'Die grote behoefte
om steeds het
gevoerde debat te
herhalen brengt ons
niet verder.
De knop moet om.1
Kompassen om eigen functioneren aan te scherpen
'Met de kompassen komen we uit de sfeer van de goede bedoelingen. Ze bieden heldere
criteria om vast te stellen wat we werkelijk presteren als het om klantwaarde gaat. Ze zijn
nog verre van perfect, maar we zullen ze van jaar tot jaar, ook in afstemming met de CKV,
verder verfijnen. En dan gaat het niet om het hebben van een meetlat waarop tot de milli
meter is af te lezen wat er is gerealiseerd. De betekenis van deze kompassen zie ik in de tijd.
Ze dwingen tot het telkens opnieuw formuleren van onze doelen en verplichten iedere keer
weer te kijken naar wat ervan is terechtgebracht. En als dat niet toereikend is, moet dat ook
consequenties krijgen. Niet in de laatste plaats in de verantwoording naar de leden. Op basis
van de uitkomsten zijn de leden in staat zich een oordeel te vormen over de prestaties van
hun bank. Bestuurders moeten de uitkomsten nadrukkelijk gebruiken in de communicatie
met hen.'
Besturen/managen
dan zullen we hierin zeer zorgvuldig
moeten blijven opereren. Op het moment
dat een sfeer ontstaat van "we nemen het
niet zo nauw", ben je bezig te onthech
ten. Dan wordt het vertrouwen in geza
menlijke besluiten ondermijnd en gaat
ieder z'n eigen richting kiezen. Dan gaat
iedere vorm van democratie verloederen.'
Een traditie waarin men zich voegt
Hij is van mening dat de organisatie op
een kritisch punt is aangeland. 'Wil ons
bestel haar doelstelling, het leveren van
klantwaarde, blijven realiseren en de
samenleving blijven dienen in de dorpen
en steden van dit land, dan zullen we de
samenwerking hecht en sterk moeten
houden. Dit brengt mij tot de schijnbare
paradox dat een sterke decentrale organi
satie een sterke centrale organisatie nodig
heeft. Ergo: de lokale banken moeten
omwille van hun eigen zelfstandigheid
willen dat Rabobank Nederland sterk
kan opereren. Dat geldt met name voor
het transactieverkeer. Anderzijds moet
Rabobank Nederland die zelfstandigheid
van de aangesloten banken koesteren als
een belangrijk voordeel en dat faciliteren
door een hoogwaardige ondersteuning
met advies en diensten. Dat betekent
elkaar heel stevig aan gemaakte afspraken
binden en controleren.' Natuurlijk kun
nen daar volgens Meijer ook sancties
tegenover staan. Toch is dat niet de weg
die de voorzitter van de Raad van Beheer
op wil. Integendeel, indringend argumen
teren moet blijven volstaan. Die cultuur
moeten we overeind houden. Niet zoeken
naar de meerderheden en de minderhe
den, maar overtuigen. Stemmen doen we
als regel niet in de CKV. De daar gemaak
te keuzes worden gevolgd. We hebben een
traditie waarin men zich, na zorgvuldig
overleg en weloverwogen besluitvorming,
voegt en dat is van onschatbare beteke
nis!' Hij weet dat de buitenwereld ons
nogal eens aanvalt op een tijdrovende,
stroperige overlegcultuur. 'Onze cultuur is
pertinent niet looiig. We kunnen snel en
effectief besluiten nemen als het nodig is.
Er is een krachtige basis voor consultatie,
overleg en communicatie. Maar het is
vooral een kwestie van houding en gedrag
hoe we daar mee omgaan. Afwijkend
gedrag is een vorm van kortzichtigheid
die uiteindelijk iedereen zal schaden. Dat
kunnen we nooit op z'n beloop laten,
maar ik heb er vertrouwen in dat de toe
komst geen dwingende bemoeienis nodig
zal maken.'
Een heel urgente opdracht
Niet in de laatste plaats geldt zijn aanspo
ring de besluiten van de Coöperatie
discussie. 'We hebben flink de tijd geno
men om onze koers te bepalen en intus
sen anderhalf, twee jaar de tijd gehad om
over de uitwerking na te denken.
Ontegenzeggelijk is er al veel in bewe
ging gekomen. Maar nu komt het aan op
het daadwerkelijk met z'n allen willen
bereiken van resultaten.' Hij wijst op een
zekere weerstand tegen het werven van
meer en meer betrokken leden en het nog
maar schoorvoetend betrekken van de
medewerkers, maar ook de scheiding tus
sen bank en vereniging die soms openlijk
wordt beleden, verbaast hem. 'We hebben
daar als organisatie weloverwogen andere
keuzes gemaakt. Na onze diepgaande dis
cussie, de meningsvorming in alle open
heid, zullen we wat de coöperatie betreft
op één noemer moeten komen. Dat bete
kent niet dat we alles moeten dichttimme
ren, dat zou bepaald niet gezond zijn.
Maar als het debat is gevoerd en de con
clusies staan op papier, dan moeten daar
uit ook de consequenties worden getrok
ken. Ik merk nog wel eens een grote
behoefte om steeds het gevoerde debat te
herhalen. Dat brengt ons niet verder. De
knop moet om.' En hoewel we niet
spoorslags kunnen ombuigen wat in tien
tallen jaren is gegroeid, is met name het
opgelopen ledenverlies een heel urgente
opdracht volgens de voorzitter van de
Raad van Beheer. 'We moeten gaan vol
doen aan de maatstaven die we onszelf
hebben opgelegd. Doelbewust onze plan
nen tot uitvoering brengen en de daad bij
het woord voegen. De bal ligt voor het
inschieten!