je moet nu keuzes maken die beslissend zijn voor de continuïteit van de organisatie.' Wat vind je het belang van gremia, zoals ondernemingsraden en deCAAR? 'Als betrokkenheid op mensen een wezenskenmerk is van de Rabobank, dan begrijp ik niet dat er managers bestaan die daarvan niet maximaal profiteren door een aarzelende houding ten opzichte van een OR of de CAAR. Laten we gebruik maken van mensen die meer dan gemiddeld betrokken zijn bij hun werk en bereid zijn veel energie in hun OR- of CAAR lidmaatschap te steken.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2000 | | pagina 11