l7 Een te gemakkelijke weg Scholten is het met deze opmerking eens. 'Natuurlijk mogen dergelijke maatregelen geen afbreuk doen aan de door ons zozeer gekoesterde klantwaarde. Onze klanten kregen in het verleden vaak het gevoel dat we iets van hen afnamen als wij onze kosten wilden drukken. Je moet zulke maatregelen goed communiceren en duidelijk maken hoe een kostenreductie uiteindelijk in het voor deel van de klanten gaat werken. De introductie van de geldautomaat waardoor het balieverkeer terugliep en er tijd vrijkwam voor advisering, vind ik daarvan een goede illustratie.' De Rabobank Steenwijk-Brederwiede beschikt over elf kantoren voor in totaal 45.000 inwo ners van het gebied. Het sluiten van kantoren lijkt dus een gemakkelijke oplossing voor een forse kostenreduc tie. Scholten vindt dat een te gemakkelijke weg. 'We zou den daar grote aarzeling bij hebben. Klantwaarde bete kent voor ons in dit verband juist het - weliswaar beperkt - openhouden van ons kantorennet. Voor het besparen van kosten hebben we legio alternatieven. In de komende maanden gaan we heel consequent alle kosten posten nalopen, ook bepaalde personeelskosten. Mis schien biedt een beter energiemanagement mogelijk heden. Onze publiciteitskosten kunnen wellicht worden teruggebracht. En zo is er nog heel wat te verdienen.' Kool ziet ook mogelijkheden in de sfeer van het perso neel. 'De groei daarvan is met name het gevolg van een groter volume van de dienstverlening. Als deze terug loopt en we er bovendien in slagen efficiënter te werken, Pim Kool:Onze medewerkers kunnen een belangrijke rol spelen. zijn we flexibel genoeg om ook de personeelsomvang aan te passen. We hebben te maken met een steeds mobieler personeelsbestand. Daarom ontmoet ik in mijn Onderne mingsraad ook geen afweer om dergelijke onderwerpen ter sprake te brengen.' Geen voordeelscenario De discussie over de Cost en de Baet speelt in de ogen van Scholten bij vrijwel iedere bank. 'De waarschuwende signalen van de kant van Rabobank Nederland zijn goed begrepen. Tegelijkertijd is het voor mij een raadsel dat sommige banken voortgaan hun vermogen, dat in een periode van een eeuw voor een niet onbelangrijk deel door vorige generaties is opgebouwd, aan de huidige leden uit te delen. De rol van Rabobank Nederland vind ik in dat opzicht ook weinig duidelijk. We hebben toch met elkaar de afspraak gemaakt het voordeelscenario te verlaten?' Kool nuanceert dit met de constatering dat uit recent onderzoek is gebleken dat materieel voordeel wel degelijk belangrijk is om klanten voor het lidmaatschap te interesseren. Beide directeuren verwachten het nodige van Rabobank Nederland. Allereerst natuurlijk dat ook daar orde op zaken wordt gesteld. 'Maar daarnaast denk ik dat Rabo bank Nederland de banken scherp zal moeten houden met benchmarks, goede cijfermatige analyses en een ade quate ondersteuning', aldus Kool. Scholten zou dit wen senlijstje nog willen uitbreiden: 'Ik denk aan een veel betere ondersteuning bij de opzet van samenwerkingsver banden, bij voorbeeld in de sfeer van de back-office acti viteiten. Dat is een buitengewoon complexe materie, waarbij Rabobank Nederland tot nu toe veel te weinig initiatieven heeft genomen en de banken zelf het wiel laat uitvinden. Voor een grote centrale organisatie met "maar" 440 klanten moet dat toch mogelijk zijn?' Minder vrijblijvendheid Voor Vriend is deze opmerking aanleiding de verande rende interne verhoudingen nog 'ns scherp tegen het licht te houden. 'In het verleden spraken wij ook over onze "klanten" als we de lokale banken bedoelden. Dat bete kende dat we voor iedere (ondersteunings)vraag een ant woord zochten. Door de grote diversiteit van de lokale banken was dat feitelijk een onmogelijke opgave die dan ook in veel gevallen tot teleurstellingen leidde. We kijken nu anders naar onze verhoudingen. Rabobank Neder land AB is samen met de lokale banken te beschouwen als het binnenlands bankbedrijf van de Rabobank. Daar binnen hebben wij een faciliterende rol. Zakelijk en zon der franje. Het nieuwe distributiebeleid past goed in die nieuwe benadering. Wij faciliteren dus geen individuele oplossingen meer die niet of nauwelijks bruikbaar zijn voor grote delen van de organisatie. Tegen die achter grond zullen we de komende jaren banken ook onder steunen in het project de Cost en de Baet. Zo wordt de banken als voorbereiding op de jaarplanning een over zicht aangereikt met heel concrete verbeteringen. Daar mee kunnen ze direct aan de slag. In 2000 komen we met voorstellen om bestaande procedures en werkwijzen te verbeteren, zoals op het terrein van de klantenbediening, de back-office activiteiten, normen bij nieuw- en ver bouw, enzovoorts. Maar - en dat wil ik met nadruk stel len - de nieuwe rol van Rabobank Nederland AB in het binnenlands bankbedrijf moet leiden tot minder vrijblij vendheid over en weer.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1999 | | pagina 17