Één idee, één organisatie Column Rabobank 100 jaar 7 oed af voor het verleden, de mouwen opgerold voor de toekomst! Dat zijn de gebaren die passen bij het 100- ja'rig bestaansfeest van de Rabobankorganisa- tie. Een organisatie die precies 100 jaar na de oprichting haar grondslag voor de toekomst opnieuw heeft geformuleerd op hetzelfde basisprincipe als destijds: samenwerking en solidariteit. In die 100 jaar is de fusie in 1972, tussen de Raiffeissen- en de Boerenleenbank, zeker ach teraf bezien, een cruciaal moment geweest. Destijds waren fusies en overnames minder gewoon dan thans. Er was genoeg ruimte voor ondernemingen en organisaties om op eigen kracht de beoogde doelstellingen te realise ren.Toch groeide er bij bestuurders van de beide banken in de loop van de jaren zestig het besef, dat samenwerking noodzakelijk was voor het behoud en versterking van een co- operatieve bankorganisatie.Om blijvend aan de ontwikkeling en bloei in de samenleving en economie te kunnen bijdragen vonden zij een krachtenbundeling nodig. Door schaalver groting kon meer deskundigheid worden opgebouwd en kostenvoordelen worden behaald. Ook werd het steeds moeilijker om aan bestuursleden, medewerkers,leden en klanten uitte leggen waarom twee organisa ties met eenzelfde doelstelling en vrijwel dezelfde werkwijze, met dezelfde soort klan ten, naast elkaar en soms zelfs tegen elkaar werkten. Dat laatste was steeds vaker het geval in gebieden waar banken van beide organisaties, door de groei van dorpen en ste den, hun werkgebieden uitbreidden en elkaar "tegenkwamen" Door de beide centrale ban ken was weliswaar een vestigingscommisssie ingesteld maar die bleek weinig effectief. Intussen kwamen er ook signalen van aange sloten banken dat men lokaal tot samenwer king wenste te komen. Een derde stimule rende, of beter gezegd, een niet meer zo schei dende factor was de ontzuiling: de bindingen tussen de katholieke standsorganisaties en de onder hun invloed opgerichte coöperaties werden losser. De eerste concrete aanzet voor de fusie kwam voort uit een gesprek in januari 1970 tussen de bestuursvoorzitters van beide organisaties, de heer A.J.Verhage en onderge tekende. Wij hadden elkaar vaker ontmoet in land- en tuinbouwverband. Door onze func ties in de bankorganisaties hadden we wel eens van gedachten gewisseld over de succes volle ontwikkelingen, maar ook over de toe komst. Wij waren het snel eens over de wense lijkheid van fusie, over de grote lijnen van het na te streven samenwerkingsverband en de weg daar naar toe. Ook de beheerscolleges en directies van de beide centrale banken onder steunden het streven naar de fusie. Sommige leden waren het snel eens, sommigen hadden meer tijd en overtuiging nodig. Het samen gaan werd uitgewerkt in een fusievoorstel, waarover fel en diepgaand is gediscussieerd in de beide organisaties. Nog vaak denk ik terug aan het spontaan en langdurig applaus, waar mee de fusie op de twee algemene vergade ringen in 1972 werd beklonken. Als ik terugdenk aan de vaak emotionele en felle debatten in de organisatie, vraag ik me wel eens af wat bepa lend is geweest voor het samengaan. Aan de basis ligt mijns inziens een gemeenschappelijke visie van de initiatiefne mers op de rol en betekenis van de organisa tie in de samenleving en de wijze waarop deze inhoud moet worden gegeven. Een andere doorslaggevende voorwaarde is dat de lei dende gespreksparners elkaar volstrekt ver trouwen. Vertrouwen in eikaars bedoelingen en ambities, begrip en respect voor eikaars posities en omgeving.Tenslotte denk ik dat ook intuïtie een belangrijke rol speelt. Zonder dat ik het allemaal precies kon verwoorden of beargumenteren voelde ik dat de ingeslagen weg de juiste was. En signalen en reacties van mensen, betrokkenen en ook buitenstaanders, versterkten dat gevoel. Het samengaan van de Boerenleenbank en Raiffeisenbank is van groot belang geweest voor de groei en de kracht van de Rabobank in de afgelopen 25 jaren. Ongetwijfeld zullen zich ook in de toekomst grote veranderingen in aard en omvang van de activiteiten van de Rabobank voordoen. Als wordt voortgebouwd op de grondslag van onderlinge samenwer king en solidariteit, zal naar mijn vaste overtui ging onze organisatie ook in de toekomst een zelfde betekenisvolle rol in de samenleving spelen als in de afgelopen 100 jaar. Mijn ver trouwen daarin is de afgelopen periode gesterkt omdat na de "Coöperatiediscussie" deze grondslag in eigentijdse termen ook voor de toekomst is verankerd. C.G.A. Mertens

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1998 | | pagina 7