nemende accent op kostenbeheersing er wederom toe zou kunnen leiden het per soneel als kostenpost te gaan beschou wen. Hij noemde dit verontrustend, zeker nu juist aan de medewerkers in de revita lisering van de coöperatieve Rabobank een centrale rol is toegedacht. Dit laatste werd door een aantal personeelsleden her kend en opgepakt. Zij gaven aan deze rol graag op zich te willen nemen, doch deden daarbij een beroep op Rabobank Nederland om hen hierbij met hulpmidde len te ondersteunen. René Buuron, voor zitter van de Ondernemingsraad van de Rabobank Waalstroom bleek weinig behoefte aan hulpmiddelen te hebben: 'We hebben binnen de OR een stevige dis cussie over de coöperatie gehad en zien het ook als onze taak onze collega's hier bij te steunen. Volgens ons handelen we in de geest van de coöperatieve Rabobank als we onze klanten werkelijk centraal stellen. Dat betekent allereerst dat onze financiële dienstverlening uitstekend moet zijn waarbij we ons richten op de belan gen van onze klanten. Dus geen quick- wins, maar investeren in een langdurige relatie. Dat is geen eenvoudige opgave, maar wel een buitengewoon inspirerende.' Samenwerking of fusie? Ook directeur Van den Berg van de Rabo bank I iel haakte in op de actualiteit door zijn persoonlijke visie op bovenlokale samenwerking te geven. Uit zijn woorden Ir. drs. Hans Smits bezoekt samen met directeur Hendriks (r.) van de Rabobank Bommelerwaard-Zuid de groothandel in muziekinstrumenten Bas van den Broek B.V. klonk enige vrees door dat bepaalde ban ken bovenlokale samenwerking aangrij pen om aan de noodzakelijke schaalver groting door fusie te ontkomen. Zijn opmerkingen konden rekenen op een flink aantal reacties vanuit de zaal. Bovenlo kale samenwerking werd als zinvol geka rakteriseerd als de samenwerkende Ban ken individueel over voldoende "kritische massa" beschikken om ook zelf een kwa litatief goede dienstverlening te kunnen leveren. In dat geval resulteert bovenlo kale samenwerking in een duidelijke meerwaarde en vormt een garantie voor een blijvend hoog niveau van dienstverle ning. Een randvoorwaarde voor deze samenwerking is de herkenbaarheid en het eigen profiel van de samenwerkende banken. Deze discussie gaf Hoofddirec tielid Van den Goorbergh aanleiding ont er op te wijzen dat de schaal van een bank zodanig dient te zijn dat zij - in een gezonde bedrijfseconomische setting - in staat is daadwerkelijk klantwaarde te leveren en zich lokaal te profileren als een brede coöperatieve financiële dienstverle ner. Wanneer een bank hieraan niet (meer) kan voldoen, is opschaling door middel van fusie te overwegen. Bovenlo kale samenwerking is dus geen alternatief I I voor fusie, maar biedt wel een mogelijk heid de dienstverlening op bepaalde gebie den te versterken. Bindmiddel in de gemeenschap Bestuursvoorzitter Van Vuren van de Rabobank Beusichem-Culemborg bleek door de Coöperatiediscussie veel inspira tie te hebben opgedaan om de ledenbe trokkenheid te vergroten: 'Wij beschikken nu over een goed instrumentarium ons lokaal te profileren en uiting te geven aan onze maatschappelijke betrokkenheid. Niet door een ruimhartig donatiebeleid, maar bijvoorbeeld door ondernemers samen te brengen. De Rabobank kan het bindmiddel, het cement, in de gemeen schap zijn.' Van Vuren pleitte er wel voor dat Rabobank Nederland de banken ook in de toekomst blijft ondersteunen met inspirerende voorbeelden en hulpmidde len om deze rol te kunnen vervullen. In dat verband sprak hij zijn verontrusting uit over de plannen om de Stafgroep Coö peratie te integreren binnen het Werkge bied Aangesloten Banken. Een positione ring in de directe nabijheid van de Raad van Beheer lag naar zijn mening eerder voor de hand. Van den Goorbergh wees erop dat de nieuwe positionering van de Stafgroep een gevolg is van de feitelijk afronding van de Coöperatiediscussie en de daaruit voortvloeiende noodzaak coö peratie-ontwikkeling te integreren in de dagelijkse bancaire praktijk. In dat licht is juist de bijzondere aandacht vanuit de lei ding van het WAB noodzakelijk. Van Vuren liet zich echter niet overtuigen. Hij vroeg de Raad van Beheer zich nog 'ns goed te bezinnen op dit voornemen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1999 | | pagina 11