Banken Feiten en cijfers Kerncijfers gezamenlijke aangesloten banken Veranderingen t.o.v. 1 januari 1995 November 1995 November 1994 Medewerkers aantallen - mensjaren -589 -652 28.137 25.079 28.826 25.814 - aantal fusies - aantal banken - aantal vestigingen 31 -36 -43 1 559 3 624 1.927 Tarieven - basistarief bestaande variabele leningen - kapitaalmarktrente - geldmarktrente -0,2 -1,4 -1,5 6,7" 6,3 3,8 6,9 7,5 5,2 Definitie gewijzigd per 1 januari 1995. Voorheen waren WAO'ers, die gedeeltelijk zijn afgekeurd, volledig inbegrepen in de bezetting. Nu worden ze slechts meegerekend voor het aantal uren dat ze werkzaam zijn. De definitiewijziging leidt tot een daling van het aantal mensjaren van 107. Per 1 december 1995 verlaagd tot 6,4% (Bron: Rabobank Nederland, Financieel Economisch Beheer) een artikel in NRC-Handelsblad neemt hij stel ling tegen een oproep van de vice-voorzitter van de Europese Commissie, Alman Metten, om de invoering van de nieuwe gemeen schappelijke valuta, de Euro, in een hoger tempo te voltooien dan het introductiescena rio waarin het Europees Monetair Instituut voorziet. Een versnelde invoering zal in de ogen van Wijffels onaanvaardbare gevolgen hebben met desastreuze gevolgen voor de nationale economieën en het bankwezen. Een geforceerd invoeringsscenario mondt vrijwel zeker uit in een financiële chaos. Bepaald geen prettig vooruitzicht! (NRC-Handelsblad, 28 november 1995) EMU heeft ingrijpende gevolgen voor de banken Als alles volgens plan verloopt, wordt met ingang van januari 1999 overgegaan tot de vorming van een Economische en Monetaire Unie (EMU) in Europa. In 1998 zal worden besloten, welke landen aan deze EMU zullen deelnemen. Dit zal vooral afhangen van de mate, waarin de landen voldoen aan de zogenoemde 'convergentiecriteria' van het Verdrag van Maastricht. Aan de hand van deze criteria wordt afgelezen, of landen eco nomisch sterk genoeg zijn en voldoende beleidsdiscipline kunnen opbrengen om een economische en monetaire unie met Duits land aan te gaan, want daarop komt de EMU in feite neer. De vorming van de EMU heeft verstrekkende consequenties voor het bank wezen. De EMU betekent immers onder andere, dat de nationale geld- en kapitaal markten van de deelnemende landen aan- eensmelten tot een Europese geld- en kapi taalmarkt, dat een gemeenschappelijk monetair beleid wordt gevoerd en dat de valuta's van de deelnemende landen na ver loop van tijd worden vervangen door een gemeenschappelijke munt, 'Euro' geheten. Voor onze bank betekent een en ander bij voorbeeld, dat zij zich moet instellen op andere marktcondities op de financiële mark ten, waarbij de Nederlandsche Bank - die dan nog 'slechts' een filiaal van de Europese Centrale Bank is - een ander instrumentari um zal gaan hanteren, en dat de dealing- room in Utrecht een deel van zijn inkomsten uit de valutahandel kwijtraakt. Daarnaast zul len de systemen van de bank moeten wor den aangepast, zodat zij te zijner tijd soepel de overgang van gulden naar euro kunnen maken. De voorbereidingen voor deze majeure operatie zijn inmiddels gestart, waarbij binnen Rabobank Nederland een EMU-Coördinatiegroep is opgericht om deze werkzaamheden te coördineren. De EMU zal echter niet alleen Rabobank Nederland raken, maar heel nadrukkelijk ook consequenties hebben voor de lokale ban ken. Zo zullen ook daar systemen moeten worden aangepast, waarbij natuurlijk ook moet worden gedacht aan de in eigen beheer ontwikkelde programma's. Te zijner tijd zul len ook de geldautomaten moeten worden omgebouwd. Inkomsten uit de omwisseling van buitenlands geld zullen voor een deel verdwijnen, terwijl bijvoorbeeld deposito's van buitenlanders - met name Belgen en Duitsers - niet meer als middelen in vreemde valuta, maar als lokale middelen zullen gel den. Daarnaast zullen de plaatselijke banken waarschijnlijk een belangrijke rol moeten spe len bij het in omloop brengen van de nieuwe munten en bankbiljetten en de inname van de uit het betalingsverkeer verdwijnende gul dens. Tot slot moet iedere bank zich beraden op de gevolgen van de EMU voor haar cliën ten. Deze zullen te zijner tijd behoefte heb ben aan voorlichting en advies en uiteindelijk aan nieuwe produkten in euro. Ook onze klanten zullen immers door een aanpassings proces heen moeten; daarin zal onze bank hen kunnen bijstaan. Al met al biedt de EMU daarom - naast tal van kosten en problemen - ook een uitgelezen mogelijkheid om onze bankte presenteren als een professionele kennisbank. Drs. W.W. Boonstra, hoofd Algemeen Economisch Onderzoek bij de Stofgroep Economisch Onderzoek en secretaris van de EMU-Coördinatiegroep van Rabo bank Nederland.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1996 | | pagina 14