trends waarmee onze bank in de huidige tijd te maken
heeft. Als bestuur zijn we daar sterk op gericht. Ook die
verwachting is uitgekomen.' Medebestuurder Ben van
Dinten beaamt dit volmondig. Deze ondernemer en
bedrijfsadviseur toont zich een warme promotor van de
cursus, die hij omschrijft als een ontdekkingsreis naar de
inhoud van de coöperatie. 'De coöperatie slaapt' aldus
Van Dinten. 'En in de Coöperatiediscussie zijn we in
mijn ogen nog steeds niet tot de echte kern doorgedron
gen, namelijk onze legitimering tegenover leden en
gemeenschap. De discussie voeren we teveel van binnen
uit. We zetten wat nieuwe knopen aan onze jas, maar we
vergeten de werkelijke inhoud. We hebben kennelijk een
soort revolutie nodig om de zaak wezenlijk te verande
ren. In de cursus hebben we de benodigde ammunitie
ontvangen. Ook hebben we over allerlei maatschappelij
ke trends gediscussieerd die ons als bank geweldige kan-
'We moeten komen tot een soort bestuurdersplatform.' V.l.n.r. de heren
Van Trigt, Uit den Boogaard en Van Dinten.
sen geven. En voor het benutten daarvan is het echt niet
nodig te kunnen beschikken over een pot geld, maar dat
kan heel goed door bijvoorbeeld de denkkracht van de
Rabobank beter te benutten. We zullen wegen moeten
vinden om de kennis die bij bestuurders bestaat over de
meest uiteenlopende zaken te mobiliseren en organisatie
breed beschikbaar te stellen.'
Naast de stoel van de directeur
Ook directeur Van Trigt ziet hiertoe grote mogelijkhe
den. 'Het vergt wel een geheel andere benadering. Onze
bank leeft nu met ratio's en stuurgrootheden die bancair
zijn georiënteerd, t Coöperatieve activiteiten komen daarin
niet tot uiting, omdat ze niet direct in het resultaat van
de bank neerslaan. Ook daaraan zullen we iets moeten
doen, maar dat vergt een volstrekt andere houding.' Van
Trigt ziet ook een veranderende positie van de besturen.
'Ik denk dat het bestuur zich weer echt met het besturen
van de coöperatie gaat bezig houden. De afstand tussen
'Coöperatief Besturen en Managen'
Deze cursus is bestemd voor bestuurders en eindverantwoordelijke direc
teuren en helpt hen bij het in gang zetten en onderhouden van het ver
nieuwingsproces, dat door snelle economische en maatschappelijke veran
deringen van coöperatie en bank wordt gevraagd. De cursus sluit aan bij
het coöperatieproces dat zich op landelijk en lokaal niveau voltrekt. De
inhoud van de cursus wordt telkens aangepast om dat proces zo goed
mogelijk te ondersteunen.
De opleiding bestaat uit een driedaagse cursus, waarin vooral begrippen
en inzichten worden aangereikt. Door gebruik van voorbeelden en cases
wordt dat herkenbaar gemaakt voor de deelnemers.
- dag 1De coöperatie ontwikkelen: in welke richting?
- dag 2: Culturele en sociaal-economische verschillen in het werkgebied:
de consequenties voor de lokale Rabobank.
- dag 3: Praktische vraagstukken, gezien vanuit coöperatieve context.
Na het volgen van de cursus kan worden deelgenomen aan workshops:
- workshop Praktijk (twee dagen). Vooral gericht op de bestuurlijke vaar
digheden van de deelnemers. Het gaat hier over hun problematieken.
- workshop Verdieping (namiddag en avond), waarin door de deelne
mers gekozen thema's kunnen worden verdiept.
De cursus worden, afhankelijk van het aantal aanmeldingen, regionaal aan
geboden. Wanneer u zich nu inschrijft voor de cursus wordt u ingedeeld in
een groep die begin 1997 start.
Voor de cursus 'Coöperatief besturen en managen' kan informatie worden ver
kregen bij de RabobankAcademie (tel. 030 216 14 24, adrescode UH P 752).
bestuur en directie wordt daardoor kleiner. Het bestuur
komt daarbij overigens niet op mijn stoel te zitten, maar
wel er naast. Tegelijkertijd zullen de eisen die aan
bestuurders worden gesteld ook hoger worden.'
Coöperatief beleidsplan
De aanwezigen maken duidelijk dat deze cursus veel tijd
en inspanning vergt. 'Je krijgt vooraf veel te lezen en dat
is bepaald geen gemakkelijke materie. Je moet je de
inhoud eigen maken, want het uitsluitend bijwonen van
de cursusdagen is onvoldoende. Ook daarom is het goed
om vanuit de bank met een koppel te gaan. Dan kun je
elkaar daarop ook aanspreken', aldus Uit den Bogaard.
Van Dinten maakt duidelijk dat met het afronden van de
cursus het werk nog niet is gedaan. 'Allereerst moeten we
naar wegen zoeken ook onze eigen collega-bestuurders te
informeren over de behandelde stof. Wellicht dat we
daarbij ook nog 'n beroep doen op een docent van de
cursus. Vervolgens moeten de gedachten uit de cursus
nog neerslaan in een coöperatief beleidsplan dat ook met
de leden wordt besproken.' Tijdens de cursus is de
gedachte geopperd te komen tot een soort bestuurders
platform. Dit platform kan ertoe bijdragen dat de bij
bestuurders bestaande kennis ook elders wordt gebruikt.
'Want juist daar ligt voor de Rabobank een niet te evena
ren voordeel ten opzichte van andere banken.'
17