5 hen past. Daarover willen ze praten en pas daarna over het aanwenden van een stukje van het resultaat voor goede doelen. Dat sommigen in onze organisatie het wat ongemakkelijk vinden om zich aan zo'n controle vanuit de leden te onderwerpen, kan ik vanuit de gegroeide situ atie wel begrijpen. Maar we mogen ons er niet bij neer leggen. Want op het moment dat je de bank als het ware loskoppelt van de vereniging, maak je er - onder valse noemer - eigenlijk een vennootschap van. |e moet dan op zoek naar een alternatieve legitimatie die dan niet meer 'De essentie van Visie '98 zit in het hart van de Coöperatiediscussie.' bij de leden ligt. Dit alles komt nog nadrukkelijk terug in de discussie over het Beheer. Er moet nog een flink debat over worden gevoerd.' Later in het gesprek scherpt hij zijn stelling nog wat aan: 'Bestuurders hebben tot taak ons 'professionals' bij de les te houden. De kracht van onze organisatie is niet dat we betere professionals heb ben, maar dat we mensen hebben die in de maatschappij staan, die zelf klant zijn en de legitimatie hebben om ons te sturen. Dat betekent veel meer dan uit de verte een beetje toezicht houden, dat mag duidelijk zijn.' Draagvermogen van de aarde De koppeling met de omgeving van de bank in de breed ste zin van het woord, kan bij Wijffels altijd worden beluisterd. Ook nu maakt hij moeiteloos en vanzelfspre kend de stap van het besturen van de bank naar de dis cussie over duurzaamheid die wereldwijd aan de gang is. 'Die discussie moet leiden tot het besef dat we het draag vermogen van de aarde als bron van het leven in stand moeten houden. Alles wat we doen is daarop van invloed. Die onderlinge afhankelijkheid is niet meer te ontkennen. We bevinden ons nu in een bewustwordings fase en het handelen van ondernemingen zal daaraan in snel toenemende mate worden getoetst. Dat geldt ook voor ons als financiële instelling. Investeringen bij voorbeeld die we financieren zullen steeds sterker vanuit die optiek worden beoordeeld. We zullen die toets dus moeten meenemen in onze manier van denken. Alleen als we daarin slagen, zijn we in staat om de kwaliteit van de activa op de balans op hoog niveau te houden. En daar ligt de essentie. De kwaliteit van de kredietportefeuille is bankbelang. Het behoud van die waarde is dus gekop peld aan het behoud van de aarde in termen van duur zaamheid. Daarvan moeten we ons bewust worden. Als coöperatieve bank kunnen we een leidende rol spelen bij de draai die de samenleving hier moet nemen. De relatie met onze kernmissie is evident: het gaat ons om het hel pen realiseren van de ambities van mensen. En die ambi ties zullen zich in toenemende mate richten op meer duurzame methoden van produceren. Ik vind het dan ook een goede zaak dat we door middel van ons Projec tenfonds veel ondernemers kunnen helpen als ze voor duurzame productie willen kiezen.' 'Acht Domtorens' 'Ik zie het ook als een groot voordeel voor onze bank dat we zoveel bestuurders uit de agrarische sector rijk zijn. Die sector is al geruime tijd volop met dit vraagstuk in de weer. De landbouw wordt niet voor niets de primaire sector genoemd. De binding met aarde en voeding is daar het meest direct. Het is een glazen huis waarop iedereen het oog houdt, omdat het iedereen raakt. Ik heb grote bewondering voor de wijze waarop onze agrariërs daar mee omgaan. Ze moeten 180 graden door de bocht en overeind zien te blijven. De ervaringen die daar momen teel worden opgedaan zijn voor eenieder, maar voor ons als coöperatieve bank in het bijzonder, van groot belang.' Krachtig onderstreept hij dat de bank zich hier door meer dan ooit in alles wat zij doet een voorbeeldig lid van de maatschappij zal moeten tonen. 'Dat vraagt van ons ook concrete stappen op het terrein van de duur zaamheid. En we zijn op weg. Ik noem bijvoorbeeld ons Groenfonds dat is gekoppeld aan investeringen in milieu projecten, maar we zijn ook doende goed naar ons eigen bedrijf te kijken. Ook die 'acht Domtorens' papierbespa ring in één jaar bij Rabobank Nederland liegen er niet om en je kunt je afvragen of het niet eens tijd wordt om te kijken naar het aantal milieubelastende 'geografische verplaatsingen' dat we als bedrijf op ons conto hebben.' Geen kwestie van potverteren Een aantal majeure en in de pers breed uitgemeten bewe gingen van de laatste tijd - de Robeco Groep, de partici patiemaatschappij Gilde en Rabobank International - wekken de indruk dat hierbij sprake is van een goed geplande enscenering. Het zijn echter ontwikkelingen die zich min of meer toevallig in een kort tijdsbestek hebben aangediend. Al die ontwikkelingen hebben echter hun -

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1996 | | pagina 5