4 én een door de banken en de markt goed opgepakte, her kenbare bedieningsformule én een perfect voorbeeld wat we met de Allfinanz-benadering hebben bedoeld. We staan nu voor een nieuwe uitdaging. De uitkomsten van de Coöperatiediscussie en met name het creëren van klantwaarde stellen nieuwe eisen aan de banken dus ook aan het begeleidingsapparaat. Klantwaarde vereist een sober beheer en een externe, dus op de klant gerichte oriëntatie. Onze bedrijfsvoering is nu nog erg intern gericht en sterk afhankelijk van onze eigen automatise ringssystemen. En die systemen zijn indertijd gebouwd rond producten en niet rond klanten. Ook dat sobere beheer dwingt ons met name naar de proceskant te kij ken. Informatisering moet onze processen aanzienlijk goedkoper en efficiënter maken. Eïen aardig voorbeeld eens. 'Lokaal ondernemerschap genereert geweldig veel energie, dat ervaar ik dagelijks. De wijsheid zit niet lan ger uitsluitend in de top van een organisatie, maar op heel wat terreinen juist aan de basis. Ik verwacht ook dar het WAB in toenemende mate gebruik gaat maken van de kennis op lokaal niveau en deze kennis de banken aan biedt. "Benchmarking" gaat daarin een steeds belangrij ker rol spelen. Banken worden beter onderling vergelijk baar. Benchmarking kan ook door onze bestuurders worden gehanteerd. In de nieuwe verhoudingen zijn zij immers de vertegenwoordigers bij uitstek van de klanten. Het is dan goed te weten waar en onder welke omstan digheden een maximale bijdrage aan klantwaarde wordt geleverd. Daarop kun je je inspanningen vervolgens richten.' Van der Weijden (r.): 'Het onder nemerschap en het innoverend vermogen bij lokale banken bepalen ons resultaat.' i| om van die interne gerichtheid af te komen, is ons nog prille project OEI, wat staat voor On Line Integraal. Door middel van de technologie van Internet wordt straks een geïntegreerd klantbeeld aan de banken gebo den. De klant staat daarin centraal en niet - zoals tot nu toe - de door hem of haar afgenomen producten. Bij dat laatste blijken zaken onnodig ingewikkeld te worden en treden er veel doublures op in de klantbenadering', aldus Van der Weijden. De wijsheid aan de basis Een andere zaak die Van der Weijden bij zijn terugkeer in het WAB is opgevallen, is de aldaar heersende bereidheid om het lokale ondernemerschap beter te benutten. 'Dat ondernemerschap en het innoverend vermogen bij lokale banken bepalen ons resultaat. Daarin zie ik een duidelijk verschil met banken die in hiërarchisch verband opere ren, waarbij het hoofdkantoor het lokale bedrijf in feite aanstuurt.' Van den (loorbergh is het hiermee volledig Geleidelijk oplossen Van den Goorbergh besluit: 'De leden van de WAB-direc tie zullen op korte termijn hun takenpakketten en aan dachtsgebieden verdelen, maar als collectiviteit is ieder lid voor de banken aanspreekbaar. De bestaande knel punten zullen geleidelijk worden opgelost, waarbij ik met name denk aan knelpunten in de sfeer van de bedrijfsvoe ring. Maar ik denk ook aan personele knelpunten waar mee de lokale banken in toenemende mate worden geconfronteerd. Door aandacht te schenken aan opleidin gen en het in samenwerking werven voor moeilijk vervul bare vacatures moet hierin verlichting komen. Met deze beweging zal de bestuurlijke structuur van het WAB echt nog niet in haar eindfase zijn. Ik zie nu al beleidsterrei nen waar de leiding van het WAB "nieuwe stijl" ook bemoeienis mee zal moeten krijgen. Daarbij vind ik het overigens niet bezwaarlijk dat de formele verantwoorde lijkheid voor deze onderwerpen vooralsnog elders is belegd.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1998 | | pagina 13