Een volmondig
tegen Achmea
Centrale Kringvergadering
Een extra bijeengeroepen Centrale Kringvergadering had op 9 juli jongstleden het laatste woord
over het aangaan van een samenwerkingsverband met onze coöperatieve zusterorganisatie
Achmea. "Lang geduurd, maar toch gekomen" was blijkbaar de gedachte van veel
afgevaardigden. Na een even uitvoerige als heldere toelichting van Hoofddirectievoorzitter
drs. Herman Wijffels, ging men akkoord met dit zeker in de top reeds lang gekoesterde
voornemen. Grote zorg betrof het behoud van een voldoende coöperatief gehalte. 'Ook dit schip
gaat onmiskenbaar varen onder coöperatieve vlag', stelde Wijffels geruststellend. 'Maar dat
schept de nodige verplichtingen.'
ijffels wilde er geen doekjes om
winden. 'Heel veel, maar niet
alles is positief aan deze plannen.
Het betekent onvermijdelijk dat andere
belangen hun invloed zullen doen gelden.
We gaan de zeggenschap delen en dat
houdt een zekere verwatering in.' De pari
teit in de per 1 januari volgend jaar op te
richten holding brengt met zich mee dat
Rabobank Nederland het daarin niet
alleen voor het zeggen heeft. In deze geza
menlijke onderneming voor verzekeren en
vermogensbeheer zal Achmea in haar
geheel opgaan, terwijl van Rabobankzijde
in ieder geval Interpolis en Robeco wor
den ingebracht. De statutaire organen -
een Raad van Commissarissen en een
Raad van Bestuur - zullen op 50-50 basis
worden samengesteld. Twee, eveneens
paritair samengestelde, niet-statutaire
organen, waaronder een Coöperatief
Overleg, moeten waarborgen dat deze
holding in een tijdsbestek van drie jaar
zonder grote problemen moet kunnen
invoegen in een alsdan te vormen geïnte
greerde coöperatieve financiële dienst
verlener.
Een offensieve beweging
'Al met al kunnen we met deze beweging
ding van de vele vragen uit de CKV daar
over ging hij uitgebreid in op de te berei
ken positie in de "nieuwe markten" die
ontstaan als gevolg van de terugtredende
overheid op het terrein van de sociale
zekerheid en de pensioenvoorzieningen.
'In deze ontwikkelingen schuilt een poten
tiële bedreiging voor de lokale banken',
waarschuwde Wijffels en daarom ken
schetste hij de samenwerking met Achmea
ook als een commercieel wel doordachte,
offensieve beweging. Met enkele zeer
sprekende voorbeelden in de sfeer van
werkgevers- en werknemers
arrangementen maakte hij het strategisch
belang van de samenwerking voor een
ieder duidelijk. 'Kraakhelder', merkte een
afgevaardigde op.
in één klap onze all-finanz-ambities com
pleet maken', zei Wijffels, die sprak van
een lange termijnconcept dat al vanaf
midden jaren tachtig in de top van de
organisatie leeft. Dat het er nu toch van
komt, is direct het gevolg van het ook
vanuit Achmea doorklinken van de juiste
signalen. Met het oog op Euroland vindt
men het ook daar geboden te streven naar
het tot stand komen van één grote coöpe
ratieve financiële dienstverlener in Neder
land. 'Belangrijk is', aldus Wijffels, 'dat
we nu met elkaar overeenstemming heb
ben bereikt over waar de reis naar toe
gaat.' In het verlengde van die vaststelling
stond hij stil bij een aantal factoren dat de
samenwerking zeer vruchtbaar zal
maken, zoals het opvoeren van de
potentie om klantwaarde te
leveren, de grote comple
mentariteit tussen de
activiteiten en
de zeer aan
trekkelijke
schaalgrootte
en kosten
voordelen die
binnen bereik
komen. Ook
naar aanlei-
Een ereplicht
Naast de belangrijke versterking van hun
marktpositie en het delen van de zeggen
schap, kwamen nog andere gevolgen voor
de lokale banken aan de orde. Zo zal er
onvermijdelijk sprake zijn van meer
interne concurrentie die gaat lopen langs
een zeer rijk scala aan distributiemogelijk
heden, waaronder natuurlijk een belang
rijk kanaal voor direct-writing. De lokale
banken komen in een veel zakelijker con
tractrelatie met de
dochterbedrij
ven te staan.
Het Werkge
bied Aange
sloten Banken
Wijffels: 'Ook dit schip gaat onmiskenbaar varen onder coöperatieve vlag.'