naar binnen - de organisatie. We hebben de omslag naar het nieuwe goed gemotiveerd weten te maken.' Autonomie geeft motivatie 'Een compliment aan al onze medewerkers is zeker op zijn plaats', zegt Woldberg. 'Gelukkig is de grootste pijn geleden. Nadat we begin jaren negentig het omslagpunt hadden bereikt, ontstond er een soort vliegwiel-effect. Je kunt stellen dat we hier in Arnhem de vruchten konden plukken van 'de wet van de remmende voorsprong'. We stonden dik op achterstand, maar namen een vliegende start. En nu de medewerkers weer resultaten zien, gaat het in vliegende vaart verder.' Poel valt hem bij: 'We zijn onze bank enorm aan het profileren. We timmeren volop aan de weg. We kiezen onze sponsorprojecten heel bewust. We zitten overal in en doen overal aan mee. Je merkt een geweldig positieve respons vanuit de bevol king.' Woldberg: ik zie het als een natuurlijk proces bin nen een inhaalslag zoals wij die aan het maken zijn. De bank heeft haar zelfvertrouwen teruggewonnen en als Gesprekspartners bij de Rabobank Arnhem: Dr.ir. Dick Poet is een in Zürich gepromoveerd chemicus. Hij was voor Shell werkzaam in Amsterdam en in Engeland. Later maakte hij de overstap naar AKZO. Nu is hij gepensio neerd. Vanaf 1988 maakt hij deel uit van de raad van toe zicht, sedert 4 jaar is hij de voorzitter van dit college. Rens Woldberg RA was onder meer organisatieadviseur. In die hoedanigheid was hij ook werkzaam voor Rabobank Nederland op het gebied van Administratieve en Interne organisatie. Vervolgens was hij gedurende 12 jaar finan cieel directeur bij het Nederlands Rundvee Syndicaat. Vanaf 1988 maakt hij deel uit van het bestuur en vorig jaar volgde hij de heer Van Kraaij op als voorzitter. Herman Prins werkt al 26 jaar bij de Rabobankorganisatie. Hij begon zijn carrière ooit bij de Rabobank in Purmerend, was bij Rabobank Nederland onder meer werkzaam als adjunct-regiodirecteur. In 1988 werd hij algemeen direc teur te Arnhem. 'follow-up' wil ze dat ook naar buiten toe uitstralen. Arnhem was een behoorlijk ingeslapen bank en vrijwel uitsluitend voor particulieren, maar nu gaat Arnhem commercieel! In tegenstelling tot wat wel wordt gedacht is de lokale autonomie, het hebben van een verantwoor delijkheid voor het eigen werkgebied, ook voor een stadsbank een uitstekend uitgangspunt. Autonomie geeft motivatie.' 'En dat proeft de markt!', voegt Poel eraan toe. Snelst groeiende effectenbank Prins: 'In het op orde brengen van de rentabiliteit zijn we inmiddels behoorlijk goed geslaagd. Nu kunnen we onze aandacht vol richten op doelstelling nummer twee: het snel verder opschroeven van de kwaliteit van onze dienst verlening. Dat doen we vanuit een externe oriëntatie. Daarom zijn we ook zeer tevreden met Visie '98 als een bij uitstek marktgericht concept. Ook dat project kwam dus precies op tijd. De strategie van de bank is om zich zeer actief in de onderscheiden marktsegmenten te mani festeren. Na de noodzakelijke sanering van het kantoren net, met een veel te ster ke overbelichting van de particuliere sector, volgen we nu een uitge kiend concept van clus tering per wijk. Elier- mee zijn we goed in staat het contact met de particuliere klant te onderhouden.' Met gepaste trots wordt ter sprake gebracht dat de Rabobank Arnhem de laatste jaren de snelst groeiende effectenbank binnen de organisatie is. 'Dat is het directe gevolg van het aanstel len van een aantal "goeie mensen"', ver klaart Poel. 'We hebben een permanente hoge groei en zijn een lastige luis in de pels van de concurren tie. Daarmee bouwen we een enorm krediet op.' Wold berg beaamt dat: 'Er is een soort mond-tot-mondreclame ontstaan. We krijgen er andere categorieën klanten bij. Nu we de weg omhoog hebben gevonden, zijn we in rap tempo bezig de bank om te vormen van de door en door retailbank die zij was naar een stevige bank, ook voor beleggers en bedrijven.' Poel noemt de ontwikkelingen 'spectaculair' en wijst bijvoorbeeld op de 'spin-off' van het Vermeerproject voor zijn bank. 'Dat heeft echt ont zettend goed gewerkt. Ook daar hebben we enorm veel 'goodwill' mee kunnen kweken.' Innovatiedrift 'Verhoging van de kwaliteit van de dienstverlening', zegt Prins, 'moet een voedingsbodem hebben onder de mede werkers. Als zij echt klantgericht denken, zal het ook hun wens zijn de klant te accommoderen. Zowel medewer kers en klanten zijn uitgebreid geraadpleegd in ons stre ven de kwaliteit te verhogen. Direct gevolg is bijvoor beeld dat we onze openingstijden drastisch hebben aangepast. Al onze kantoren hanteren nu zes dagen per week dezelfde klantvriendelijke openingstijden. Dat mag toch uniek worden genoemd. Je merkt ook dat de mede werkers zeer actief in het werk staan. Ze denken mee en Woldberg: 'Autonomie geeft motivatie.' II

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1996 | | pagina 21