Toezicht houden Column 7 Cen van de uitkomsten van de Coöpera tiediscussie is dat de rollen van het bestuur en de raad van toezicht van de aangesloten banken moeten worden aange scherpt. De indruk bestaat dat in de loop der jaren de raad van toezicht in een positie is geraakt, waarbij de toezichthoudende rol gedeeltelijk door het bestuur is overgenomen. De raad van toezicht dient - niet anders dan de raad van commissarissen bij een vennoot schap - de functie die de wet hem toebedeelt, uit te voeren. En dat is het houden van toe zicht op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken in de coöperatie en haar bedrijf. Daarnaast geeft de raad van toe zicht - gevraagd of ongevraagd - advies aan het bestuur. Het initiatief met betrekking tot de beleidsvor ming en de beleidsuitvoering ligt bij het bestuur. Het bestuur bepaalt de richting van de bank, dat wil zeggen de wijze waarop de bank op de behoeften van klanten en op rele vante ontwikkelingen in de omgeving inspeelt. Het bestuur beslist over de aard van de financiële dienstverlening en over het financieringsbeleid met als randvoorwaarden de liquiditeit, solvabiliteit, rentabiliteit en risi cobeheersing. En ook over het personeels- en het ledenbeleid. Het bestuur vergadert als regel eenmaal per maand. De raad van toezicht volgt op enige afstand het handelen van het bestuur en het reilen en zeilen van de bank. Hij let op de evenwichtig heid van de afweging van alle bij de bank betrokken belangen, zoals die van leden, klan ten, medewerkers en de lokale maatschappe lijke omgeving. Om deze functie te kunnen uitoefenen heeft de raad van toezicht infor matie nodig. Deze dient door het bestuur te worden verschaft, in het bijzonder door de directeur-bestuurder. De raad ziet erop toe dat deze informatie voldoende is om zijn taak naar behoren te kunnen vervullen en kan zich niet verschuilen achter het excuus onvol doende geïnformeerd te zijn. Daarnaast kan de raad gebruik maken van consultatie van derden, zoals de regiodirecties en Juridische Zaken van Rabobank Nederland. De raad baseert zijn oordeel mede op de rapportage door de Accountantsdienst. De raad geeft deze dienst opdracht tot het verrichten van controles en adviseert de algemene vergade ring over de decharge van het bestuur voor het gevoerde beleid. De taken en bevoegdhe den van de raad van toezicht zijn opgesomd in artikel 24 van de Modelstatuten Aangeslo ten Banken. Naast de algemene toezichthou dende taak heeft de raad nog twee specifieke taken: het goedkeuren van een aantal in arti kel 42 omschreven bestuursbesluiten, zoals het beleidsplan en de begroting, het openen en sluiten van kantoren, en het correctief optreden ten opzichte van het bestuur, bij voorbeeld het schorsen van een bestuurslid. Ook bij benoemingen van bestuursleden heeft de raad van toezicht een taak. Kandida ten voor het gekozen bestuurslidmaatschap worden aan de algemene vergadering voor gedragen na goedkeuring van de raad van toezicht. De directeur-bestuurder wordt door de raad benoemd op voordracht van het bestuur. Bovendien heeft hij de bevoegdheid de directeur-bestuurder te ontslaan. De belangrijke en nogal machtige positie van de raad ten opzichte van het bestuur van de bank is hiermee wel geschetst. Het bestuur moet tegenover de raad van toe zicht het voorgenomen beleid toelichten en zich verantwoorden over het gevoerde beleid. Dat dient te geschieden in de vergaderingen van de raad van toezicht die door een of meer bestuursleden, onder wie de directeur bestuurder, worden bijgewoond. Om de ver eiste afstand tot het bestuur te bewaren en om te bevorderen dat het toezicht tot hoofd lijnen wordt beperkt, vergadert de raad in de regel vier- tot zesmaal per jaar. Het belangrijkste criterium voor het lidmaat schap van de raad van toezicht is deskundig heid en minder, zoals in het verleden, de ledenafspiegeling. De leden moeten zich kri- tisch-constructief opstellen. Het behoren las tige hakkenbijters te zijn die zich niet door het bestuur met een kluitje in het riet laten sturen en die doorvragen als ze iets niet begrijpen. Het zijn de deskundigheid en vooral de onaf hankelijke kritische opstelling die een lid van de raad van toezicht tot een goede toezicht houder maken. Bij de samenstelling van de raden van toezicht ware op die eigenschap pen scherp te letten. Prof.dr. L. Koopmans, lid Raad van Beheer.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1998 | | pagina 7