w
6
Een toenemend
vermogen om
van huiten naar
binnen te kijken
veel tijd en energie gevergd. Allemaal noodzakelijk,
iedere organisatie zal periodiek zo'n fase doormaken,
maar nu kunnen en moeten we ons weer voluit op de
buitenwereld oriënteren. Tot mijn genoegen ervaar ik een
toenemend vermogen om van buiten naar binnen te
kijken.' Een teken daarvan noemt Smits een zekere onge
rustheid die naar voren komt uit vragen
van lokale banken over de voortgang van
onze Europese activiteiten. 'Ik deel die
ongerustheid overigens niet. Maar het is
wel een zaak van lange adem. Onze
coöperatieve partners in Europa zien
zeker het belang in van samenwerking
over de landsgrenzen, maar een aantal
van hen is nog sterk hezig hun nationale organisatie op
orde te brengen. Toch verwacht ik dat we op afzienbare
termijn tot zaken komen en allianties aangaan om binnen
enkele jaren op Europees niveau diensten op het gebied
van vermogensbeheer, investment banking en wholesale
banking, en wellicht ook op het gebied van Private
Banking en verzekeringen, te kunnen leveren. Daarnaast
houden we het oog gericht op nationale en internationale
acquisities, zoals recent de overname door De Lage
Landen van Tokai Financial Services in de V.S. en de
samenwerking op pensioengebied tussen Interpolis en de
Van Spaendonkgroep.'
Penetratie in grootbedrijf
Smits verwacht ook veel van het initiatief om de lokale
banken verder te faciliteren bij de bewerking van het
Geen scheiding tussen bank en coöperatie
'Het ledenvraagstuk vind ik een typisch voorbeeld van
onze traditionele manier van denken, het kijken van bin
nen naar buiten in plaats van andersom. In onze wijsheid
dachten we dat het lidmaatschap alleen vanuit het kun
nen meebesturen aantrekkelijk zou moeten kunnen zijn.
Daarop hebben we ons gericht en er tot nu toe betrekke
lijk weinig energie in gestoken.Toen we het echter aan
onze klanten vroegen, bleek maar liefst 40% van hen om
uiteenlopende redenen geïnteresseerd in een lidmaat
schap van de Rabobank. Ik realiseer me best dat we er met
die constatering niet zijn. We zullen dit najaar goede pro
gramma's opstellen, waarbij we inhaken op de uiteenlo
pende lidmaatschapsmotieven van onze klanten. Zij bepa
len of ze lid willen worden, wij niet. We moeten het
lidmaatschap wel zien in het verlengde van onze bancaire
dienstverlening. Dus geen scheiding tussen bank en
coöperatie. Dat maakt het voor onze medewerkers ook
gemakkelijker en uitdagender hun klanten voor het lid
maatschap te interesseren. Voor een directeur moet een
goed ledenbeleid net zoveel uitdaging bieden als een
goed financieringsbeleid. Bij de Rabobank behoren beide
facetten tot het bancaire ondernemen.'
grootbedrijf waar het marktaandeel van de Rabobanken
nog steeds achterblijft. Ook dit onderwerp is geagen
deerd voor de CKV. 'Met de middenmarktteams hebben
veel banken al ervaring kunnen opdoen in die markt. En
de resultaten daarvan zijn in het algemeen positief. Straks
krijgen ze de beschikking over een eigen bancaire eenheid
die hen mankracht en know-how beschikbaar stelt bij de
marktbewerking van het grootbedrijf in hun eigen werk
gebied. Ook zal deze eenheid bemiddelen om voor com
plexe bancaire producten Rabobank International in te
schakelen. Een stevige progressie in dit marktsegment
behoort absoluut tot de prioriteiten van onze strategie.'
De komende CKV wordt ongetwijfeld een boeiende.
Smits verheugt zich op de discussies 'met bestuurders en
directeuren die - ondanks het feit dat de te behandelen
onderwerpen er niet eenvoudiger op worden - beschik
ken over een goed bestuurlijk gevoel, hoofd- van hijza
ken kunnen onderscheiden en precies kunnen vertellen
wat het belang van alle voorstellen is voor de organisatie
en voor hun eigen hank.'
Smits: 'Ik zou wensen dat dat ondernemerschap ook bij de mensen van
Rabobank Nederland wat sterker in de genen zou zitten.