Het is een team van tien personen, waarvan er acht bui tenlander zijn. Dat team vormt een aardige afspiegeling van de populatie van Rl. Nog maar een procent of dertig is Nederlander. Het is dus niet zo verwonderlijk dat Engels onze voertaal is, ook hier in Utrecht. Onze termi nologie is eveneens volledig Engelstalig. In ons manage mentteam besluiten we over het zelf bouwen van syste men of de aankoop ervan, maar ook over het eventueel uitbesteden aan derden van bepaalde uitvoerende werk zaamheden. Ook bekijken we of we bijvoorbeeld in Utrecht transacties kunnen verwerken voor onze buiten landse kantoren. Dat kan forse kostenbesparingen ople veren. Afstand speelt daarbij geen rol, wel de tijdzones. We zitten natuurlijk over de hele wereld. Als het ene kan toor sluit, gaat het andere open. Het doel van dit managementteam is ook dat we niet op twintig plaatsen het wiel uitvinden. Als dat zinvol is, kunnen buitenlandse kantoren met hun eigen systemen werken. We willen zoveel mogelijk verantwoordelijkheden bij onze vestigin gen leggen. De ervaring heeft geleerd dat dat het beste werkt. Maar bepaalde systemen moeten uniform zijn. Ik denk dan aan systemen die te maken hebben met de beveiliging van gegevens of riskmanagement. In de voor bije periode hebben we al veel tot stand gebracht. We hebben voor alle kantoren een uitstekende, wereldwijd bruikbare communicatiestructuur ontwikkeld en we zijn nu in staat de ontwikkeling van onze buitenlandse vesti gingen van nabij te ondersteunen. De fase van een federa tie van eilanden hebben we achter ons gelaten.' Euro en millennium Vanuit de automatisering gezien, zijn de komst van de euro en het jaar 2000 beide projecten met een keiharde deadline. 'Het niet halen van de deadlines zou desastreus zijn. Maar ik ben er ook niet bang voor. Met heel veel deskundigheid en energie zijn talloze medewerkers over de hele wereld al geruime tijd met deze projecten bezig. Er wordt keihard gewerkt. Voor het millenniumproject richten we ons vooral op de al wat oudere kantoren. Daar zitten de knelpunten. Voor een aantal nieuwere ves tigingen verwacht ik dat we dit najaar al "millennium- proof" zullen zijn.' Ondanks deze onvermijdelijke priori teiten spant Rl zich ook sterk in om de dienstverlening ten behoeve van de lokale banken verder te verbeteren. 'In dit huis verrichten we veel werkzaamheden ten behoeve van de lokale Rabobanken. Ik denk dan aan het internationale zakelijke betalingsverkeer, het documen taire verkeer enzovoorts. Ook op dit terrein worden snelle vorderingen gemaakt om met behulp van automa tisering de processen steeds sneller en betrouwbaarder te laten verlopen. De ondersteuning en de vraagbaakfunctie vragen veel aandacht. Zo hebben we ongeveer een half jaar geleden hier in Utrecht een "market-core-team" ingericht, waar de lokale banken met hun vragen over de internationale bancaire dienstverlening terecht kunnen. In het Nederlands natuurlijk! Ook ontwikkelen we bij Rl - op verzoek van de organisatie, dus ook ten behoeve van de lokale banken - allerlei nieuwe producten. We noemen dat onze kraamkamerfunctie. Ik denk dan aan de bekende clickfondsen, warrants en effectisering. Daar naast bieden we diensten aan op het terrein van kasgeld bv's, beursintroducties en dergelijke. Vaak ontwikkelen we producten en diensten voor het grote bedrijfsleven, die we later ook voor klanten van lokale banken beschik baar stellen.' Een eigen subcultuur Naast uiteenlopende bancaire onderwerpen heeft Van der Stelt nog een bijzonder aandachtsgebied in zijn porte feuille. Als voorzitter van de Stuurgroep 100 jaar is hij bij uitstek de stimulator voor de 100 jaar activiteiten bij Rabobank International. Deze functie vervult hij met groot enthousiasme. 'Dar feest geeft ons bedrijf gewel dige mogelijkheden. Aanvankelijk ontmoette ik bij onze mensen reserve en scepsis. Men vond her een moeilijke opgave die viering een plaats te geven in de hectiek van elke dag. Maar op dit moment heeft vrijwel elk kantoor een of meer activiteiten ontwikkeld. Het geeft ons een unieke kans om onze thema's, zoals samenwerken, klant gerichtheid en maatschappelijke betrokkenheid buiten onze landsgrenzen uit te dragen. Onze medewerkers zijn trots op onze Triple A-status, maar ze realiseren zich nu dat we veel meer hebben. We zijn in staat onze zakelijke wholesale benadering te verbinden met de fundamentele waarden van onze organisatie. En dat werkt. De activitei ten in het kader van ons honderdjarig bestaan maken het nog eenvoudiger te bewijzen dat de Rabobank ook in het buitenland een andere bank is. We horen dit terug van onze klanten. In het buitenland opereren we niet als een soort lokale Rabobank. Dat is juridisch onmogelijk. Wel kennen we bij een aantal buitenlandse kantoren klank bordgroepen van klanten die ons een goed beeld geven van de mate waarin wij klantwaarde weten te realiseren.' Van der Stelt besluit: 'Natuurlijk hebben we binnen Rl een eigen subcultuur die op onderdelen afwijkt van de cultuur van de lokale Rabobanken. Maar we onder schrijven wel de kernwaarden en de cultuur van de organisatie. En we zien de resultaten. Van de Rabobank organisatie hebben we een heel duidelijke rendements doelstelling meegekregen. En de organisatie rekent ons daarop ook af. Maar winst trachten we te realiseren door een langdurige relatie met onze klanten. We gaan daarbij niet voor de snelle deal en we willen ook niet het onder ste uit de kan halen. De Rabobank verwacht van ons een gezond financieel resultaat, maar ook herkenbaarheid. Vanuit mijn positie binnen het management van Rabo bank International probeer ik daaraan een bijdrage te leveren.' 1 I

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1998 | | pagina 21