'Autonomie ontleen je aan de leden' Coöperatief in de praktijk 5 De coöperatiediscussie is een volgende fase ingegaan: de gedachtenwisseling met de leden. Deze vindt niet plaats volgens centraal ontwikkelde sjablonen, maar in een vorm die door iedere bank zelf wordt bepaald. Een aantal banken heeft inmiddels ervaren hoe de leden over de coöperatie denken. Bij drie banken volgden we dit proces. Drie banken met een eigen aanpak: Amsterdam, Leerdam en Midden-Westland. Enige kernleden van de Rabobank Amsterdam: verbaasd over extra mogelijkheden van coöperatie. Dat de ledendiscussie sterk wordt bepaald door de ideeën daarover bij de verschillende banken, wordt duidelijk als we de aanpak van deze drie banken naast elkaar leggen. De Rabobank Amsterdam organiseerde onder professionele leiding twee discussie avonden met een stuk of twintig kernleden. De Rabo bank Leerdam wijdde haar Algemene Vergadering aan dit thema, terwijl de bank Midden-Westland een hele cyclus van activiteiten startte die pas halverwege dit jaar zal worden afgerond. De banken kijken met tevre denheid terug en hebben van hun leden kunnen opteke nen dat zij grote belangstelling hebben voor een serieu ze discussie over het coöperatieve karakter van hun bank. Coöperatie behoeft versterking In de laatste uitgave van ons blad in 1995 werd uitvoe rig aandacht geschonken aan de wijze waarop de stads bank Amsterdam invulling tracht te geven aan haar co- operatieve karakter. Met een aantal kernleden is recent onder leiding van Ton Planken gediscussieerd over het coöperatieve karakter van de bank. Voorzitter Van den Busken hierover: 'Vrijwel alle leden die we hadden uit genodigd, hebben onmiddellijk en positief gereageerd. We hadden mensen uitgenodigd uit verschillende branches om een zo goed mogelijke doorsnee van onze kernleden te krijgen. Uit de discussies hebben we enkele duidelijke conclusies kunnen trekken. Om te beginnen dat het coöperatieve karakter van onze bank wordt gewaardeerd, maar wel versterking behoeft. We moeten ons geen illusies maken dat de ondernemers uitsluitend bij ons bankieren omdat we een coöperatie zijn. Ze kie zen ons uit op basis van zakelijk-financiële argumenten in combinatie met goede persoonlijke contacten. Pas in tweede instantie realiseert men zich bij een coöperatieve vereniging te zijn aangesloten en is dan eigenlijk ver baasd over de extra mogelijkheden die deze organisatie vorm biedt.' Unaniem kwam uit de beide discussie-avonden de wens naar voren beter geïnformeerd te worden, maar ook de IIOLlNMUt-N BtHOUllMS VMMIRIVWI? vhmul i-rojnlr 1'ILSsILM 'IKtUinv

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1996 | | pagina 5