15
in het web en woordvoerder bij uitstek van
die uitzijn aard gedecentraliseerde Rabobank-
organisatie'. Terwijl de ING in deze vergelij
kende serie vooral over het voetlicht komt als
een verzameling clubs die elkaar onderling de
bal toespeelt om de markt af te romen, en de
ABN Amro er door de hoge eigen dunk qua
imago zelfs wat bekaaid vanaf komt, blijft van
de Rabobank met name hangen dat de bank
vanuit een historisch-maatschappelijke ach
tergrond beschikt over een zeer sterke wil tot
persoonlijke en deskundige samenwerking.
Het coöperatieve register dat hij extra tot zijn
beschikking heeft, wordt door Wijffels mees
terlijk bespeeld. Zo zegt hij onder meer: 'Het is
niet het punt om voor één ding te kiezen en
andere te laten liggen Want het gaat ons niet
om maximeren, groei van de winst per aan
deel in dubbele cijfers in een NV-omgeving.
Ons doel is het bedienen van klanten en als
afgeleide daarvan het bijhouden van onze sol
vabiliteit bij wat de klanten aan groei genere
ren. Een winstuitkering hoort ook niet bij de
klantenbinding die wij zoeken.'
(Het Financieele Dagblad van 28,29 en 30-12-1995)
Noodzakelijke luxe
In het decembernummer van Coöperatie
Magazine - het maandblad van de Nationale
Coöperatieve Raad - stond de weergave van
een interview waarin drs. J. Hazen, hoofd Staf-
groep Coöperatie, de lijntjes van onze Coöpe
ratiediscussie eens met elkaar verbindt. Dat
weieens wordt gezegd dat het om een luxe
discussie handelt, zo verklaart Hazen onder
meer, betekent niet dat we rustig achterover
kunnen leunen: 'Als we er niet in slagen om
een coöperatief fundament onder ons bedrijf
te leggen, zal dat uiteindelijk ingrijpende
gevolgen hebben voor de oriëntatie en het
karakter van onze organisatie.' Alhoewel het
even heeft geduurd, is het waarom van de dis
cussie volgens hem nu duidelijk doorgedron
gen: 'Pas nu, na ruim een jaar discussie, wordt
het breed onderkend dat het ontbreken van
een coöperatieve identiteit een probleem is.
Maar dat heeft lang geduurd. Er werd gezegd:
niet zeuren, het gaat toch goed. Dat is nu de
paradox: met het bedrijf gaat het goed, maar
mede daardoor heeft de vereniging stilge
staan.' Hazen benadrukt dat het verenigings
model is verschoven richting stichtingsmodel,
waardoor zich op termijn een legitimatie
vraagstuk dreigde aan te dienen. Verder gaat
hij uitgebreid in op de wijze waarop de Co-
operatiediscussie binnen de Rabobankorgani-
satie wordt gevoerd. Met de resultaten van de
discussie nog volop in wording, staat met
name het proces van coöperatieve vernieu
wing centraal in het NCR-vraaggesprek.
(Coöperatie Magazine, december 1995)
Met kraken en piepen
'Het succes van het verleden is een vertragen
de factor in verandering. Als het minder gaat
heb je de neiging het eerst nog maar een jaar
tje aan te zien.' Een uitspraak van Wijffels in
Boerderij die hij niet alleen van toepassing
acht op de landbouw, maar ook op z'n eigen
Rabobank. 'Ook bij de Rabobank hebben we
formules moeten veranderen waarmee we
lang succes hadden'. Als 'afgevloeid agrariër'
soms jaloers op z'n twee wel boerende broers,
vraagt Wijffels zich trouwens weieens af of hij
de juiste keus heeft gemaakt. Gelukkig stelt de
positie die hij nu bekleedt hem wel in staat
een verhelderend analytisch licht te laten
schijnen op de situatie in de landbouw: 'We
moeten met z'n allen een scherpe bocht
maken en dat gaat met piepen en kraken',
aldus Wijffels in het interview. Naar zijn oor
deel is de landbouw in zijn geheel nog te wei
nig ingeschoten op marktomstandigheden
die totaal veranderen. De weg van buikpro
ducten voor de massamarkt naar kwaliteits
producten voor deelmarkten wordt nog
onvoldoende bewandeld. Ook het succesvolle
verleden van de grote klassieke afzetorganisa
ties is daar mede debet aan. Daar is echter
voorlopig nog eerder sprake van restauratie
dan van vernieuwing. Wijffels toont zich voor
stander van een matrixmodel waarin de sec
torale organisatie dominant is. Met veel boe
ren is hij van mening dat het landelijk
mestbeleid veel 'te Haags' is en tot vastlopen
gedoemd. Ook wat dat betreft is het nodig om
de omslag naar zelfbestuur in de regio te
maken. Gehoord de geluiden uit ambtelijke
kring toont Wijffels zich echter hoopvol. Hij
breekt een lans voor het 'milieuschap' als een
nieuwe, democratisch bestuurde instelling
voor mensen die in een gebied wonen en
samen de verantwoordelijkheid op zich
nemen voor de milieukwaliteit.
(Boerderij, 01-02-96)
Kerncijfers gezamenlijke aangesloten banken
Medewerkers
- aantallen
- mensjaren
Veranderingen t.o.v.
1 januari 1995
-610
-648"
December 1995
28.116
25.083
December 1994
28.726
25.731
Banken
- aantal fusies
- aantal banken
- aantal vestigingen
42
-44
12
547
1.879
24
595
1.923
Tarieven
- basistarief bestaande variabele leningen -0,5
- kapitaalmarktrente -1,6
- geldmarktrente -1,7
6,4*
6,1
3,7
6,9
7,6
5,4
Definitie gewijzigd per 1 januari 1995. Voorheen waren WAO'ers, die gedeeltelijk zijn afgekeurd, volledig
inbegrepen in de bezetting. Nu worden ze slechts meegerekend voor het aantal uren dat ze werkzaam zijn.
De definitiewijziging leidt tot een daling van het aantal mensjaren van 107.
Per 1 februari 1996 verlaagd tot 6,2%
(Bron: Rabobank Nederland, Financieel Economisch Beheer)