Een betekenisvolle klant telefoontje naar zijn bank zorgt daar voor de nodige t er warring: 'Informatie over het lidmaatschap? Wie kan dat behandelen?' Na enig doorschakelen komt hij bij een afdeling Communicatie terecht. Daar heeft men kennis van zaken. Naam en adres worden genoteerd en enige dagen later valt een dikke envelop door de brievenbus, afkomstig van diezelfde afdeling Communicatie. Ken jaarverslag is bijgesloten. De adressering klopt. De klant wordt echter met een andere naam aangesproken. Waar schijnlijk een foutje bij het aanmaken van de brief. De klant wordt dank gezegd voor zijn belangstelling voor het lidmaatschap. Als hij her lidmaatschapskaartje invult, ondertekent en terugzendt in de voorgefrankeerde enve lop is de zaak rond. Hem wordt nog medegedeeld dat het lidmaatschap hem in staat stelt in de jaarlijkse ledenver gadering mee te praten over het beleid van de bank. Maar voor die ledenvergadering wordt hij niet automa tisch uitgenodigd. 1 lij moet daarvoor de regionale pers goed in de gaten houden. Als hij daarin een aankondi ging voor de ledenvergadering aantreft, moet hij - als hij belangstelling heeft - aan de bank om een uitnodiging vragen. In de brief staat niet vermeld of hij dan ook mag komen. Met zo'n brief krijgt die betekenisvolle klant nu nier direct het gevoel dat de bank op hem zit te wachten, dat hij echt het begin- en eindpunt van de bancaire dienstver lening vormt en de ultieme legitimatie van het bestaan van de bank. Het is zomaar een voor beeld uit de dage lijkse prak tijk. Het moet ook anders kunnen. Mis schien kan de onlangs versche nen brochure Thuis hij uw Rabo bank", een gidsje voor geïnteresseerde klanten, u hierbij op weg helpen. Maar ook dar zal moeten passen in een ledenwervingsbeleid. Bank Bestuurder hoopt u in de komende tijd kennis te laten maken met collega's die op een innovatieve wijze invulling geven aan de doelstelling "meer en meer betrokken leden". De redactie wenst u een inspirerend bestuurlijk 1999. Hans Roosen Gedurende de voorbije jaargang werd de cover van Bank N Bestuurder gesierd met het eeuwfeest logo. I let jaar 1998 was voor de Rabobankorga- nisatie een bijzonder jaar, een jaar met veel hoogtepun ten, veel inspirerende activiteiten waaraan vrijwel alle betrokkenen hun bijdrage leverden. We hebben de bui tenwereld laten weten wie we zijn. Ken bank midden in de samenleving met de klant als begin- en eindpunt van ons handelen. Ken andere bank. Voor u ligt thans de eerste aflevering van de achtste jaar gang, zonder dat logo. Het eeuwfeest is immers voor bij. I loewel we een nieuw jaar instappen, nemen we wel het nodige mee uit ons jubileumjaar. Voorzitter Meijer wijst daarop in het traditionele nieuwjaarsinterview in deze aflevering. 1 lij maakt daarbij duidelijk dat de koers waarvoor de organisatie in I 998 heeft gekozen in de komende jaren veel inspanning op bestuurlijk niveau zal vragen. Hij spreekt over het opstropen van de mouwen en het versterken, maar vooral het inschakelen van de ledenbasis. I n juist met dit laatste blijken veel banken moeite te heb ben. In de najaarskringvergaderingen is vrijwel geen woord gewijd aan de nota over ledenwerving. De inhoud sprak voor zich, maar in de praktijk van alle dag blijkt het toch een weerbarstige materie. Ken voorbeeld uit die dagelijkse praktijk wil dat illustreren. Alle publiciteit rond het eeuwfeest en de aandacht in de media voor het eigene van de Rabobank maken indruk op een klant. Hij heeft vrijwel zijn gehele bancaire ver keer hij de Rabobank ondergebracht: zijn betaalre kening, zijn hypotheek en zijn spaargeld. Bovendien belegt hij via die bank en heeft er ook en aantal verzekeringen lopen. Hij heeft - in onze terminologie - een betekenisvolle relatie. Hij wil wel iets meer over het lidmaatschap weten. Ken

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1999 | | pagina 3