J r Jr 9 'Amsterdam en Omstreken' en haar werkgebied De vertolkers van de ambitie: IIHI.UUnUNWMMn Het marktaanüppTin alle doelgroepen neemt toe tot minimaal 20%50% van de bedrijfsrelaties ziet ons als huisbankier." medewerkers meer oog te laten krijgen voor het specifieke karakter van hun bank. 'Overigens gaat het hier niet om typisch Amsterdamse problemen', zegt Hazen. Hij wijst op het intensieve overleg met de drie andere grote stadsbanken in de randstad: Rotterdam, Den Haag en Utrecht. 'Dat vormt een goede steun in de rug.' Een model met grote kans van slagen Bijzonder punt van zorg bij een coöpera tieve bank van deze grootte is - hoe kan het anders - de betrokkenheid op haar leden. 'Daarover is lang en diep nage dacht', zegt Jan Nijemanting, directeur Coöperatiezaken. 'We moesten de mense lijke maat in de nieuwe coöperatieve structuur zien vast te houden. De betrok kenheid van de leden van de drie deelne mende banken mocht niet verloren gaan.' Daarom is de basis van de nieuwe coöpe ratieve bank gevonden in drie "gewone" verenigingen die de voormalige werkge bieden vertegenwoordigen. De leden van deze verenigingen kunnen invloed uitoefe nen op de dienstverlening en beslissen over de bestemming van een deel van de winst. Zij kiezen naar verhouding - Amsterdam 45, de beide andere partners elk 15 - de 75 leden van de ledenraad van de coöperatieve bank. Vanuit die leden raad, met soortgelijke bevoegdheden als de algemene ledenvergadering, worden de collegeleden van de coöperatieve bank gekozen. 'Het heeft nog iets van een experiment', aldus Van den Busken, 'maar de twijfel ebt weg.' Van nul naar duizend leden Nijemanting, tevens ambtelijk secretaris van de drie verenigingen, kan het optimis me van zijn voorzitter staven met de erva ringen tijdens de eerste ledenvergaderin gen. Zonder noemenswaardige inspannin gen steeg de ledenbarometer van nul - er werd immers een nieuwe bank opgericht Uit het ambitiestatement: 'De medewerkers bepalen hoe de klanten de bank ervaren. Zij vormen het onder scheidend vermogen t.o.v. de concurrentie en zijn der halve de kritische succesfactor." met een vrijwillig lidmaatschap - tot boven de duizend. De eerste vergadering van de ledenraad was ook een succes. 'De structuur staat nu. We kunnen ons gaan richten op de inhoud.' Het aardige van de constructie is dat er kruisbestuiving plaatsvindt tussen de verder autonome verenigingen. 'Je ziet dat er allerlei ver bindingen ontstaan, bijvoorbeeld bestuursleden van de verenigingen die tevens zitting hebben in de ledenraad of in het bestuur van de coöperatieve bank', observeert Hazen. 'Nu we ons hebben gevoegd naar de markt, ontstaat een Vereniging Amsterdam 1 Vereniging I Vereniging Benoorden het ui Halfweg-Zwanenbim Ledenraad Raad van Toezicht Bestuur Coöperatieve Rabobank 1 Amsterdam en Omstreken I geweldige potentie. We kunnen onze dienstverlening uitbreiden en verbeteren. Het is dan ook onze ambitie in onze belangrijke markten - de bedrijvenmarkt voorop - marktaandelen van zo'n 20% te bereiken.' Balanstotaal ƒ3,5 miljard Inwoners 800.000 Aantal fte's 532 Totaal aantal Klanten 130.000 Aantal vestigingen 27 Zakelijke klanten 13.000 Bancaire productiviteit 1,21 Leden circa 1000 In en om de hoofdstad van ons land met zijn enor me reservoir aan particuliere klanten en ongeveer 60.000 bedrijven speelt zich meer dan 10% van de Nederlandse economie af. Amsterdam heeft een uitstekend vestigingsklimaat voor buitenlandse bedrijven en is het centrum voor financiële en zakelijke dienstverlening en voor distributiebedrij ven/Het is paradoxaal dat wij na de fusie de groot ste Rabobank van het land zijn, in dit werkgebied zijn wij toch nog maar maar een dreumes onder de grootbanken. Die hebben hier hun hoofdkantoren en zijn op het gebied van relatiemarketing en in netwerken vertegenwoordigd tot op het hoogste Pieter van den Busken (m) werd na de fusie op 1 juli 1999 voorzitter van het Bestuur van de nieuwe bank. In het dagelijks leven directeur-eigenaar van een Advertising en Directmarketing Bureau.Trad in 1978 aan als collegelid en was ongeveer 12 jaar bestuurs voorzitter van de voormalige Rabobank Amsterdam. Drs. Jaap Hazen (r), algemeen directeur, heeft een lange staat van dienst binnen de organisatie. Vanaf 1977 was hij werkzaam in diverse functies bij Rabo bank Nederland, directeur van Rabobank Westland Zuid-West, hoofd van het toenmalige Directoraat Effecten, regiodirecteur en als, directeur van Rabo bank Nederland, hoofd van de Stafgroepen Coöperatie en Communicatie. Jan Nijemanting, directeur Coöperatiezaken, was tot de fusie algemeen directeur van Halfweg- Zwanenburg. Begon zijn carrière bij de ABN, werkte als manager bedrijven bij de Rabobank Sloten- Badhoevedorp en was interim-manager bij de banken Amerongen en Princenhage.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2000 | | pagina 9