r C - zot met de instelling van de Kredietin spectie. Van der Stroom: 'Wij kennen het begrip Memobanken, dat zijn ban ken die in onze ogen kwalitatief nog een behoorlijke inhaalslag hebben te maken. Deze kwalificatie kennen we niet snel toe. Het is verheugend te kunnen con stateren dat het aantal Memobanken in de afgelopen anderhalf jaar met onge veer éénderde is verminderd. Hierbij moet ik wel aantekenen dat een deel van deze daling het gevolg is van fusies. De ze trend zien we met name bij banken waar de Kredietinspectie het noodzake lijk vindt een herhal ingsbezoek af te leg gen. Bij tweederde van die banken blijkt er bij het tweede bezoek sprake te zijn van verbetering. Overigens zal de Kre dietinspectie in verregaande samen werking met de Accountantsdienst Aan gesloten Banken medio 1995 alle banken volgens planning hebben be zocht. We zijn dan in de fase gekomen dat we bij het merendeel van de banken de beoordeling van het kredietapparaat weer terug kunnen brengen bij de regu liere accountantscontrole. De Krediet inspectie blijft dan nog opgesteld voor banken die in het financieringsbedrijt als risicovol zijn aan te merken.' FUSIES BEVORDEREN DESKUNDIGHEID Beckers heeft voor het bestaan van Memobanken drie verklaringen: gebrek aan deskundigheid, gebrek aan normbe sef of gebrek aan capaciteit, aan mens kracht. 'Als gevolg van de toenemende schaalgrootte door fusies kunnen we vaak constateren dat het gebrek aan des kundigheid en capaciteit wordt opgehe ven. Slaagt de bank er niet zelf in het des kundigheidsprobleem op te lossen, dan kan /ij in afstemming met de regiodi rectie een beroep doen op specialisten van Rabobank Nederland. Hiervoor zijn zogenoemde task-forces in het leven ge roepen', aldus Beckers. De verbeterde kwaliteit kan ook worden afgelezen aan de wijze waarop de Rabobanken de afgelopen periode van recessie zijn doorgekomen. Van der Stroom: 'Vergelijk ik de recente debi teurenrisico's met die van de recessie periode aan hel begin van de jaren tach tig, dan durf ik zonder meer de stelling aan dat in de voorbije periode het kre- dietbeheer beter voor elkaar was en dat de risico's beter in kaart waren gebracht. We hebben in deze periode geen ernsti ge kleerscheuren opgelopen.' WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES Wat het normbesef betreft, consta teert Van der Stroom eveneens een ver betering: 'Maatschappelijk ontstaat steeds meer aandacht voor, wat ik zou willen noemen, integer bankieren. De wetgeving wordt toegespitst op het uit sluiten van malafide praktijken, maar ook in de maatschappelijke discussie krijgt dit onderwerp meer aandacht. Ik vind het goed dat wij in onze Signatuur discussie dit onderwerp niet uit te weg zijn gegaan. Ook in ons controlepro gramma nemen we vanzelfsprekend za ken mee, zoals de onlangs in werking ge treden Wet Melding Ongebruikelijke Transacties, de wet MOT. Uit onze eer ste waarnemingen kunnen we voorzich tig concluderen dat het meldingsproces op gang begint te komen. Onder integer bankieren versta ik overigens ook ban kieren met een minimale kostenbela- ding, coöperatief bankieren PERIODIEKE CONTROLE 1994 OMVAT OOK DE KOSTENBEHEERSING Het programma voor de komende periodieke controle van de Accoun tantsdienst bevat, naast de rating, ook de bepaling van het risicoprofiel van de de biteurenportefeuille, een oordeel over de naleving van de regelgeving binnen de organisatie en een beoordeling van het door de banken ingezette proces van kostenbeheersing. Daarnaast zal aan dacht worden geschonken aan andere onderwerpen, die echter van bank tot bank kunnen verschillen. De bevindingen van de Accoun tantsdienst kunnen ook leiden tot een verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening door Rabobank Neder land. De controleresultaten worden steeds vaker teruggekoppeld naar de eenheden van Rabobank Nederland. Het betreft dan niet alleen het algemene beeld, maar tevens de knelpunten in de aangeboden produkten, processen en hulpmiddelen. Periodiek wordt nage gaan waartoe deze signaleringen hebben geleid. Zo kan de Accountantsdienst een belangrijke bijdrage leveren aan de be leidsondersteuning door Rabobank Ne derland. Daarnaast voert de Dienst ook on derzoeken uit bij Rabobank Nederland zelf Zo heeft zij een belangrijke rol ge speeld bij het besluit de ontwikkeling van LAURA drastisch bij te stellen. VERDERE PLANNEN De reorganisatie van de Accoun tantsdienst die zo n jaar of vier geleden werd ingezet, heeft ertoe geleid dat het aantal medewerkers is teruggelopen van een kleine 500 naar iets meer dan 200. Daarnaast heeft de Dienst zich ook ver bonden de (personeels)kosten verder te rug te brengen in het kader van de één achtste operatie. De thans gerealiseerde terugloop is overigens gepaard gegaan met een behoorlijke instroom van nieuwe me dewerkers die inmiddels hun plek binnen Beckers (I): 'Rating-programma vormt goede basis voor gesprekken. de Dienst hebben gevonden. Van der Stroom omschrijft hen als kwalitatief goe de sparring-partners voor het manage ment en de colleges van de banken. De kweekvijverfunctie die de Accountants dienst heeft voor de organisatie, functio neert eveneens goed, soms zelfs te goed, als gevolg waarvan er toch weer vacatures zijn ontstaan. Nu de Dienst veel energie heeft gestoken in het op niveau brengen v an de medewerkers, kan worden gedacht aan een gewijzigde inzet van de mede werkers. 'In de komende tijd willen we toegroeien naar een dienstverlening die is te karakteriseren als 'maatwerk op bank niveau'. We willen de controleprogram ma's en de samenstelling van onze teams meer gaan richten op de specifieke om standigheden van de bank en de behoef ten van het management en het bestuur. Een team moet in een variabele samen stelling kunnen werken met verschillen de deskundigheden. Enerzijds wordt dit mogelijk gemaakt door gebruik te maken van specialistische kennis bij de activitei ten I Dl'-audit en Kredietinspectie, ander zijds door gebruik te maken van interne specialisatie. Zo ontstaat dienstverlening die echt kan fungeren als tooi of manage O O ment!', aldus Van der Stroom. Bank&Bestuurdcr 3c jaargang nummer 3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1994 | | pagina 15