Interne berichten
M
Benoeming
De heer Th. H. Martens, thans directeur van de
Rabobank Roosendaal is per 1 augustus 1996
benoemd tot regiodirecteur Zuid-Nederland.
Hij volgt de heer J.A.J.C. Jansen op die een
benoeming heeft aanvaard als algemeen
directeur van de Rabobank Eindhoven.
Renterisico's: nieuw systeem
Bankieren, wordt wel gezegd, is vrij simpel. Je
moet ervoor zorgen dat de rente die je betaalt
over de middelen zoveel lager is dan de rente
die je ontvangt over de uitzettingen, datje uit
dat verschil èn de provisie-opbrengsten de
kosten kunt betalen, en dan ook nog genoeg
winst overhoudt.
In de praktijk is dat verschil - de rentemarge -
echter helemaal niet zo eenvoudig beheers
baar. Dat komt omdat bancaire middelen en
uitzettingen verschillende looptijden en ren
tetypes kennen. De tarieven van deposito's en
rekening-courant kredieten bijvoorbeeld han
gen samen met de geldmarkt, de tarieven van
lange vaste leningen en spaargelden hangen
op hun beurt weer af van de ontwikkeling van
de kapitaalmarkt, terwijl de tarieven van varia-
belrentende leningen en de Rabobank Rende
ment Rekening door een mengeling van geld
en kapitaalmarktrente worden beïnvloed. Een
bank loopt renterisico als de verschillende
genoemde categorieën aan de uitzettingen
kant en de middelenkant van de balans niet
dezelfde omvang en looptijd hebben.
Deze renterisicoproblematiek zal ook regel
matig in het bestuur aan de orde komen. De
consequenties van een mismatch kunnen
namelijk zeer omvangrijk zijn. Ook in bestuur
dersconferenties wordt aan dit onderwerp
aandacht besteed.
Rabobank Nederland biedt de banken nu al
enige jaren een instrument aan om hun rente-
risicopositie in kaart te brengen. Dit instru
ment is inmiddels grondig verbeterd.
In mei is gestart met de introductie van een
nieuwe systematiek van renterisicobeheer-
sing. De introductie zal gefaseerd plaatsvin
den. Eind mei hebben de banken voor het
eerst informatie ontvangen in de vorm van
lijsten. Vanaf dat moment kunnen de banken
hun renterisico sturen op basis van de nieuwe
systematiek met bijbehorende stuurgroot-
heden en normen. Zo spoedig mogelijk na de
zomerperiode zullen de banken kunnen
beschikken over een PC-toepassing. Daarmee
wordt informatie over de renterisicopositie
van de bank gegeven en kan worden bere
kend wat de effecten van corrigerende maat
regelen - bijvoorbeeld een renteruil - zijn op
de renterisicopositie van de bank.
Het oude systeem voor het beheersen van
renterisico kende een aantal tekortkomingen.
Zo werd niet uitgegaan van de resterende,
maar van de oorspronkelijke rentefixatieter-
mijn van de balansposten. Ook werden er ver
schillende vervalkalenders gebruikt, die niet
goed op elkaar aansloten. Tenslotte werd
geen rekening gehouden met de invloed van
extra aflossingen op de renterisicopositie van
de bank.
De nieuwe systematiek heft deze tekortko
mingen op. Het fundament van deze systema
tiek is een rentetypische balans en één geïnte
greerde vervalkalender. 'Bovenop' dit
fundament is een nieuwe set van stuurgroot-
heden en normen ontwikkeld.
De stuurgrootheden vormen een samenhan
gend geheel en zijn een hulpmiddel voor het
management bij het besturen van het renteri
sico. Als de bank binnen deze normen blijft, is
er sprake van een gezonde renterisicopositie.
De eerste stuurgrootheid is gericht op de zeer
lange termijn (langer dan 10 jaar) waarbij
ervan wordt uitgegaan dat de uitzettingen en
middelen qua rentefixatietermijn volledig op
elkaar zijn afgestemd. Voor de lange termijn
(vanaf 5 tot en met 10 jaar) en voor de middel
lange termijn (vanaf 2 tot en met 5 jaar) is een
volledige matching niet vereist. Bij die termij
nen zijn afwijkingen tussen uitzettingen en
middelen mogelijk als rekening wordt gehou
den met de omvang van het eigen vermogen
en van andere relatief rente-ongevoelige pos
ten, zoals betaalrekeningen. Twee stuurgroot
heden sturen op de korte termijn en zijn
gericht op het voorkomen van heftige schom
melingen in het bedrijfsresultaat. Verder is in
de nieuwe systematiek een zogenoemde sig
naleringsindicator opgenomen om specifieke
onevenwichtigheden aan het licht te brengen.
Aan het eind van dit jaar zal de definitieve
vaststelling van de normen en de besluitvor
ming over de regelgeving rond het renterisico
plaatsvinden. Het is de bedoeling dat er een
regeling tot stand wordt gebracht die - qua
belang - vergelijkbaar is met regelingen als de
Liquiditeits- en Renteregeling. De overgangs
periode biedt de banken de gelegenheid de
renterisicopositie zonodig geleidelijk bij te
sturen. Deze periode is tevens bedoeld om bij
de lokale banken en bij Rabobank Nederland
meer ervaring met de nieuwe systematiek en
de normen te kunnen opdoen, zodat zonodig
'fine tuning' van de normen kan plaatsvinden.
Aan het einde van de overgangsfase is dan
een goed onderbouwde besluitvorming
mogelijk. De Centrale Kringvergadering zal
hierbij advies worden gevraagd.
(circulaire 31/173 van 21 mei 1996)
Aanpassing Solvabiliteitsbeleid
In de CKV van 15 mei jongstleden is een posi
tief advies uitgebracht om de Vereveningsre
geling Winstgarantie en Vermogensverster
king te wijzigen. Groeibanken en midden-
marktbanken die als gevolg van een snelle
groei van het bankbedrijf tijdelijk in een situa
tie dreigen te komen dat ze niet voldoen aan
de S-grens - de solvabiliteitseis neemt sneller
toe dan het eigen vermogen van de bank -,
kunnen een achtergestelde onderhandse
lening aanvragen. Hierdoor wordt hun solva
biliteitspositie verbeterd. De met deze steun
beoogde groei dient rendabel te zijn, waar
door de bank na verloop van tijd weer op
eigen kracht aan de S-grens kan voldoen. Bij
de tariefstelling van de achtergestelde lening
wordt uitgegaan van de tariefstelling voor
onderhandse leningen uit het banker's bank
productenpakket met een opslag van 0,2%.
De revenuen van deze opslag komen de col
lectiviteit van de lokale banken ten goede.
(circulaire 11/108 van 3 juni 1996)
Rabobank Tante Agaath B.V.
De Rabobank heeft begin juni de Rabobank
Tante Agaath-lening op de markt gebracht.
Daarmee kunnen achtergestelde financierin
gen worden verstrekt aan startende en door
startende ondernemers en aan bedrijfsopvol-
gers. Met dit initiatief wordt ingespeeld op de