DIALOOG EN GEDRAG Ondanks de reeds aangebrachte ver beteringen behoeft de interne dialoog verdere versterking. Naar aanleiding van de instelling van BVC's en PAC's stelde Meijer: 'De instelling van deze structu ren en de intensivering van de dialoog, betekent niet automatisch verbetering van de communicatie. Het gaat immers vooral om de vraag wat door wie wordt besproken, hoe dat gebeurt en wat het resultaat is.' Hij deed een appèl op een ieder die aan welk overleg dan ook deel neemt: 'Iedere deelnemer is mede ver antwoordelijk voor de kwaliteit en het effect van de bespreking.' Meijer gaf aan dat communicatie pas echt effectief kan zijn als zij van onderaf wordt aange stuurd. 'Communicatie die van bovenaf wordt gedomineerd, mist in toenemen de mate de aansluiting op de steeds ge varieerdere praktijk. Pas wanneer we van onderaf werken, kunnen we met el kaar het juiste beleid en de juiste pro- dukten ontwikkelen.' De voorzitter van de Raad van Beheer vatte zijn boodschap aldus samen: 'Dat betekent voor een ieder luisteren, terugkoppelen, een open opstelling en duidelijk informeren.' Naar aanleiding van de bespreking in de organisatie van de brochure 'De Sig natuur van de Rabobank, de stijl van co operatief bankieren wees Meijer nog maals op het grote belang dat deze code voor ons denken en handelen dient te heb ben: 'Evenals het ontwikkelen van het personeelontwikkelingsbeleid en evenals de onderlinge communcatie is ook de ge dragscode geen vrijblijvende zaak. Ruim te voor toepassing in de eigen lokale situ atie: ja! Ruimte om te negeren: nee!' IMPACT VAN VERANDERINGEN OP BANK EN VERENIGING In zijn betoog ging Meijer uitgebreid in op de dynamiek van drie krachten die elkaar bovendien wederzijds versterken: de voortdurende schaalvergroting, de zich doorontwikkelende technologie en de voortschrijdende individualisering. Hij waarschuwde voor de gevaren die dit in zich bergt. 'Het heeft voor ons ver strekkende gevolgen. Want al die krach ten werken natuurlijk ook in op onze leden, cliënten en onze medewerkers. Dus op ons bankbedrijf, en misschien nog wel fundamenteler: op onze coöpe ratie.' Meijer onderstreepte dat hierop niet alleen vanuit het bankbedrijf, maar zeker ook vanuit de coöperatieve vereni ging een antwoord moet worden gefor muleerd. 'Dat is een opdracht met een zeer hoge prioriteit. Het tempo en de impact van de veranderingen laten uitstel niet toe.' Hij maakte daarom een start met de coöperatieve discussie. Daarbij zal het gaan om het vinden van een nieuw evenwicht tussen eenheid en verscheide nheid. Er zal binnen de v ereniging ruim te dienen te zijn voor een grotere varia tie. Anderzijds blijven ook eenheid en samenhang in onze organisatie nodig. 'Eenheid in visie, verscheidenheid in vormgeving. Dat zijn wat mij betreft de twee uitgangspunten', aldus de voorzit ter van de Raad van Beheer. BELANG, BETROKKENHEID EN BEHEER IN ONZE COÖPERATIE Helderheid zal er moeten komen over de centrale elementen van de co- operatie. Daartoe formuleerde Meijer kernvragen rond de drie B's van belang, betrokkenheid en beheer. Over het be lang van het lid moet volgens Meijer de komende periode vooral via twee lijnen worden nagedacht: 'De lijn van een zo concreet en zichtbaar mogelijk financieel voordeel en de lijn van het ter beschik king stellen van informatie, al dan niet in samenwerking met andere dienstverle ners of kennisbronnen.' Voor de leden betrokkenheid zullen nieuwe hulpmidde len moeten worden gezocht, variërend van meer individuele aandacht en advie zen tot participatie in nieuwe netwerken, nieuwe vormen van kennis-overdracht en steunverlening aan projecten. Een grote re variëteit zou kunnen worden gevonden in nieuwe vormen van overleg, inspraak, ledenparticipatie. 'Moeten we in bepaal de gevallen een ledenraad overwegen? Kunnen we leden ook meer als een soort klantcnpanel inschakelen?' vroeg Meijer zijn gehoor. In ieder geval zal ook hier va riëteit een uitgangspunt moeten zijn. De derde kernvraag is hoe het be heer en de structuur van de coöperatie moeten worden ingericht. Belang en be trokkenheid vormen de legitimatie voor het beheer. Meijer waarschuwde dat als we het belang en betrokkenheid in de toekomst niet goed invullen, de basis on der het beheer aan het schuiven gaat. Het raakt de kern van de plaatselijke zelfstandigheid. 'In mijn ogen betekent dit dat naarmate de plaatselijke bank be ter aansluit op het belang en de betrok kenheid van haar leden, de sturende rol van Rabobank Nederland geringer kan zijn. Maar tegelijk geldt ook: als de co- operatieve vereniging haar grondslag verliest, staat daarmee de autonomie, de zelfstandigheid van de aangesloten bank op het spel.' SAMENWERKING AL LES VERBI N DENDE SCHAKEL De afwegingen die moeten worden gemaakt, hebben zowel gevolgen voor de coöperatie als voor ons bankbedrijf. 'We zijn twee zijden van dezelfde me daille', aldus de voorzitter van de Raad van Beheer, 'een medaille met twee voorkanten.' Hij stelde dat alleen via de allesverbindende schakel van samenwer king een nieuw evenwicht kan worden vastgesteld en vormgegeven. Uitgangs punt daarbij is wel dat we moeten blij ven denken en organiseren vanuit het lid en de klant. Heel concreet werd dit door de voorzitter van de Raad van Beheer als volgt vertaald: 'Dit betekent dat de in vloed van leden en klanten op aangeslo ten banken, van medewerkers op ma nagers en bestuurders, en van lokale banken op Rabobank Nederland zo groot mogelijk moet zijn. In deze con text is leidinggeven vooral luisteren, ver binden en zorgen voor een goede uit voering van besluiten.' De uitgangspunten die van ouds her in onze coöperatieve doelstelling en structuur centraal staan vormen volgens Meijer in feite de basis voor een uiterst moderne marketing- en or ganisatieformule. 'Ons bankbedrijf en de coöperatie zijn één ondeelbaar ge heel. Aldus vormen wij als Rabobank een unieke formule. Aan ons allen de taak en de opdracht deze formule bij de tijd te houden en verder tot ont wikkeling te brengen.' Met de agenda voor aandacht en actie kan men alvast aan de slag. De coöperatieve discussie voor vernieuwing is uit de startblok ken. B a n k e s t u u r d e r 3 c jaargang; nummer 4 6

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1994 | | pagina 6