ning zijn dat het liegende fundament
blijkbaar uit zeer hoogwaardig materiaal
is opgetrokken. Dit doet vermoeden dat
de ingrijpende aanpassingen van het
bankgebouw zonder al te grote proble
men in de constructie kunnen worden
verwerkt.
Dat men doordrongen is van de
reikwijdte van de problematiek bleek uit
de oproep vanuit de kringen om naast de
bestuurders vooral ook de directeuren
bij de conferenties te betrekken. Deze
gedachte is inmiddels overgenomen.
Ook klonk de noodzaak door de mede
werkers van de organisatie op de hoog
te te houden van en te betrekken bij de
ontwikkelingen ten aanzien van de co-
operatie. Zonder de juiste verbondenheid
van die zijde wordt het hoe dan ook een
harde dobber de coöperatieve bank rieh
ting klant inhoudelijk goed over het
voetlicht te krijgen.
DURF EN CREATIVITEIT
De kringdiscussies bevestigen het
uit onderzoek naar voren gekomen beeld
van een grote diversiteit in de beleving
van het coöperatief functioneren op dit
moment. De stemmen die in de verga
deringen opgingen voor coöperatieve
vernieuwing, bespeelden het hele regis
ter. In veel v ergaderingen werd ook stil
gestaan hij oorzaken die de discussie nu
zo noodzakelijk maken. In de kritische
constatering dat de organisatie de afge
lopen jaren teveel met zichzelf bezig is
geweest, schuilt ongetwijfeld veel waar
heid. Achter de oproep tot dynamisering
en snelle verjonging in de beheerscolle
ges zullen velen ook onder de ouderen
zich kunnen scharen. Weer anderen
vv czcn op het spanningsveld dat in de or
ganisatie is ontstaan tussen de coöpera
tieve beleving en de sterk doorgevoerde
rationele benadering van het functione
ren in termen van resultaten, kengetal
len, stuurgrootheden, etcetera.
Centraal kwam vanzelfsprekend te
staan dat de coöperatieve bank zich zal
moeten weten te onderscheiden van de
'handelsbanken Dit raakt met name de
eerste van de drie B's van voorzitter
Meijer van de Raad van Beheer, die van
het belang. Naar voren kwam dat de
Rabobank meer durf en creativiteit aan
de dag moet zien te leggen om leden
voordeel te bieden. Hoewel ook het te
gendeel volop werd verdedigd, gingen
veel stemmen op voor het op enigerlei
w ijze scheppen van een herkenbaar ma
terieel voordeel voor de leden. Bijvoor
beeld door duidelijke prijsvoordelen,
een ledenrekening, certificering van de
aansprakelijkheid, het door leden laten
bepalen hoe de winst wordt bestemd,
het uitkeren van een coöperatief divi
dend, het aanwenden van het winstsur
plus voor het bestrijden van economi
sche malaise, enzovoort. Ook het
werken aan de immateriële kant van het
coöperatie-zijn is sterk gepropageerd.
Door betere informatievoorziening aan
de leden bijvoorbeeld, ol gerichte over
dracht van het coöperatieve gedachten-
goed naar de Oost-Europese situatie en
de Derde Wereldlanden.
HARD MAKEN COÖPERATIEF
BELANG
Hoewel niet helemaal onverwacht,
is dus het bieden van materieel leden-
voordeel opnieuw sterk naar voren ge
bracht. Bij de voorgaande coöperatieve
discussie begin jaren tachtig heeft hier
over een intensieve gedachtenvv isseling,
met alle argumenten pro en contra,
plaatsgevonden. Blijkbaar onderscheidt
de Rabobank zich met de toen gevonden
oplossingen onvoldoende om het co
operatief belang echt hard te maken.
Wat dat betreft moet misschien ook de
opmerking die in de kringen werd ge
maakt over vergroting van de (plaatse
lijke) communicatievaardigheid ter har
te worden genomen.
Ten aanzien van de B van betrok
kenheid is door velen adhesie betuigd
met een mogelijke herdefiniëring van
het lidmaatschap. Daarbij zal het lid
maatschap ook meer nadrukkelijk moe
ten openstaan voor particulieren. Op
vallend was ook de aandacht die uitging
naar het winnen van starters voor het
lidmaatschap. Geluiden voor het duide
lijker vaststellen van plichten voor de le
den waren ook te horen. Een factor die
bij betrokkenheid een grote rol speelt is
de bankomvang, al dan niet in wissel
werking met de aard van het werkge
bied. Een grote stadsbank zal bijvoor
beeld lokale betrokkenheid anders die
nen in te vullen dan in het verleden al
gemeen was. Dikwijls werd in de
kringen de relatie gelegd tussen een te
ruglopende betrokkenheid en het voort
gaande fusieproces, waarin veel banken
zijn verwikkeld. Bij alle veranderingsbe
reidheid klonk een duidelijk pleidooi
door voor behoud van het 'wij-gevoel
op alle niveaus van de organisatie.
BRAINSTORM
Beheer staat op de agenda na belang
en betrokkenheid. Onmiskenbaar wer
ken de drie B's onderling op elkaar in en
zijn zij daardoor dermate verstrengeld,
dat in de kringen over het beheer het no
dige naar voren werd gebracht. De zorg
voor een goede verankering van de bank
in de gemeenschap was hierbij leidend.
Op dit v lak werden uiteenlopende ge
dachten geopperd, zoals het ter discus
sic stellen van taken en functies van de
beheerscolleges, het herbezien van de
rolv erdeling tussen management en be
stuur, het instellen van ledenraden ol
klankbordgroepen, het schenken van
nog meer aandacht aan de inhoud en op
zet van de algemene vergaderingen. Men
onderkende het belang van het kritisch
aansturen door de vereniging v an (het
functioneren van) het bankbedrijf. Me
de met het oog daarop is in de kringen
ook gewezen op de noodzaak de kwali
teit v an de bestuurders gelijke tred te la
ten houden met die van management en
medewerkers.
De conclusie is dat de reactie v an de
kringvergaderingen op de oproep tot
coöperatiediscussie het karakter van een
waardevolle brainstorm heeft gekregen.
Voor de coöperatieconferenties bete
kent dit een effectvolle en uitdagende
voorzet. Kansrijk genoeg om doel te
treffen.
Bank&Bestuurder Special Coöperatiediscussie 1994 j