CKV: opnieuw de particuliere betaalrekening Centrale Kringvergadering Hoofdschotel op de agenda vormden natuurlijk de jaarstukken 1994. De tot stand gekomen CAO vroeg ook veel aandacht. Met enige spanning werd uitgekeken naar de behandeling van de voorgestelde wijziging van de produktvoorwaarden voor de particuliere betaalrekening. Deze gevoelige materie vraagt een uit com municatief oogpunt omzichtige bena dering. De grote vraag was hoe de CKV de klantgerichte wijzigingsvoorstellen zou ontvangen. erruiming van de bedrijfstijd en de mogelijkheid om ook de zaterdag als een werkdag in het weekrooster op te nemen, waren belangrijke wensen van de aan gesloten banken op CAO-gebied. Het zijn vernieuwingen die nu daadwerkelijk kunnen worden geregeld. Hoofd directielid drs. P. Burghouts wees op de breuk met de vorige CAO's, maar hij toonde zich ook bezorgd over de aanwezige valkuilen. De grotere flexibiliteit biedt flinke commerciële mogelijkheden die naadloos aansluiten op Visie '98 en Focus, maar bij de invulling zal welover wogen te werk moeten worden gegaan. Een speciale pro jectorganisatie zal daarom in nauwe samenwerking met een aantal proefbanken aanbevelingen doen en hulp middelen ontwikkelen. Burghouts hield de banken voor niet in oude patronen te vervallen, maar vooral de straks beschikbare varianten te benutten. Alleen dan is een zeer marktgerichte en efficiënte werkwijze haalbaar. Het stre ven is aangesloten banken in staat te stellen begin vol gend jaar tot invoering over te gaan. De 36-urige flexibe le werkweek zal uiterlijk in oktober 1996 moeten zijn ingevoerd. Ook vanuit de CKV werd op diverse manie ren gewaarschuwd voor het op eigen houtje aan de slag gaan door aangesloten banken. Met recht 'een cri de coeur', aldus Burghouts. Schaduwzijde Een pleidooi om de mogelijkheden van de nieuwe CAO zo goed mogelijk te benutten, kwam ook van Hoofd directievoorzitter drs. H.H.F. Wijffels. Aan de hand van de jaarstukken over 1994 blikte hij terug op 'een beleids matig ingrijpend, maar in commercieel en coöperatief opzicht goed jaar'. Als compensatie na jaren van een omgekeerde rentestructuur had het tarief voor de variabel rentende lening in 1994 gemiddeld 0,2%, een tijd lang zelfs 0,6%, onder de kapitaalmarktrente gelegen. Dat het i 6

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1995 | | pagina 16