dit terrein. Die gaat bepaald verder dan het verstrekken van langlopende leningen, maar richt zich op zeer specia listische producten en diensten. Onze dienstverlening is - net als in de agrarische sector - kennisgedreven. Zo wordt ook in de adviessfeer steeds vaker een beroep op onze mensen gedaan. Geen enkele concurrent heeft dit zelfde specialisme op mondiaal niveau in huis. Je mag rustig stellen dat we op dit terrein een niche-speler van de eerste orde zijn. Wereldwijd zijn we bij een groot aantal financiële transacties betrokken.' Samenwerking met lokale banken In de gezondheidszorg op de Nederlandse markt werkt Rabobank International samen met lokale banken. Ried- lin daarover: 'We profiteren daarbij ten volle van de vele bestaande netwerken. In mijn beleving verloopt die samenwerking perfect. Er gaat veel synergie van uit. Dat werkt in ons voordeel, maar evenzeer in dat van de lokale banken.' Ook bij zijn andere aandachtsgebied, International Private Banking, is Riedlin te spreken over de samenwerking op lokaal niveau. 'Deze afdeling bedient veel klanten van lokale banken die zich in het buitenland vestigen. Het zijn vaak ondernemers die hun werkzaamheden hebben beëindigd. Vanuit zo'n zeven kantoren over de hele wereld worden deze klanten bege leid, waarbij onze nadrukkelijke stelregel is dat we de vigerende fiscale regels nauwgezet in acht nemen', aldus Riedlin. Inmiddels wordt door dit onderdeel van Rabo bank International al meer dan 12 miljard gulden vermo gen beheerd. Klanten die zich in België willen vestigen worden overigens niet door Rabobank International zelf, maar door Schretlen Co bediend. Deze private bank, een volle dochter van Rabobank Nederland, beschikt daartoe onder meer over een vestiging in Antwerpen. Oost-Europa Eind 1994 opende de Rabobank haar eerste kantoor in Oost-Europa. Het was een vertegenwoordiging in Hon garije met een bescheiden bezetting. 'Dat was nog maar vier jaar geleden', constateert Riedlin. 'Sindsdien heeft ook ons vestigingennet in dat deel van Europa zich voor spoedig ontwikkeld. Vestigingsplannen werken we uit in overleg met de lokale banken en met onze buitenlandse kantoren en vaak op verzoek van groepen klanten. Daar bij zijn we ons ervan bewust dat het uitbreiden van ons net geleidelijk zal moeten plaatsvinden. Het openen van kantoren betekent heel veel in termen van medewerkers en van geld. Er moet sprake zijn van een gezonde rende mentsverwachting. Dat geldt zowel voor een volledig operationeel kantoor met een bezetting van zo'n honderd medewerkers, als voor de vestiging van een vertegen woordiging met enkele medewerkers. Er moet veel marktonderzoek plaatsvinden en er moet energie wor den gestoken in het aantrekken en opleiden van mede werkers. Je kunt je hierbij geen mislukkingen permitte ren. Ik realiseer me hierbij dat lokale banken wel 'ns ongeduldig worden. Voor hun klant is het vaak van groot belang dat de Rabobank in een bepaald land aan wezig is. Maar als we daar geen kantoor hebben, kijken we toch op welke wijze we een dergelijke klant - eventu eel met inschakeling van een daar gevestigde collegabank - kunnen bedienen. Ik trek wel eens een parallel tussen de ontwikkeling van ons buitenlandse kantorennet en die van de stadsbanken in ons eigen land. Hoeveel geld en tijd heeft dat niet gekost? En dat in een situatie waar we de markt kenden en de Rabobank een bekende financiële instelling was! Enig geduld is dus wel op z'n plaats. We beschikken inmiddels over een operationeel kantoor in Polen. Binnenkort openen we er een in Moskou. Daar naast hebben we nog ons kantoor in Hongarije en - sinds kort - in Kiev in de Oekraïne. Voor de komende jaren verwacht ik overigens dat we nog in meer landen in het voormalige Oostblok kantoren zullen vestigen. Maar de Rabobank kiest voor een geleidelijke en beheersbare groei. Het overnemen van een bestaande bank sluiten we niet uit - we hebben dat bijvoorbeeld in Polen en in Australië gedaan - maar we zijn daar heel terughoudend in. We kiezen liever voor een organische groei.' Mailbox lezen Riedlin en zijn mensen hebben de afgelopen maanden hun handen vol gehad met de rampzalig ontwikkelingen in Azië en met name in Indonesië. 'Het eerste wat ik 's ochtends deed, was mijn mailbox lezen met de berich ten van onze vestigingsmanagers aldaar. Zo bleef ik per fect op de hoogte van de actualiteit. De crisis is bepaald nog niet voorbij en we zullen echt wel schade in het kre- dietbedrijf oplopen, maar onze operationele resultaten hebben er tot nu toe niet onder te lijden gehad. Met zeer veel creativiteit zijn we onze klanten in dat deel van de wereld blijven bedienen. Je ziet dan ook de grote voorde len van ons brede vestigingennet in Azië. Men heeft colle giaal zo nodig eikaars werk overgenomen waardoor de dienstverlening vrijwel ongestoord kon worden geconti nueerd. De situatie in Indonesië was natuurlijk het ergste. Toen de rellen in Jakarta hun hoogtepunt bereikten, heb ben we de kinderen en partners van onze medewerkers naar Singapore geëxpatrieerd. De medewerkers op de bank zijn zo lang mogelijk aan het werk gebleven. Door hun inventiviteit hebben ze nog veel voor hun klanten kunnen betekenen. Door een goede back-up systematiek konden we de bank ook administratief in de lucht hou den. Ook dat was in het voordeel van onze klanten. In totaal is ons kantoor in Jakarta één dag gesloten geweest. De dag na het aftreden van Soeharto kwam de eerste medewerker alweer terug. De rest volgde kort daarna. Binnen enkele dagen waren de gezinnen herenigd. Ik ben trots op de opstelling van onze mensen in Jakarta. Ze hebben onder moeilijke en angstige omstandigheden hun werk voortgezet en hebben op een bijzondere wijze dui delijk gemaakt wat klantwaarde in zo'n bizarre situatie kan betekenen.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1998 | | pagina 33