r ningen in de gezinnen van de ondernemers. Achter de Kuepers:'Al kost het ons een deel schermen proberen we toch zoveel mogelijk het leed te van ons vermogen.' verzachten. Ondernemers zonder perspectief proberen we zover te krijgen dat ze hun bedrijf beëindigen in een fase dat er nog voldoende - financiële - reserve is om andere keuzes te maken. Dat vraagt veel inspanning van onze mensen, want voor een agrariër is bedrijfsbeëindiging een ramp. We vinden het overigens niet op onze weg liggen bedrijven zonder perspectief toch in stand te houden. De Rabobank zou dan sectorbeleid gaan voeren en dan zijn we verkeerd bezig.' Kuepers kan zich hierin vinden. 'Wel vind ik dat we niet te snel moeten stoppen. We hebben drie jaar over onze coöperatieve identiteit gediscussieerd en voor mij verliest die discussie haar waarde als we onze klanten en leden niet tot het uiterste blijven steunen, al kost het ons een deel van ons vermogen. We hebben immers dat vermogen ook aan die sector te danken? I n hebben we in het verleden ook niet aan die "zwemvest- regeling" voor jonge agrariërs meegedaan? Natuurlijk zou de overheid bereid moeten zijn die tweede tien pro cent te schrappen of te temporiseren. Maar als de over heid daartoe niet bereid is, zal de Rabobank een gebaar moeten maken. Alleen dan kunnen we in Nederland een gezonde varkenssector in stand houden. Daarvoor is het nodig goede bedrijven die, naar ik stellig verwacht, in 1999 opnieuw zullen worden geconfronteerd met drama tisch lage prijzen, niet in de steek te laten. Ik heb er ove rigens grote moeite mee dat wij als Rabobank in een onmogelijke rol worden gemanoeuvreerd: de overheid stuurt aan op sanering van de sector, maar de Rabobank moet het vonnis voltrekken!' Afnemende solidariteit Van der Burgt vindt dat het nooit goed kan zijn een bedrijf zonder perspectief in stand te houden. 'Uiteinde- li|k gaat dit ten koste van ondernemingen die nog wel perspectief hebben. Bovendien ervaar ik een afnemende solidariteit in de agrarische wereld. Het eigen belang staat uiteindelijk toch centraal. Vorige week hebben we Van der Burgt (r.l: 'Nu staan we als bank vaak voor het blok. De slotopmerking van de heer Van der Burgt geeft Rabo bank Nederland aanleiding tot het maken van de vol gende kanttekening: Het is heel goed mogelijk de periode waarin een herfinanciering moet worden beoordeeld zonodig langer te laten zijn dan de genoemde twee maan den. In situaties waarin de "bereddering" meer tijd vergt is dan echter wel overleg met Rabobank Nederland gewenst en kunnen er afhankelijk van de situatie bepaalde beslis singen voor de korte termijn worden genomen. Hiervoor kan de bank onder meer een beroep doen op Begeleiding Bijzondere Kredieten. De genoemde periode van twee maanden slaat dus alleen op spoedfinancieringen die de lokale bank vaak in omstandigheden bovenop de goedge keurde financiering verstrekken zonder bemoeienis van Rabobank Nederland. dit punt ook met onze leden in de Algemene Ver gadering besproken. Ook uit die hoek kwam zeker geen pleidooi om sectorbe leid te gaan voeren. Onze leden waren het eens met her beleid van onze bank. We hebben immers nog voldoende andere moge lijkheden de belangen van onze klanten te dienen. We kunnen daarvoor onze brede netwerken gebrui ken. Daarnaast reken ik er zonder meer op dat de "stille" diplomatie van Rabobank Nederland op het hoogste niveau ook haar uitwerking niet zal missen. Ook onze standsorganisatie, l.TO Nederland, dient de belan gen van de sector te verdedigen. Bi] de overheid zie ik inmiddels ook al tekenen dat daar het besef begint door te breken dat deze koude sanering gepaard zal gaan met een enorme kapitaalvernietigingen heel veel menselijk leed. Mijn vertrouwen in de rol van Rabobank Neder land betekent overigens niet dat ik geen wensen heb in haar richting. Ik zou daar wat meer soepelheid willen zien. Een herfinanciering moet nu vaak onder enorme tijdsdruk plaatsvinden. De overbruggingstermijn - thans maximaal twee maanden - zou naar mijn mening moeten worden verlengd om de ondernemer en zijn bank meer tijd te gunnen om de zaken goed op een rij te krijgen. Nu staan we als bank vaak voor het blok: als we de regelge ving van Rabobank Nederland niet nauwgezet volgen, verliezen we ons recht op verevening bij eventuele verlie zen. En dat is een zware prijs.' 9

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1999 | | pagina 9