Agenda Rabobank in het nieuws Feiten en cijfers ningshulpmiddelen die hun ter beschikking staan. Ruim zeven jaar geleden leidde een soortgelijk onderzoek mede tot de (verdere) ontwikkeling van de Leidraad voor bestuur ders en van de bestuurdersconferenties. Het huidige onderzoek zal grotendeels door middel van schriftelijke enquêtes tot stand komen. Er vindt echter ook een aantal groeps bijeenkomsten plaats, waaraan ook directeu ren en leden van de regiodirecties deelnemen. Begin 1996 zullen de uitkomsten van het onderzoek bekend zijn. In ons blad zullen wij hieraan zeker aandacht besteden. Bestuurdersprogramma 1996 De jaarlijkse brochure, waarin aandacht wordt besteed aan alle hulpmiddelen waarover de bestuurders kunnen beschikken, is aan de banken toegezonden. In deze brochure zijn onder meer de data en alle overige informatie over de bestuurdersconferenties in 1996 opgenomen. n.b. In het datumoverzicht voor de Vervolg conferentie Financieringen in de regio Zuid Nederland zijn twee foutieve data vermeld: 13 maart 1996 moet zijn 12 maart 1996 15 maart 1996 moet zijn 14 maart 1996 Vergaderdata 1996 - De Algemene Vergadering zal plaatsvinden op donderdag 6 juni. - De Centrale Kringvergaderingen zijn gepland op 20 maart, 15 mei, 4 september en 20 november. Centrale Kringvergadering Tijdens de 93e CKV die op 22 november a.s. in Utrecht zal worden gehouden, komt een groot aantal onderwerpen aan de orde. Allereerst zul len afrondende beschouwingen worden gehouden en zo nodig adviezen worden uitge bracht over nota's die ook al in de eerste najaar vergadering aan de orde waren en die grotendeels ook zijn behandeld in de kring vergaderingen. Het betreft de nota's over de omvang van de lokale bank, het Concept-Kader voorde beleidsplanning en het beleid voorde middenmarkt. Daarnaast wordt ingegaan op belangrijke beleidsontwikkelingen: bij het Cen trale Bankbedrijf van Rabobank Nederland, in de Particulierenmarkt en van het Personeelsontwikkelingsbeleid van de organisa tie. (Op weg naar nieuwe arbeidsverhoudingen.) Voor de teksten van de in deze rubriek genoemde artikelen kunt u contact opnemen met de redactie Even stevig aan de bel De komst van die ene Europese munt - de Euro? - houdt de gemoederen sterk bezig. Ten aanzien van de invoering heerst echter nog zeer veel onduidelijkheid. En dat terwijl een dergelij ke gigantische operatie om een nauwgezette voorbereiding vraagt. Zeker wat het bankwezen betreft! Eind september trok de Rabobank dus eens stevig aan de bel. Met een - gezien de Eurotop op Mallorca - zeer goed getimed en druk bezocht symposium over de Europese Monetaire Unie en die veel besproken nieuwe Europese munt. Gastspreker in het Utrechtse hoofdkantoor van Rabobank Nederland was Europees Commissaris Yves-Thibault Silguy. Maar ook Hoofddirectievoorzitter Wijffels liet er ondubbelzinnig van zich horen. Dat was terug te lezen in de pers. Volgens Wijffels komt er 'een geweldige klus op ons af en daarom pleitte hij op het symposium voor een gedegen over gangsplan. Hij deed dat mede namens bedrij ven en overheden, want: 'Niet alleen banken moeten snel beginnen met de voorbereidingen, maar ook bedrijven en overheden om al hun betalingsverkeer en verslaglegging in ecu om te zetten. Want die ecu komt er, ook zal de invoe ring van die ene munt het bankwezen in eerste instantie harder treffen dan andere bedrijfs takken. Maar uiteindelijk zullen we er allemaal van profiteren.' Aldus Wijffels in de pers. (diverse kranteberichten, eind september 1995) Schretlen Co in de pers In Safe, een uitgave van de Robeco Groep, wordt aandacht geschonken aan de voor spoedige groei van Schretlen. Aan het woord komen directievoorzitter Klaas Veen en zijn collega Peter Hans Budde. In het artikel wordt ingegaan op het produkt 'Vermogensplan ning' van deze Private Bank - 'een uniek pro dukt' - en op haar zelfstandige positie ten opzichte van de beide aandeelhouders Rabo bank Nederland en de Robeco Groep. (Safe, oktober/november 1995) De Rabobank als Triple-A bank Samen met de Union Bank of Switzerland (UBS) en de Deutsche Bank (DB) vormt de Rabobank een select gezelschap: deze drie zijn de hoogst gewaardeerde banken ter wereld. Zij hebben van de drie belangrijkste ratinginstituten (Standard Poors, Moody's en IBCA) de hoogste beoordeling van krediet waardigheid gekregen. Ratinginstituten beoordelen ondernemingen naar de mate van kredietwaardigheid. De hoogste waardering, die slechts is weggelegd voor zeer kredietwaardige ondernemingen, is de zogenoemde triple-A beoordeling. Deze beoordeling is voor andere partijen in de markt, waarmee deze ondernemingen zaken (gaan) doen, het teken dat men met een zeer betrouwbare tegenpartij te maken heeft. Dit geeft voor de triple-A onderneming het voor deel dat zij op de markt tegen relatief gunsti ge tarieven zaken kan doen. Ratinginstituten beoordelen jaarlijks, afzon derlijk van elkaar, banken en andere onderne mingen die een rating hebben aangevraagd. Bij deze beoordeling is het uiteraard mogelijk dat men een hogere beoordeling krijgt of juist ge'downgraded' wordt. Zo verloor de Ameri kaanse bankJ.P. Morgan begin dit jaar de triple-A rating van Moody's door een toegeno men risicoprofiel na een verschuiving in de richting van het meer risicovolle 'Investment Banking'. Er zijn thans nog slechts drie- overigens Euro pese - banken met de hoogste rating. Sinds 1990 heeft de Rabobank van Standard Poors echter een 'negative outlook' gekregen, terwijl voor de andere banken het uitzicht 'stabiel' is. De 'negative outlook' voor de Rabobank impli ceert dat de rating binnen korte tijd zou kun nen worden verlaagd. De reden van de 'negati ve outlook' was destijds de gestage aantasting van de goedkope fundingbasis (het spaargeld) en de relatief zware agrarische betrokkenheid. Verder speelde het oplopende risicoprofiel van de uitzettingen een belangrijke rol. Ratinginstituten maken er geen geheim van dat zij het risicoprofiel van de hele bedrijfstak banken geleidelijk hoger inschatten. Dat kan op zich ook de rating van de hoogst gewaar deerde banken beïnvloeden. Het is dan ook van belang hoe stabiel de rating van de top drie wordt ingeschat. In dat verband is het opmerkelijk dat de DB en UBS vorig jaar te maken kregen met aanzienlijke dalingen van de winst na belasting (-39% resp. -29%). Daarentegen groeide het resultaat na belas ting bij de Rabobank in 1994 en wel met 14%. Bij een vergelijking van de ontwikkeling van

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1995 | | pagina 14