Feiten en cijfers Interpolis goed in 't nieuws 'Ondanks een voorziening van f40 miljoen voor reorganisatiekosten is de nettowinst van verzekeringsbedrijf Interpolis (100% dochter van de Rabobank) gestegen tot f94 miljoen, tegenover f 65 miljoen in 1993.'Met deze berichtgeving opent Het Financieele Dagblad een positief gestemd artikel over de jaarcijfers en de gunstige vooruitzichten van Interpolis. Door de effecten van de nog lopende reorga nisatie verwacht men nog een aanzienlijke kostenreductie te kunnen realiseren. Verbete ring van de concurrentiepositie en verdere groei liggen in het verschiet. (Het Financieele Dagblad, 31 januari 1995) Aanwezigheidswaarde Bij de Rabobank zijn we er ten diepste van overtuigd: van de aanwezigheid van het co- operatief bankwezen in een land gaat een drukkend effect uit op de hoogte van de marktrente voor bedrijfskrediet. Hoewel er inmiddels hoog en breed sprake is van volko men markten, is onverminderd de stelling te poneren dat die rente zonder de aanwezig heid van coöperatieve banken hoe dan ook aanzienlijk hoger zou (komen te) liggen. De stelling werd betrokken door prof. Cees Veer man, voorzitter van de Nationale Coöperatie ve Raad, tijdens een toespraak in Emmeloord, waar hij een lans brak voor het nut van de coöperatieve ondernemingsvorm. 'Het land bouwkrediet zou 0,75 procent duurder zijn zonder Rabo en Friesland Bank. Kijk maar naar Engeland', aldus Veerman, geciteerd door de Leeuwarder Courant. (Leeuwarder Courant, 7 februari 1995) Financiële supermarkt Het in eigen beheer ontwikkelde zelfbedie ningsexperiment bij de Rabobank Roermond mag zich verheugen in brede belangstelling, zowel binnen de Rabobankorganisatie - waar het inmiddels als proefproject geldt - als daar buiten. De bewoners van de modale Roer- mondse nieuwbouwwijk Donderberg waren de eerste 'proefkonijnen' voor de financiële supermarkt. Het artikel beschrijft de positieve ervaringen die met dit kantoor van de toe komst, met de kenmerkende persoonlijke ser vice voor de klant, worden opgedaan. In eer ste instantie start het proefproject nog bij zes andere Rabobanken, te weten Ede, Utrecht, De Bilt, Midden-Westland, Baarle-Nassau en Leiden-Oegstgeest. (Agrarisch Dagblad, 17 januari 1995) Ontwikkeling kredietverlening in 1994 In het afgelopen jaar was de groei van de kre dietverlening bij de lokale banken (inclusief de Rabohypotheekbank) met 9,6 (7,5)% boven verwachting dankzij de aantrekkende con junctuur en de gemiddeld lage rentestand. De groei werd nagenoeg geheel gerealiseerd in het leningenbestand; de kredieten in reke ning-courant stegen fractioneel. De kredietportefeuille van de banken steeg in 1994 met 9,1 (7,4)% tot f 124,4 (113,9) miljard. Begin februari 1994 kwam een eind aan de daling van de kapitaalmarktrente. De klanten van aangesloten banken speelden hierop in door overwegend leningen met een lange rentefixatieperiode op te nemen, alsmede door variabele leningen én leningen met een korte resterende rentefixatieperiode over te sluiten in leningen met een lange rentefixatie periode. Dit had tot gevolg dat de renterisico- positie van de banken fors toenam. Teneinde hun rentemismatch te matigen, hebben de banken in het verslagjaar een aanzienlijk gro ter deel van de door hen verstrekte leningen bij de Rabohypotheekbank ondergebracht. Als gevolg hiervan stegen de uitzettingen van de Rabohypotheekbank met 15,2 (9,2)% tot f 10,7 (9,3) miljard. Vooral de kredietvraag van particulieren steeg vorig jaar fors als gevolg van de hausse op de woninghypothekenmarkt. Bovendien toonde ons marktaandeel enig herstel tot 22,3 (21,7)% over de 12-maandsperiode tot en met oktober 1994. De totale uitzettingen aan particulieren lieten een toename zien van 14,9 (9,8)%. Ook de kredietverlening aan de HID-sector ontwik kelde zich voorspoedig met een groei van 7,5 (7,4)%. De uitzettingen aan de agrarische sector stegen daarentegen nauwelijks. De groei zwakte verder af tot 1,2 (3,3,)%. De bij gemengde bedrijven uitstaande kredietverle ning daalde, terwijl de financiering van de melkveehouderij toenam. Concluderend kan worden gesteld dat het accent vorig jaar heeft gelegen op de financie ring van particuliere klanten. Naar verwach ting zal de groei van de kredietverlening in 1995 meer evenwichtig zijn verdeeld over de zakelijke sector en particulieren, vanwege de gunstige ontwikkeling van de economie en de weergekeerde rust op de hypothekenmarkt. Kerncijfers gezamenlijke aangesloten banken Medewerkers - aantallen mensjaren Veranderingen t.o.v. eind 1994 -276 -358* Januari 1995 28.450 25.373 Januari 1994 29.285 26.333 Banken - aantal fusies - aantal banken - aantal vestigingen 1 -1 -9 1 594 1.914 665 1.978 Tarieven - basistarief bestaande variabele leningen - kapitaalmarktrente - geldmarktrente -0,1 6,9* 7,7 5,2 7.1 5,6 5.2 Definitie gewijzigd per 1 januari 1995. Voorheen waren WAO-ers, die gedeeltelijk zijn afgekeurd, volledig begrepen in de bezetting. Nu worden ze slechts meegerekend voor het aantal uren dat ze werkzaam zijn. De definitiewijziging leidt tot een daling van het aantal mensjaren van 107. Per 1 februari 1995 gewijzigd in 7,4%. (Bron: Rabobank Nederland, Financieel Economisch Beheer) 15

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1995 | | pagina 15