Eerst de medewerkersdan de leden
Terugkijkend op een geslaagde operatie met van links
naar rechts: Jan Willem Brink, llona Töth, Co Vos en
Willem Louwers.
I e Rabobank Midden-Langstraat is drie jaar gele
den ontstaan uit een fusie tussen de banken Waal
wijk en Sprang-Capelle. De bank met thans 110
fte's en een balanstotaal van een kleine 900 miljoen gul
den heeft een dominante positie in de particulieren markt
en penetreert met succes in de bedrijvenmarkt. Sinds
begin dit jaar wordt de bank geleid door Willem Lou
wers, een ervaren bankier met ruim 25 dienstjaren - in
hoofdzaak in de sfeer van de kredietverlening - bij Rabo
bank Nederland. 'Ik vind dit een prachtbaan. Je ziet
resultaten van je werk in financiële zin, maar meer nog in
het belang dat je klanten bij onze dienstverlening hebben.
Het engagement van mijn veelal jonge medewerkers
inspireert mij geweldig.' Zijn voorzitter, Co Vos, eigenaar
van een technische groothandel in tuinbouwapparatuur,
vervult zijn bestuursfunctie sinds de fusie. Daarvoor was
hij bij de Rabobank Sprang-Capelle een jaar lid van de
Raad van Toezicht. 'In de eerste periode na de fusie heb
ben we', aldus Vos, 'veel energie gestoken in het daad
werkelijk samengaan van beide banken en de commer-
Ledeninvloed heeft gevolgen
'Het op volwassen wijze omgaan met ledeninvloed stelt ook hoge eisen
aan de bestuurlijke kwaliteiten van onze collegeleden', aldus Vos.'Daarom
gaan we in het najaar met het Bestuur en de Raad van Toezicht om de tafel
om eens goed naar onze eigen kwaliteiten te kijken. Eerst op het niveau
van het gehele college, vervolgens op individueel niveau. We doen dat aan
de hand van nog op te stellen profielen. We realiseren ons daarbij dat zulke
discussies voor individuele collegeleden niet vrijblijvend zijn.'
ciële aanwezigheid in ons werkgebied. Sindsdien hebben
we een forse groei doorgemaakt.'
Geen gladde verkopers
Vos vervolgt: 'Bij de binnenkomst van onze nieuwe direc
teur hebben we hem gevraagd de bank verder te profes
sionaliseren en daarbij veel aandacht te besteden aan de
ontwikkeling van de coöperatie. Overigens hadden onze
medewerkers al in het voorjaar van 1998 tijdens een
weekend in Oosterbeek over de coöperatie gediscus
sieerd. Ook bij onze colleges stond dit onderwerp regel
matig op de agenda. Maar we hadden behoefte aan een
goed gecoördineerde doorstart.' Louwers benoemde Jan
Willem Brink, een recent afgestudeerde bestuurskundige
en bij de bank werkzaam in het kader van activiteiten
rond het eeuwfeest, tot proceshegeleider. Brink vervaar
digde een plan van aanpak waarin het bestuur zich goed
kon vinden. 'Op het moment dat ik die opdracht kreeg,
wist ik nog heel weinig van het coöperatieve karakter
van onze bank. Gaande het proces heeft dat coöperatieve
me wel te pakken gekregen, zeker nu ik merk dat dat ook
bij mijn collega's het geval is', aldus Brink. Na de formele
aftrap door Louwers tijdens de nieuwjaarsreceptie ont
vingen de medewerkers een informatiepakket. Aan de
hand daarvan werd per afdeling gediscussieerd. Vervol
gens zijn er gemengde groepen samengesteld waarin ook
college- en directieleden zaten. 'Ik geloof dat iedereen
toen een aardig beeld van de coöperatie had', merkt
assistent accountmanager bedrijven, llona Töth, op. Als
betrekkelijke nieuwkomer - ze werkt nu een jaar bij de
bank - was het haar opgevallen dat het haar collega's de
16
Vijfhonderd klanten van de Rabobank Midden-Langstraat reageerden spontaan op het aanbod van de bank lid te worden.
Daarnaast heeft iedere medewerker van de bank op zich genomen tien leden te werven. Uiteindelijk hoopt de bank dat zo'n
twintig procent van de klanten lid van de bank wil worden. Een
gemakkelijk succesverhaal? Collegeleden en medewerkers
hebben er veel energie, denkkracht en (vrije) tijd in gestoken.
Bewust is ervoor gekozen eerst de medewerkers bij het proces
te betrekken voordat de stap naar klanten en leden werd
gemaakt.