dietbedrijf van de aangesloten banken en Rabobank Nederland beoordeelt, heeft aan de CKV gerapporteerd. Dat die rapportage niet zonder zorg is, werd door de heer Wijffels in zi jn toelichting verduidelijkt. Bij een overgrote meer derheid van de banken functioneert het kredietbedrijf bevredigend tot uitste kend. Dit was dan ook een van de belangrijkste argumenten voor het voorstel de grenzen van de Algemene Goedkeuringsregeling te verhogen. Een aantal banken toont echter een finan cieringsbeleid dat onverantwoord is. Deze banken leggen een claim op de solvabiliteit van de organisatie en doen afbreuk aan een van de pijlers van de coöperatie: het gunstige verliesrisico- profiel. Tegen deze banken zal straffer moeten worden opgetreden. De aanbe velingen van de Kredietinspectie aan de beheerscolleges van die banken, hebben inmiddels geleid tot een aantal concrete maatregelen waardoor verlie zen zijn voorkomen. Dit weegt zeker op tegen de kosten van de Kredietin spectie. Ook in dat licht heeft de Kre dietinspectie haar bestaansrecht bewe zen. Vóór 1995 zal de Kredietinspectie alle banken hebben bezocht. Voor een aantal leden van de CKV gingen de uitspraken over het gebrekki ge normbesef kennelijk wat te ver. Zij gaven aan dat niet iedere overtreding van de Algemene Goedkeuringsrege ling onder die noemer is te vatten. Ook merkten zij op dat het goedkeuringsap paraat van Rabobank Nederland soms wel erg voorzichtig is en vaak te wei nig begrip heeft voor de commerciële belangen van banken. De heer Wijffels was duidelijk in zijn reactie: "Niet alle afwijkingen zijn in dezelfde mate ver werpelijk, zij moeten niettemin als overtreding worden aangemerkt. De ervaringen hebben uitgewezen dat de kans op verliezen bij niet goedgekeur de posten een factor 10 a 15 hoger is dan bij wel goedgekeurde financierin gen. Dit is bepaald geen argument voor een meer tegemoetkomende houding van het goedkeuringsapparaat van Rabobank Nederland. Mij bekruipt het gevoel dat de lessen uit het begin van de tachtiger jaren door sommigen ver geten zijn. Door forse afboekingen zijn toen veel banken in de gevarenzone beland. Misschien kunnen de bevindin gen ook worden verklaard uit het feit dat veel beslissers van nu die periode niet bewust hebben meegemaakt. Dit is des te zorgelijker omdat we voor de komende jaren een conjuncturele terug val verwachten; dus meer bedrijven in de problemen. Wij kunnen ons in de huidige situatie zeker geen vermijdbare verliezen permitteren." De CKV besloot deze discussie in haar volgende vergadering voort te zet ten. Uiteindelijk zal deze nota dienen uit te monden in een aantal beleids maatregelen. Een derde agendapunt dat veel ton gen losmaakte, werd ingeleid door de voorzitter van de Raad van Beheer, Baron Van Verschuer. In recente ver gaderingen van de CKV was een dui delijk signaal afgegeven dat het besluit- vormings- en overlegproces binnen onze organisatie op onderdelen hapert op momenten dat er sprake is van zaken die publiciteitsgevoelig zijn. De beraadslagingen rond de betaaldiensten voor particulieren hadden dit duidelijk gemaakt. De CKV was dan ook een discussienota toegezegd. Deze nota had, volgens de heer Van Verschuer, de bedoeling de communicatie binnen de bestaande overlegstructuren te inten siveren, met respectering van de bestaande bestuurlijke structuur van de organisatie. Daarom ook concentreerde de nota zich op het functioneren van de Technische Overlegcommissies, de Commissie voor Spoedzaken uit de CKV, de Kringvergaderingen en de CKV zelf. Bepaald dus geen structure le aanpassingen, maar wel ideeën om in de bestaande structuren verbeterin gen aan te brengen om zodoende het overlegcircuit ook in turbulenter tijden optimaal te laten werken. De nota gaf aanleiding tot uiteenlo pende reacties. Een deel van de CKV was teleurgesteld. Deze groep had een principiële discussie over de bestuurlij ke hoofdstructuur verwacht en vond de aangedragen verbeteringsvoorstellen absoluut ontoereikend. Eén afgevaar digde sprak zelfs van een lapmiddel. Hij betoogde dat in een snel verande rende wereld steeds zwaardere eisen worden gesteld aan bestuurders en directeuren. Daarop moet de bestuurlij ke structuur aansluiten. Andere leden van de CKV betreurden het dat deze nota haar inspiratie vond in één inci dent (het betalingsverkeer), waardoor een hypotheek leek te zijn gelegd op een in hun ogen goed functionerende overlegstructuur. Dit nam niet weg dat ook deze leden vonden dat een stroom lijning van de wijze waarop binnen onze organisatie overleg plaatsvindt, nuttig zou kunnen zijn. Het algemeen gevoelen was wel dal uitbreiding van de bevoegdheden van de Spoedcom- ntissie geen goede zaak zou zijn. Die commissie zou dan al snel kunnen uit groeien tot een extra bestuurslaag en dat zou de afstand met de plaatselijke banken alleen maar vergroten. Het was duidelijk dat op basis van de behandelde nota geen eenstemmig heid zou kunnen worden bereikt. De heer Van Verschuer stelde dan ook voor de discussies over deze zaak voort te zetten in de Kringbesturen. De uit komsten van die discussie en van de gedachtenwisseling die in de CKV heeft plaatsgevonden, zullen worden verwerkt in een aangepaste nota. Deze zal in de CKV van 25 november aan de orde komen. Goedkeuringsapparaat: te voorzichtig? Besluitvormingsprocessen: aanpassen, maar hoe? "Ons coöperatief ledentarief komt steeds sterker onder druk te staan." Bank Bestuurder 1 e jaargang nummer 4 pagina 7

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1992 | | pagina 7