25 zoals zo vaak bij buurgemeenten, bestond ook tussen Den Ham en Vroomshoop vanouds her een sterke ani mositeit. 'We mogen wel zeggen dat de Rabobanken een voorbeeldfunctie naar beide gemeenschappen hebben vervuld. Door eigenlijk tegen het oude gevoelen in de samenwerking te zoeken, hebben de Rabobanken laten zien dat je met elkaar wat bereiken kunt, een nieuwe richting in kunt slaan. Veel mensen hier hebben zoiets nooit voor mogelijk gehouden. Die rol van voorloper in integratie tussen gemeenten kunnen Rabobanken spelen door te fuseren.' Directeur Grooters, voor de fusie al sinds 1988 directeur van Den Ham, onderstreept de grote karakterverschillen tussen de oude werkgebieden: Den Ham is van oudsher een agrarische gemeenschap, terwijl Vroomshoop veel meer op industrie is gericht. De woonkernen mogen dan wat de cultuur betreft van elkaar verschillen, de werkgebieden passen vanuit de bank gezien in ieder geval prima bij elkaar. Reden genoeg om te fuseren: zo vullen ook de beide gemeen schappen elkaar aan. Dat besef zie je nu ook doordrin gen bij de mensen.' Geen vrouw De avond voor het gesprek, op de algemene vergadering, trad de heer Reihng, akkerbouwer, met zijn 69 jaren terug als voorzitter van de Raad van Toezicht. Voor hij bij de fusie in 1993 voorzitter werd, was hij 10 jaar lid van de Raad van Toezicht van Vroomshoop. Zijn opvol ging is dus een mooie opstap naar het functioneren van de colleges, een belangrijk agendapunt op de beleidsdag. Directeur Grooters geeft aan dat vorig jaar al functiepro fielen zijn gemaakt, met criteria zoals kennis, maatschap pelijke betrokkenheid, ervaring en een aantal persoonlij ke kenmerken: 'Die profielen zijn gehanteerd als een positieve kapstok.' Een vrouw is het overigens - 'jammer genoeg', geeft Visser te kennen - met geworden, hoewel daar wel bewust naar is gezocht. De mannen geven aan dat dat nog niet zo lang geleden helemaal niet zou zijn gebeurd en spreken van 'een verrassende mentaliteitsver andering'. Kwaliteit heeft echter ook nu de doorslag gegeven om een goed functioneren van de colleges zoveel mogelijk te waarborgen. Reiling: 'We volgen bij de beoordeling van ons functioneren de vragenlijst uit de Leidraad voor Bestuur en Raad van Toezicht. Je kunt je natuurlijk afvragen hoe realistisch zo'n vragenlijst is, maar het resultaat is wel dat je elkaar een spiegel voor houdt. De zwakke kanten komen er dan vanzelf wel uit.' 'Upgraden' Na nu een jaar in de Raad van Toezicht te hebben gefunctioneerd staat het Visser, ondernemer met een groothandel in agrarische produkten, scherp voor de geest wat er allemaal voor komt kijken om goed te kun nen functioneren: 'Het vergt veel tijd en moeite om een goede gesprekspartner te worden. En dat moet je kunnen zijn, voor collega-bestuurders en zeker ook voor de direc teur, anders moet je er niet aan beginnen. Mijn ervaring is dat je jezelf behoorlijk moet 'upgraden' om zinvol over de bank te kunnen denken en te kunnen meepraten.' Hij benadrukt dat voor het kunnen dragen van eindverant woordelijkheid een tweerichtingsverkeer met de directeur van wezenlijk belang is. Grooters haakt hierop in: 'Als Directeur Grooters: De grootste bank moet ook de beste zijn.' directeur ben ik bezig de colleges zoveel mogelijk te ondersteunen in hun functioneren en de kwaliteit daar van te verhogen. Daartoe zie ik de Leidraad als een belangrijk hulpmiddel, maar ik hecht tevens grote waar de aan een brede informatievoorziening. Daarbij zie ik de mogelijkheden voor de colleges om hun verantwoorde lijkheid te dragen steeds beter worden. Dit in het verleng de van het streven van Rabobank Nederland om meer stuurmogelijkheden aan te brengen in het functioneren van de aangesloten bank.' Hoewel het beroep op tijd en kwaliteit van de leden navenant toeneemt, zijn ook de beide voorzitters van mening dat het houvast van de col leges groeit. Wel constateert men hierbij een duidelijk spanningsveld rond de hoeveelheid 'vrije tijd' die eigen lijk van beheerders, als de vrijwilligers die zij nog altijd zijn, mag worden verwacht. Dashboard De indruk op de beleidsdag was dat de colleges er met inzet van instrumenten zoals rating-onderzoek, rapporta ge door de kredietinspectie, stuurgrootheden en dergelij ke steeds beter in slagen de bank te richten. 'Het dash board naast het stuur van de colleges raakt steeds beter uitgerust', vergelijkt Grooters treffend, 'en dat dwingt de directeur tot het formuleren van verbeteringsvoorstellen en het periodiek terugkoppelen van vorderingen naar de colleges.' Overigens leeft wel het besef bij Den Ham- Vroomshoop dat een bank zich niet louter met cijfers laat besturen. 'Op zo'n dag op de hei kun je veel beden ken, uitstippelen en besluiten, maar uiteindelijk moet het toch tussen de oren zitten', vervolgt Grooters onder ver wijzing naar de cultuurcomponent, 'we zijn een bank van

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1995 | | pagina 25