verder wachtten we at' hoe de banken het zouden oppakken. Nu hebben we een projectorganisatie in het leven geroepen, EDAB, waarvoor we enkele tientallen mensen hebben vrijgemaakt. Met die mensen gaan we samen met de mede werkers van de banken echt aan de slag, we geven de banken operationele on dersteuning. In zekere zin is ook de Kre dietinspectie daarvan een goed voor beeld. Onlangs hebben we besloten een ploeg van enkele goed gekwalificeerde medewerkers van Rabobank Nederland beschikbaar te stellen om een plaatselij ke bank, die daartoe zelf niet in staat is, daadwerkelijk te ondersteunen bij het in praktijk brengen van de aanbevelingen van de Kredietinspectie. Ook onze voor stellen voor de inrichting van de ar beidsmarktbemiddeling bezie ik in dat licht. Het levert wel een veranderende verhouding op met onze banken. Daar waar we echt een kwaliteitsslag moeten maken, waarde concurrentie ons dwingt wat minder tolerant te zijn ten opzichte van zaken die achterblijven, kunnen wij niet volstaan met het houden van verha len en het schrijven van nota's. Het is een kwestie van doen, beetpakken en concrete gezamenlijke actie. Dat is het type stijl waar we naartoe gaan. Van de banken verwacht ik eenzelfde opstelling. Die behoeven ons echt niet te ontzien', aldus Wijffels. Vernieuwen en saneren zullen de kernwoorden zijn voor de komende ja ren. Deze begrippen moeten in de ogen van Wijffels in goed evenwicht met el kaar staan. Een belangrijk deel van zijn 10 punten-programma. dat hij tijdens de Algemene Vergadering toelichtte, had betrekking op vernieuwing. Vernieu wing in het bedienen van onze klanten, waarbij een veel actievere opstelling van de medewerkers wordt verwacht. Dat is in feite een totaal andere benade ring. Wijffels omschreef deze houding als pro-actief. Maar het gaat ook om vernieuwing in processen, waarbij LAURA een centrale rol zal vervullen. En ten slotte gaat het om vernieuwing in onze produkten, waar de nieuwe Spaarbank een goed voorbeeld van is. Al deze veranderingen zullen zeker ook leiden tot vernieuwing in onze onder linge verhoudingen. Dit proces van vernieuwing zal lei den tot een kwaliteits- en produkti viteits- sprong en zal gelijke tred moeten houden met het proces van saneren. Het moet al lebei gebeuren en in gelijk marstempo. sluiten een aantal vacatures niet te ver vullen, maar op een gegeven moment loop je tegen problemen aan die een an dere opstelling vragen. Het allerzwaarste probleem, ook in sociaal opzicht, vormt de noodzaak tot personeelsreductie. De problematiek gaat zich met name toe spitsen op de groep 'tussenmanagers' zo wel bij Rabobank Nederland als bij plaat selijke banken. Mensen met een relatief bescheiden opleiding, die door veel er varing binnen hun bank zijn opgeklom men naar een leidinggevende positie. Mensen die steeds een grote inzet heb ben gehad. Juist aan die categorie zullen in de komende jaren heel andere eisen worden gesteld. Hun functies zullen wel licht vervallen. Het is dan de vraag of ze nog voldoende reserve hebben om te kunnen voldoen aan die geheel andere ei sen. Aan de andere kant realiseer ik mij dat we in onze organisatie jaarlijks een verloop hebben van ongeveer 2.500 per sonen. Die laten natuurlijk plekken ach ter die moeten worden opgevuld. Daar binnen moet naar mijn idee het overgro te deel van deze groep een plaats kunnen vinden. In dit najaar zal dat probleem on getwijfeld een zeer belangrijk agenda punt vormen in de Centrale Kringverga dering en de kringvergaderingen. We moeten er absoluut in slagen een goede oplossing te vinden voor onze mensen. We zullen stevige afspraken moeten ma ken. Aan uitsluitend goede voornemens hebben we niet zo veel. De drempels van de interne arbeidsmarkt moeten worden verlaagd en de drempels van de externe markt verhoogd', aldus Wijffels. Van Rabobank Nederland mogen de banken in de processen van sanering en vernieuwing een kwalitatief goede ondersteuning verwachten: een meer operationele ondersteuning bij de bank zelf. Wijffels illustreert dat aan de hand van een voorbeeld: 'Kijk naar de wijze waarop onze EDAB-teams functioneren. In het verle en zouden we ten aan zien van de kostenope- ratie hebben gezegd wat er moest ge beuren en met veel en nieuw elan onze kansen in het commer ciële traject benutten. De eerste fase van de kostenreduc tie, dus van het saneren, was niet de moeilijk ste. Je kunt be- Wijffels: 'Het is een buitengewoon ingrijpend proces. Aan de ene kant on derkennen we met z'n allen de noodzaak scherp in de kosten te snijden, aan de an dere kant willen we ook 'Daarop doelde ik ook toen ik in mijn toespraak aangaf dat ik verwacht dat bij ons eeuwfeest iedere vorm van be voogding door Rabobank Nederland tot het verleden zal behoren. Bevoogding past niet in een verhouding van gelijk waardigheid waar alle deelnemers hun eigen rol hebben te spelen. Met duide lijkheid zijn we allemaal gediend. Geen fluweligheid. We moeten over en weer de moed opbrengen elkaar de boodschap duidelijk over te brengen, ook de minder prettige. Ik vind dat een vorm van vol wassen communicatie. Deze manier van met elkaar omgaan moeten we niet uit leggen als een verwijdering. Ik denk juist dat in die meer open en volwassen ma nier van met elkaar omgaan een stuk kwaliteitsverbetering zit. Het betekent datje elkaar serieus neemt. Als je vindt dat de ander daar niet tegen kan, dan neem je hem dus niet serieus. De banken mogen niet het gevoel hebben dat zij als het ware dooreen leentlaag heen moeten breken voordat zij hun verhaal bij Rabo- Evenwicht tussen vernieuwen en saneren Meer operationele ondersteuning vanuit Rabobank Nederland Nieuw commercieel elan Geen bevoogding meer, maar wel duidelijkheid Bank Bestuurder 2e jaargang nummer 5 pagina 6

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1993 | | pagina 6