De informatie /al meer moeten wor
den toegespitst op de behoefte bij de
banken.
In de discussies is immers ook naar
voren gekomen dat banken opereren
in sterk uiteenlopende markten die
vaak specifieke eisen stellen aan de
benodigde hulpmiddelen.
Bovendien zal Rabobank Nederland
veel kritischer moeten zijn voordat
hulpmiddelen beschikbaar worden
gesteld. De banken zelf kunnen daar
bij nadrukkelijker hun rol spelen,
zoals de laatste tijd al gebeurt bij de
bedoelingen) vaak teveel op de stoel
van directie en bestuur willen gaan
zitten.
De adviezen zijn vaak zo gedetail
leerd dat de eigen creativiteit van de
banken sterk wordt beperkt. Je krijgt
daardoor onnodige spanningen.
Je mag best diep gaan in je analyses,
laat de oplossing echter wel voort
komen uit de mensen die uiteindelijk
ook de verantwoordelijkheid hebben.
Dit alles vraagt een andere houding
van onze mensen. Misschien moeten
we ook wat uitdagender zijn in de
richting van de banken. Nu maken
verloop van de directeurenconferen
ties geïnformeerd.
Er is inmiddels een videoband aan
alle banken toegezonden. Daarmee is
getracht de belangrijkste achtergron
den en thema's van de conferenties
over te brengen.
In een rondetafelgesprek met als
deelnemers twee leden van de
Hoofddirectie, twee bestuurders en
twee directeuren is van gedachten
gewisseld over het nut van de confe
renties en zijn aanzetten gegeven om
de uitkomsten ervan om te zetten in
beleid.
Technische Overlegcommissie Parti
culieren. waar de leden-directeuren
gevraagd wordt vooraf nieuwe
produkten en hulpmiddelen te beoor
delen in het licht van de boven
genoemde aspecten. Ook in andere
T.O.C.'s zal op die wijze gewerkt
kunnen worden.
"Ik schrik vaak van de uitge
breidheid en gedetailleerdheid van
onze hulpmiddelen. Onze mensen
moeten zich meer inleven in hun
doelgroep, de medewerkers van de
aangesloten banken.
Ook zouden wij eens serieus moeten
nadenken over onze adviesvaardig
heden. Ik krijg toch vaak het gevoel
dat onze adviseurs (met alle goede
we nog vaak gebruik van overzichten
met gemiddelde cijfers van de refe
rentiegroepen. Bovendien zijn die
cijfers vaak nog gebaseerd op het
verleden. We zouden ernaar moeten
streven banken te confronteren met
actuele cijfers of zelfs met cijfers die
op de toekomst zijn geënt.
En dan niet de gemiddelde cijfers,
maar cijfers van de in onze ogen goed
functionerende banken.
Dan zit er gelijk een stuk uitdaging in
die cijfers. Dan worden het meer
streefcijfers."
En hoe 1111 verder?
De beheerscolleges zijn ook langs
andere weg over achtergronden en
Het is te verwachten dat de bestuur
ders ook nog langs andere kanalen
hun informatie zullen krijgen.
Primair vanzelfsprekend van de kant
van hun directeur. Deze zal met
voorstellen dienen te komen om de
relatie tussen kosten en opbrengsten
te verbeteren.
Hierover zal binnen de beheers
colleges het nodige moeten worden
afgepraat.
Daarnaast is ook in de Centrale
Kringvergadering en in de voorjaars
kringvergaderingen van de zijde van
de Hoofddirectie bij de toelichting op
de jaarcijfers op deze aangelegenheid
ingegaan.
Uit de discussies zijn veel bruikbare ideeën naar
voren gekomen
Bank Bestuurder le jaargang nummer 1 pagina 19
