tics bij Rabobank Nederland. Dit sys teem houdt sterk rekening met meer kwalitatieve aspecten die van invloed zijn op de zwaarte van een functie. Hid- ding: 'Het leiden van een bank in een rustig werkgebied met een van oudsher uitstekende penetratiegraad en een niet al te gecompliceerde organisatie, is heel wat anders dan het leiden van een bank in een industrieel gebied, waar de con currentie moordend is en waar de bank alles op alles moet zetten om haar dien sten te verkopen. Ik vind het logisch dat de directeur van de laatste categorie banken meer verdient dan zijn collega uit de eerste categorie. Dit maakt trou wens de functie ook aantrekkelijker, waardoor doorstroming wordt bevor derd. Je bouwt hiermee immers finan ciële prikkels in en die zijn nodig om ook de 'moeilijke' banken te bemannen. Een ander voordeel van de overgang naar het HAY-systeem vind ik dat er aansluiting tot stand komt tussen Rabo bank Nederland en de plaatselijke bank, omdat het voornemen bestaat het HAY- systeem voor alle medewerkers van on ze organisatie van toepassing te verkla ren. En dat zie ik als een belangrijke im puls om de doorstroming over en weer te bevorderen. We werken dan met een veel doorzichtiger systeem, dat het ook mogelijk maakt meer inzicht te krijgen in de beloningsverschillen tussen me dewerkers van Rabobank Nederland en die van plaatselijke banken.' De heer Hidding maakt samen met zijn collega uit de CAD, de heer J.E. Haan, directeur van de Rabobank Wateringen-Kwintsheul, deel uit van de Begeleidingscommissie die een belang rijke rol vervult bij de introductie van het nieuwe systeem. Het is geen ge makkelijke taak, omdat voor de indeling is gekozen voor een aangepaste metho de. Besloten is namelijk om niet voor elke directeur een functiebeschrijving op te stellen, zoals bij een dergelijk sys teem gebruikelijk is. Men wil daarente gen gebruikmaken van vragenlijsten die na invulling uitsluitsel geven over de functiezwaarte. Juist het opstellen van deze vragenlijsten moet met zeer grote zorg gebeuren. Hidding: 'Bij een stuk of tien banken hebben de medewerkers van HAY, samen met deskundigen van Rabobank Nederland, directeuren van onze banken geïnterviewd. De vragen hadden betrekking op zaken zoals het werkgebied van de bank, de complexi teit van de dienstverlening, de opbouw van de organisatie, relevante kwantita tieve gegevens en dergelijke. Deze in terviewronde heeft geleid tot een aan scherping van de vragen. In een tweede ronde is vervolgens bij een kleine der tig banken getracht de vragen nog scher per te formuleren, in die zin dat alle voor de functieweging relevante aspecten naar voren komen en ook eenduidig zijn te beantwoorden. Deze interviewronde, waarbij ook gesprekken met voorzitters van banken plaatsvonden, is thans vrij wel ten einde. Aan de deelnemende ban ken zal worden teruggerapporteerd. De mensen van HAY gaan nu een defini tieve vragenlijst opstellen. Ik verwacht dat we eind 1993 over deze vragenlijst kunnen beschikken. De informatie die door invulling van de vragenlijst wordt verzameld, moet worden ingebracht in een computermodel, waarbij de ant woorden worden gecontroleerd op con sistentie en vervolgens worden vertaald naar een indelingsadvies voor de des betreffende directeur. Dit geschiedt op basis van weging van de factoren die voor de functiezwaarte relevant zijn. De Begeleidingscommissie volgt dit proces op de voet, beoordeelt mede de vragen én de uitkomsten van de indeling. Te zijner tijd zullen wij de CAD moeten adviseren over het ontwikkelde sys teem. We doen dat werk in de Begelei dingscommissie overigens in samen spraak met een aantal deskundigen van Rabobank Nederland. Op basis van de tot nu toe opgedane ervaringen heb ik er alle vertrouwen in dat we met een goed hanteerbaar systeem zullen komen, een systeem dat ook voldoende flexibel is zodat bij wijzigende omstandigheden ook een aanpassing van de indeling kan plaatsvinden. Maar ik realiseer mij ook wel dat heel wat bestuurders en direc teuren hun oordeel willen opschorten totdat zij de 'uitslag' van deze operatie kennen.' Aan het eind van het gesprek maakt Hidding duidelijk dat het nieuwe sys teem uitsluitend bepaalt in welke func tiegroep een directeur dient te worden ingedeeld. Het brengt dus geen wijzi ging in het systeem van beoordeling van directeuren, en evenmin in het zoge noemde flexibele salarisdeel waarmee de waardering voor de activiteiten en kwaliteiten van de directeur tot uitdruk king kan worden gebracht. Hidding hierover: 'De beoordeling van de direc teur staat los van het nieuwe systeem. In dit verband wil ik nog wel even kwijt dat naar mijn overtuiging het bestuur blijvend energie zal moeten steken in het beoordelen van zijn directeur. Het is in mijn ogen één van de fundamentele taken van het bestuur, waaraan wij ons niet kunnen onttrekken. Een bestuur kan in het Personeelsontwikkelingsbeleid een belangrijke rol spelen. Uit eigen er varing herinner ik mij nog dat het eer ste beoordelingsgesprek geen sinecure was, maar ik ben blij dat wij er toenter tijd mee zijn begonnen. Ik ben er bo vendien van overtuigd dat een directeur ook zelf baat heeft bij een periodieke be oordeling. Je moet er tijd voor uittrek ken en een dergelijk gesprek van twee kanten goed voorbereiden. En als je je als bestuurder niet voldoende zeker voelt, maak dan gebruik van de oplei dingsmogelijkheden op dit terrein bij Rabobank Nederland.' Begeleidingscommissie Beoordeling directeuren Bank Bestuurder 3e jaargang nummer 1 pagina 9

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1994 | | pagina 9