Waarom beperken we de zittingsduur niet? In januari kreeg Rabobank Nederland bezoek van ruim 150 vrouwelijke bestuurders van Rabobanken. Ze discussieerden met elkaar onder meer over de vraag hoe er meer vrouwelijke bestuurders zouden kun nen worden benoemd. Eén van hun adviezen was de zit tingsduur van bestuurders te beperken. De gemiddelde zittingsduur van mannelijke bestuurders is ruim 13 jaar; van vrouwelijke bestuurders bedraagt deze 5,5 jaar. Zij lijken dus (nog?) recht van spreken te hebben. Ook nieuwe bestuurders geven er vaak blijk van hun functie slechts voor een beperkte tijd te willen uitoefe nen, hooguit twee a drie zittingsperiodes. Dergelijke uit spraken lijken in tegenstelling tot de vele zilveren en gouden spelden die jaarlijks overal in het land worden uitgereikt als beloning voor, zoals het in de bijbehorende oorkonde staat, 'de verdienstelijke arbeid in het belang van het coöperatieve kredietwezen'. Vertrouwen en kwaliteit Natuurlijk zal bij een beperking van de zittingsduur de instroom van nieuwe bestuurders toenemen. Er zitten ech ter twee aspecten aan de lengte van de bestuurlijke zit tingsduur: een vertrouwensaspect en een kwaliteitsaspect. Het vertrouwensaspect lijkt in de huidige tijd wat op de achtergrond te raken nu besturen steeds meer 'op afstand' van de dagelijkse bancaire praktijk functioneren. Het komt steeds minder voor dat een bestuurder op de hoogte is van de financiële ins en outs van de kredietnemers. Dat is een goede ont wikkeling. Met het kwaliteitsaspect ligt het anders: het bestu ren van een coöperatieve bank wordt - misschien 'A-wIe juist door die grotere afstand met de dagelijkse bancaire activiteiten - steeds moeilijker. Aan de bestuurders wor den steeds hogere eisen gesteld. Ontwikkelingen volgen elkaar razendsnel op. Het ene moment wordt gediscus sieerd over bancaire stuurgrootheden. Visie '98 en bedie ningsconcepten, het volgende moment moet het bestuur zich uitspreken over deelname aan projecten zoals Delta en Focus en over zaken zoals werkgelegenheid, informati sering, fusie en het afstoten van kantoren. Het is niet overdreven te stellen dat het vele jaren kan duren voordat een bestuurder werkelijk greep heeft op deze veelheid van onderwerpen. Het zou voor de continuïteit van een zorg vuldig uitgezet traject wel eens nadelig kunnen zijn als een formele bepaling in de statuten het einde moet betekenen voor de loopbaan van een deskundig en toegewijd bestuurder. Naar volwassen verhoudingen Er is steeds meer sprake is van volwassen verhoudingen binnen onze organisatie. Deze volwassenheid dient ook terug te vinden te zijn in de wijze waarop we bestuurlijk met elkaar omgaan. In Bestuurder Bank hebben we al enkele keren aandacht geschonken aan banken die er een gewoonte van hebben gemaakt bij benoemingen en herbenoemingen in de colleges kritisch te kijken naar de eisen die aan de functie en de kwaliteiten van de bestuurder worden gesteld. In de Leidraad voor Bestuur ders zijn hulpmiddelen opgenomen om meer zicht te krijgen op de eisen die de huidige tijd aan de bestuurs colleges stelt. Op aanvraag bij de Vakgroep Bestuurders zijn zelfs brochures beschikbaar om het eigen functione ren te kunnen beoordelen. In een open relatie behoeft het een bestuurder niet te schaden als hij na een grondige afweging van de vereis ten die het hedendaags besturen stelt, tot de conclusie moet komen dat hij niet langer aan die - hoge - normen voldoet. Het moet dan mogelijk zijn zonder gezichtsver lies terug te treden. In een volwassen relatie moet het eveneens mogelijk zijn dat een bestuurscollege vaststelt dat het een bestuurder ontbreekt aan de bij deze tijd behorende kwaliteiten, en dat er dus ruimte moet wor den geschapen voor de instroom van een bestuurder die hierover wel beschikt. Dus, in mijn ogen, geen beperking van de zittingsduur. Daarmee lopen we het risico bestuurlijk talent - te vroeg - te verliezen. We zouden ons echter wel moeten open stellen voor de gevolgen van de steeds hogere functie- eisen. En zou dat niet leiden tot de door de vrouwelijke bestuurders zo gewenste instroom van nieuwe (vrouwe lijke) bestuurders? U weet het, Bestuurder Bank wil een platform van meningsuitwisseling zijn. Dit is hiertoe een aanzet. Uw reacties zijn welkom! ROOSEN

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1995 | | pagina 3