Interne berichten Steeds minder leden Het totale ledenaantal van de lokale banken is met name de laatste jaren drastisch terug gelopen. Een belangrijke verklaring hiervoor vormen de fusies. Bij elke fusie verliezen alle leden van de bank die wordt ontbonden van rechtswege hun lidmaatschap. Vervolgens worden de (statutair verplichte) bedrijfsleden 'overgeschreven' naar de voortzettende bank en worden de particuliere leden - meestal schriftelijk - verzocht lid te worden van de nieuwe bank. In de praktijk leidt deze, juri disch niet te vermijden, procedure ertoe dat veel leden van de ontbindende banken niet reageren, waardoor het ledenbestand van de nieuwe bank vaak fors afneemt. Deze ontwikkeling zou haaks kunnen staan op de uitkomsten van de Coöperatieconferenties, waarin juist wordt gepleit voor een actieve ledenwerving. Dit geldt zeker als door de beschreven procedure ook actieve en betrok ken leden hun lidmaatschap verliezen. Een fusie is primair in het belang van de leden. In dat licht verdient het aanbeveling dat de beheerscolleges en het management van de banken zich vooraf afvragen op welke wijze via de fusie een vitale vereniging met vol doende actieve en betrokken leden tot stand kan worden gebracht. Dit uitgangspunt stelt bijzondere eisen aan de overgang van leden van de ontbindende bank(en). De fuserende banken kunnen maatregelen treffen om in elk geval de verplichte leden, maar ook actieve en betrokken particuliere leden voor de nieuwe bank te behouden. De Fusieleidraad zal op afzienbare termijn in overeenstemming met deze aanbeveling worden aangepast. RabobankAcademie 'De toekomst maakt u zelf'. Onder die titel ver scheen onlangs de opleidingsbrochure van de Rabobank. Alle opleidingseenheden van de Rabobank zijn onlangs geconcentreerd bin nen de RabobankAcademie. Hierdoor wordt het mogelijk management en medewerkers een integraal aanbod van opleidingen aan te bieden. Van een deel van dit aanbod kunnen ook bestuurders gebruikmaken. Bij de Vak groep Bestuurders blijft overigens de primaire verantwoordelijkheid rusten voor de bestuur dersconferenties. In de programmacyclus 1995-1996 is ook het seminar-programma opgenomen. Dit bevat onder meer de bekende winteravondlezingen, die ook voor bestuurders toegankelijk zijn. In het afgelopen seizoen was het centrale thema 'de coöperatie'. De winteravondlezingen wer den door 1100 personen, waaronder een groeiend aantal bestuurders, bijgewoond. Voor de cyclus 1995-96 is het centrale thema 'Democratie nu en in de toekomst'. De onder werpen en sprekers zijn: - 'Het einde van de democratie' (drs. Gevers). - 'De invloed van de media op de democratie' (prof. Schuyt). - 'Ontwikkelingen in Nederland' (mr. Docters van Leeuwen). - 'Het grote ongenoegen' (prof. Van Gunsteren). - 'Organiseren in een Democratie' (prof. Van Dinten). De lezingen vinden plaats ten kantore van Rabobank Nederland te Eindhoven en Utrecht. Nadere informatie over onderwerpen, plaats en tijd is te vinden in het programma overzicht dat in september aan alle banken zal worden toegezonden. Bestuurderskredieten De Nederlandsche Bank heeft aan alle krediet instellingen in Nederland de zogenoemde 'Regeling bestuurderskredieten' opgelegd. Deze regeling geeft dwingende voorschriften voor de kredietverlening door banken aan hun raden van bestuur, het tweede echelon en hun Commissarissen. De regeling beoogt de onafhankelijkheid van bedoelde functiona rissen te waarborgen. De regeling is inmiddels ook van toepassing op Rabobank Nederland. De Nederlandsche Bank heeft besloten de regeling niet van toepassing te verklaren op de lokale banken, onder de voorwaarde dat binnen de organisatie een - door DNB goed gekeurde - overeenkomstige regeling van toepassing wordt verklaard. Hiertoe is inmid dels door de Raad van Beheer besloten. De 'eigen' regeling is van toepassing verklaard op directeuren en onderdirecteuren en op de leden van de beheerscolleges. De eigen regeling sluit aan op de tot nu toe bij kredietverlening gehanteerde praktijk. Voor bestuurders betekent dit dat aan hen uitslui tend volgens de gebruikelijke bancaire nor men, gangbare financieringen mogen worden verstrekt. Deze moeten overigens ter goed keuring aan Rabobank Nederland worden voorgelegd. Als extra waarborg voor de onafhankelijke positie van bestuurders blijft de regel gehand haafd dat aan hen geen personeelskortingen of andere van cliëntvoorwaarden afwijkende reducties mogen worden gegeven. (Circulaire 14/315 van 19juli 1995) De bewerking van de middenmarkt In de Centrale Kringvergadering van 6 sep tember en de daarop volgende kringvergade ringen zal aandacht worden geschonken aan de bewerking van de zogenoemde midden- markt, een marktsegment waarop de Rabo- bankorganisatie uit strategische en concur rentie overwegingen meer greep wil krijgen. Het gaat om ongeveer 10.000 bedrijven, met name geconcentreerd in en rond stedelijke gebieden. Ondanks veel inspanningen van individuele banken en samenwerkingsverban den blijft het marktaandeel van de organisatie ver achter bij de penetratie in de kleinere HID- bedrijven. In laatstgenoemde sector is de Rabobank marktleider. De middenmarkt is een moeilijke, maar bij uitstek rendabele markt. Zij vormt de spil van de bedrijvenmarkt. Het voornemen bestaat in een aantal geselecteer de regio's bovenlokale accountmanagement teams, aangestuurd door het Segment Rela tiebeheer van Rabobank Nederland, te stationeren. Deze teams kunnen de grotere HID-banken, in dit verband de 'HID-plus' ban ken genoemd, ondersteunen bij de markt bewerking. Bij een succesvolle afronding van een acquisitie zullen de desbetreffende bedrij ven worden ondergebracht in de boeken van een daarvoor toegeruste HID-plus bank in het werkgebied. Het relatiebeheer zal in de eerste jaren na acquisitie worden verzorgd door de bovenlokale teams in samenwerking met de desbetreffende bank. Uiteindelijk zal de lokale bank deze taak zelfstandig dienen te verrich ten. Een gevoelig punt in de plannen is onge twijfeld de positie van banken die binnen hun werkgebied een te gering aantal midden bedrijven tellen om zich tot HID-plus bank te I 2

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1995 | | pagina 12