700.000 leden De Sanasa-ontwikkelingsbank in Sri Lanka functioneert al enkele jaren. Het is een bank die wordt gedragen door een sterke coöperatieve beweging die bestaat uit 6.000 credit unions met in totaal zo'n 700.000 leden. Sri Lanka heeft een coöperatieve bank, maar dat is feitelijk een staatsbank, die sterk vanuit de overheid wordr gestuurd. De nationale coöperatiewetgeving regelt dat zeer gede tailleerd. Voor de Sanasa-bank is daarom de NV-vorm gekozen, waarbij de belangen van de oprichters/aandeel houders, de credit unions, maximaal worden gediend. Zo kent deze bank een gekozen bestuur en raad van toezicht, naast het professionele management. In de statuten is een duidelijk onderscheid gemaakt tussen het bankieren -een taak voor de professionals - en de meer beleidsmatige zaken, waarvoor de bestuurders verantwoordelijk zijn. Bakx zet uiteen dat dit onderscheid soms tot problemen leidt. 'De bestuurders zijn afkomstig van de credit unions, waar ze bestuurder én uitvoerder zijn. Ook bij de bank willen ze nogal eens op de stoel van de manager gaan zitten. Daarnaast stuit ik op situaties waarbij het bestuur formeel vastgestelde procedures om redenen van opportuniteit aanpast. Het vaststellen van het beleid en de uitvoering daarvan lopen dan in elkaar over, waar door het management zich beknot voelt. Bovendien ver gelijken veel bestuurders de kostenstructuur van de bank teveel met die van hun eigen kleine credit union. Het aantrekken van gekwalificeerde medewerkers bijvoor beeld is in hun ogen te duur. Ze geven dan liever de voor keur aan jonge en onervaren - en daardoor goedkope - medewerkers, maar remmen daarmee de ontwikkeling van de bank.' Ook persoonlijke belangen Beperkt de rol van de SSR zich bij de Sanasa-bank tot het geven van adviezen, bijvoorbeeld bij de opbouw van het kredietapparaat en bij de samenwerking met de coöpera tieve beweging, in Tanzania levert de SSR het manage ment voor de Kilimanjaro-bank. De ervaringen van Klootwijk in Tanzania lopen voor een deel parallel met die van Bakx. 'Ook Van der Salm is gestart met betrekke lijk onervaren medewerkers. Maar hij had geen andere keuze. De enige bancair geschoolden in Tanzania waren afkomstig van twee staatsbanken die in feite door mis management failliet waren gegaan, doch met overheids steun konden doordraaien. Voor het imago van de nieuwe bank zou het geen goede zaak zijn geweest mede werkers van die banken aan te trekken. Van der Salm beeft medewerkers benoemd van onbesproken gedrag, maar zonder bancaire ervaring. Hij heeft veel energie in hun opleiding en in de organisatie van de bank gestoken. Wat de rol van de bankbestuurders betreft, heb ik moe ten vaststellen dat het in Tanzania heel moeilijk is een zuivere scheiding aan te brengen tussen de belangen van de bank en hun persoonlijke belangen. Bij dit laatste moet je denken aan de belangen van de stam, het dorp en Ook bij de Kilimanjaro Co-operative Bank staat de klant centraal. de politiek. Van de general manager vraagt dit even wichtskunst, waarbij hij z'n eigen normen en waarden niet uit het oog mag verliezen. Maar als je je hiervan goed bewust bent, kun je in een goede verstandhouding met je bestuur je werk blijven doen.' Klootwijk heeft ook andere ervaringen opgedaan die hem hebben geleerd dat er bij coöperatief bankieren verschillen zijn tussen Neder land en Tanzania. 'De voorzitter van het bestuur is 'n echte autoriteit. Toch zal hij je nooit tegenspreken. In de verhouding met "blanken" hebben Tanzanianen dat niet geleerd. Je moet dus op een heel tactische wijze proberen achter zijn opvattingen te komen. Een voorzitter kijkt er ook vreemd van op als je z'n mening over een bepaalde bestuurlijke aangelegenheid vraagt. In zijn ogen ben jij de deskundige: het is uitgesloten dat jij het antwoord niet zou weten.' Bakx, die enige malen per jaar de Sanasa- bank bezoekt, heeft de nodige ervaringen opgedaan met de verhoudingen in Sri Lanka, waar zowel de bestuurs voorzitter als de general manager inheems zijn. 'Bij de Sanasa-bank bestaan dergelijke cultuurverschillen niet. Hooguit zijn er uiteenlopende opvattingen over de managementstijl. De bestuursvoorzitter en de directeur hebben ieder hun eigen rol. Dat werkt prima. Daar zie ik dan ook veel meer parallellen met de Nederlandse situ atie. De SSR ziet het beschikbaar stellen van management vanuit Nederland als een tijdelijke zaak. Ook Ton Zaal in Tanzania zal het als zijn belangrijkste opgave dienen te beschouwen dat hij over een jaar of twee kan worden opgevolgd door een gekwalificeerde Tanzaniaanse ban kier. De SSR zal zich dan zeker niet onmiddellijk terug trekken, maar onze ondersteuning zal een andere vorm krijgen. Vergelijkbaar met onze ondersteuning van de bank in Sri Lanka.' In Tanzania zijn de activiteiten van de SSR in brede kring bekend geraakt. Van verschillende kanten is ondersteu ning gevraagd bij de oprichting van nog meer coöpera tieve banken. 'Als de lokale banken ons daartoe de finan ciële ruimte geven, zullen we zeker op deze vragen ingaan', besluit Bakx. 17

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1998 | | pagina 17