Leusden wil de maatschappelijke humuslaag verrijken Coöperatief in de praktijk 8 De Rabobank Leusden heeft de zaken stevig aangepakt. Na een intensieve voorbereiding ontvingen alle zeven- I I honderd leden van de bank halverwege vorig jaar de eerste uitgave van een nieuw ledenblad, Co-optie geheten. Bestuur en directie legden daarin uit dat ze graag met de leden in gesprek willen komen om invulling te geven aan de betekenis van de bank voor de leden en de Leusdense gemeenschap: 'Een gezond Leusden komt dichterbij met meer betrokken leden', aldus directeur Cees Leliveld in Co-optie. n de jaren tachtig heeft Leusden haar agrarische karakter in hoog tempo in geruild voor een stedelijke uitstraling. Er kwam veel nieuwbouw ten behoeve van de snel groeiende bevolking in de Provincie Utrecht. Het karakter van deze in de nabijheid van Amersfoort gelegen gemeenschap werd stedelijk en ook de bank Leusden veranderde in hoog tempo. I let is thans een middelgrote bank met een kleine 65 medewerkers op weg de grens van 400 miljoen gulden balansto taal te passeren. De bancaire productivi teit bedraagt 1,30. De solvabiliteit van de bank is als gevolg van de snelle groei ach tergebleven, maar ontwikkelt zich thans in een stahiel tempo. De nieuwbouw- activiteiten binnen de gemeente zijn grotendeels achter de rug. De bank heeft nu wat meer ruimte om 'ns goed na te denken over haar meerwaarde als coöperatie. Weinig aandacht voor verleden 'Sinds ik in 1984 aantrad als lid van de raad van toezicht van deze bank heeft het me verbaasd dat de Rabobank zo weinig belangstelling had voor haar eigen verle den. Eigenlijk hebben we te lang gewacht met de Coöperatiediscussie, maar we zijn nog niet te laat.' Aldus ir. Bernhard van der Ven, werkzaam bij TNO in de sfeer van de milieu- en afvaltechnologie en sinds een jaar of drie bestuursvoorzitter Leliveld: 'Dit jaar hebben we het nodige op ons programma.' bestuur te vertalen in concrete beleids voorstellen. Leliveld daarover: 'Het be stuur heeft veel tijd in de discussies gesto ken. In vrijwel elke vergadering werd er tijd voor gereserveerd, terwijl daarnaast ook enkele vergaderingen uitsluitend aan de coöperatie werden gewijd. Ook hebben we een vruchtbare discussie gehad met onze collega's, de zogenoemde Eemlandbanken. Na veel voorbereidende van de bank. 'Ook mijn medebestuurders hadden dat gevoel, zodat we de organisa tiebrede discussie over de coöperatie heb ben aangegrepen om binnen onze bank onderling, maar ook met onze leden de discussie aan te gaan. Na het bijwonen van de opleiding "Coöperatief besturen en managen" van de RabobankAcademie kwam voor mij de echte inspiratie.' Direc teur Leliveld, bijna 38 jaar actief in het bankwezen, waarvan de laatste tien jaar als directeur van de Rabobank Leusden, werd gevraagd de discussies binnen het

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1997 | | pagina 8