Aan het gesprek met de heer Van
der Veen neemt ook W. de Jong, regio
directeur van de Regio Noord-
Nederland, deel. Zijn mensen hebben
de bank veel ondersteuning gegeven bij
het onderbouwen van de fusievoorstel-
len. Hij constateert met enige teleur
stelling dat er nogal eens fusievoorstel-
len door ledenvergaderingen worden
afgewezen, en dat de oorzaak dan vaak
ligt bij de wijze van voorbereiding en
oorzaken. Zij hebben immers vaak an
dere belangen bij het voortbestaan van
hun bank dan de kredietnemers. In
Friesland zijn nu in een betrekkelijk
korte periode vijf fusies afgesprongen
en ik wijt dat toch voor een deel aan
onvolkomenheden in de voorbereiden
de fase. Dit mislukken van fusies heeft
ook de aandacht getrokken in de regio
nale pers. hetgeen mij overigens de
mogelijkheid heeft gegeven iets meer
de kennelijk ontoereikende informatie
aan de leden. Met nadruk wijst hij erop
dat de bank bij dergelijke processen als
een eenheid naar buiten dient te treden,
ik vind dat je niet vroeg genoeg kunt
beginnen je leden voor te bereiden op
een mogelijk fusieproces. Dat heeft de
bank Oostermeer overigens prima ge
daan. Je moet daarbij niet vergeten dat
onze banken in het algemeen gezond
zijn en dat daarin dus niet direct het
motief voor fusie ligt. Het is meer het
toekomstperspectief dat hierbij een rol
speelt. En je mag van leden niet ver
wachten dat ze daar alle inzicht in heb
ben. Ik adviseer de banken dan ook de
ze zaken in alle openheid met hun leden
te bespreken, zelfs als er nog geen con
crete fusiepartners of fusievoornemens
bestaan. Alle bij het proces betrokke
nen dienen als het ware 'fusierijp' te
worden gemaakt. Dat geldt met name
voor het personeel en de leden. Wat ik
ook belangrijk vind, is de zorg voor het
ledenbestand. De banken zouden dat
bestand regelmatig moeten schonen,
zodat de communicatie over dergelijke
voornemens plaatsvindt met die groep
die geacht kan worden echt bij de bank
betrokken te zijn Grote groepen parti
culiere leden kunnen onevenwichtig
heid in de algemene vergadering ver
te vertellen over de achtergronden van
dergelijke processen. Ik heb daarbij
ook aangegeven dat uiteindelijk de le
den beslissen, omdat dat past in onze
coöperatieve structuur."
Ook in Oostermeer heeft het fusie-
voorstel het niet gehaald. Ondanks de
goede voorlichting en de open gesprek
ken met de leden waren die nog niet toe
aan het opgeven van hun zelfstandig
heid. Daarbij speelde ongetwijfeld ook
een rol dat de PTT in die periode be
kend had gemaakt haar kantoor te zul
len sluiten en dit om te zetten in een
agentschap. Oostermeer werd dus wel
erg nadrukkelijk geconfronteerd met
schaalproblemen. Het afspringen van
de fusie heeft overigens niet geleid tot
een vertrouwenscrisis tussen leden en
bestuur. Het bestuur heeft aangekon
digd zijn voorstellen later nogmaals in
de vergadering in te brengen.
Terugkijkend op de gang van za
ken constateert Van der Veen dat het
bestuur misschien aan één aspect meer
aandacht had moeten besteden: het
overtuigen van het personeel. "We had
den en hebben de stellige overtuiging
dat deze fusie ook in het belang van on
ze personeelsleden was. Er waren vaca
tures bij de bank Bergurn die door onze
mensen konden worden ingevuld.
Bovendien vervult Bergum in ons ge
bied een pioniersrol bij allerlei ontwik
kelingen. zoals Laura. We dachten dat
het personeel het ook van groot belang
zou vinden om daarop in te haken. In
een latere fase zal dit steeds moeilijker
worden. Misschien hebben we dit wat
te vanzelfsprekend aangenomen. We
hadden - ook vanuit het bestuur - wel
licht wat meer met het personeel moe
ten praten over de kansen die een fusie
hen zou bieden. Achteraf bleek dat het
merendeel van het personeel niet rou
wig was om het afspringen van de fusie
en dat betreur ik."
De Jong heeft nog een aantal ad
viezen bij het voorbereiden van een fu
sie: "Gebruik het beleidsplanningspro
ces om je met colleges, directie en per
soneel te oriënteren op de toekomst van
de bank: draag bij alle mogelijke gele
genheden uit dat de bank toe is aan
schaalvergroting door middel van fu
sie; beleg informatiebijeenkomsten
met je leden en communiceer ook
schriftelijk met hen als je weet dat le
denvergaderingen door maar enkele le
den worden bezocht; vergeet de pers
niet; informeer je leden ook tussentijds
als de tijd tussen een informatiebijeen
komst en een ledenvergadering te lang
is. Informeer tenslotte oud-leden van
beheerscolleges en oud-medewerkers
over dit soort ontwikkelingen. Zij ver
vullen vaak belangrijke netwerkfunc
ties en kunnen veel bijdragen aan de
beïnvloeding van de leden."
Vanuit de recente ervaringen voegt
hij hieraan nog toe: "De gevolgen van
een mislukte fusie zijn voor de bij het
proces betrokken banken buitenge
woon groot. Het kost veel tijd om de ta
ken weer op te pakken met nieuw elan.
Dat is in vele opzichten, en met name in
de richting van de markt, nauwelijks
verantwoord. Een goede voorbereiding
is dan ook van het grootste belang!"
Van der Veen: "We wisten dat veel van onze leden grote moeite met deze fusie zouden hebben.
Ook het personeel
Andere aandachtspunten
Bank Bestuurder 2e jaargang nummei 1 pagina 11