Afscheid van een rasbestuurder
De 99e Centrale Kringvergadering van 14 mei jongstleden werd op een wat ongewone wijze geopend. Voorzitter drs. Rinze Zijlstra
begon de vergadering met zijn afscheidswoord, waarbij hij - overigens niet ongebruikelijk bij hem - een bijbeltekst parafraseerde:
'shareholder value, customer value en solidarity value, maar de meeste van deze is de solidarity value.' Solidariteit ziet hij als het
bindmiddel bij uitstek in de coöperatieve Rabobankorganisatie die hij twintig jaar bestuurlijk diende.
ij grossierde in functies. Daarmee zou je Zijlstra
wat oneerbiedig kunnen typeren. De Tweede en
Eerste Kamer, burgemeester van Smallingerland,
de SER, het VNO, de CBTB, Europese en mondiale
instellingen, commissariaten en adviesfuncties. En - de
functie die hem zeer dierbaar was - voorzitter van de
Raad van Toezicht van Rabobank Nederland en uit dien
hoofde ook voorzitter van de CKV. De Rabobank heeft
langjarig en intensief kunnen profiteren van de kwalitei-
ren dit thans ook als hun belang, waardoor ze ermee
hebben ingestemd dat een deel van hun vermogen thans
buiten Nederland is aangewend. Bij bezoeken aan onze
buitenlandse kantoren word ik telkens weer getroffen
door diezelfde solidariteit die ik ook binnen Nederland
tegenkom. Eenzelfde trots om voor de Rabobank werk
zaam te kunnen zijn. Aan die solidariteit moeten we ove
rigens stevig blijven werken, want veel gespecialiseerde
functies binnen ons uitdijende bankbedrijf worden thans
i-sjr
ten van deze rasbestuurder. Zijn afscheidswoorden tij
dens de CKV waren kenmerkend voor hem: relativerend,
maar met een boodschap en tegelijkertijd een klimaat
scheppend dat mensen bij elkaar brengt en naar elkaar
laat luisteren.
Twintig jaar
Terugblikkend op de twintig jaren voorzitterschap van de
Raad van Toezicht, ziet Zijlstra als meest in het oog
springende ontwikkelingen de krachtige groei in omvang
en kwaliteit van de lokale banken, de regionalisatie
waardoor de afstand tussen Rabobank Nederland en de
lokale banken aanzienlijk werd verkleind, en de Coöpe
ratiediscussie. 'Ik denk daarbij zeker ook aan de interna
tionalisering van ons bankbedrijf. Ik ben onder de indruk
van de bestuurlijke kwaliteiten binnen onze organisatie
die ertoe hebben geleid dat de lokale banken het belang
van onze buitenlandse expansie zijn gaan inzien. Ze erva-
vervuld door nieuwkomers. Voor hen is onze identiteit
vaak nog een gesloten hoek. Ik denk dat het een zware
bestuurlijke opgave is onze organisatiecultuur - world-
wide - te handhaven. Ontwikkelingen gaan ongelooflijk
snel en het zal niet meevallen vanuit "Utrecht" dat hele
proces te blijven beheersen.'
Afronding Coöperatiediscussie
De Coöperatiediscussie plaatst Zijlstra ook in de sfeer
van de solidariteit. 'De solidariteit van nu krijgt in een
sterk veranderende wereld vanzelfsprekend een andere
betekenis en invulling dan de solidariteit die honderd
jaar geleden aan de wieg van onze organisatie stond. We
leven in een tijd dat veel collectieve belangen en verhan
den aan een herdefiniëring toe zijn, of zelfs geheel ver
dwijnen. Ook wij ontkomen daar niet aan. Daarom ben
ik blij dat we het hebben aangedurfd vragen naar onze
legitimiteit met elkaar te bespreken. Tot nu toe heeft die
I O