gekomen en dat ook het management van de banken zich bewust is van de grote veranderingen die zich in onze organisatie aan liet voltrekken zijn. Van iedere conferentie is een verslag gemaakt en zijn de suggesties vast gelegd. We gaan daarmee zeker aan de slag. Het klimaat is er rijp voor. Ik vond de gesprekken met de deel nemers heel direct en open. waar schijnlijk ook omdat de groepen betrekkelijk klein waren en dat er veel tijd was ingeruimd voor onder linge discussies". Een steeds terugkerend thema in deze conferenties vormde het begrip communicatie. Niet alleen de com municatie vanuit Rabobank Neder land in de richting van de aangesloten banken, moet worden verbeterd maar evenzeer de communicatie vanaf de basis. Ook de aangesloten banken zullen blijvend naar wegen moeten zoeken om Rabobank Neder land een duidelijk beeld te geven van wat er leeft in hun markt. Slechts dan zal het mogelijk zijn tot een goede afstemming te komen en de energie van de organisatie maximaal te richten op zaken die daadwerkelijk bijdragen tot een evenwichtige ontwikkeling daarvan. De heer Van den Broek is er bepaald geen voorstander van in de huidige situatie de aansturing vanuit Rabobank Nederland te verscherpen. hetgeen ongetwijfeld zou leiden tot een zekere afkalving van de eigen speelruimte van de banken. De ervaring heeft immers geleerd dat onze organisatie het beste functio neert als de banken zelf volledig verantwoordelijk zijn voor hun han delen. "Onze organisatie is niet inge richt voor een centrale besturing; we hebben het gemerkt in de woelige periode aan het begin van de jaren 80; wij hebben de bevoegdheden van de aangesloten banken op het terrein van financieringen toen zelfs ver ruimd, terwijl de handelsbanken de speelruimte van hun kantoordirec teuren juist beperkten. De banken hebben ook toen ade quaat en serieus die extra ruimte ingevuld en we zijn die periode eigenlijk heel goed doorgekomen. Een volwassen benadering! We mer ken het nu ook weer: Rabobank Nederland heeft haar zorg over de kostenontwikkeling goed onderbouwd met de banken bespro ken. Dit heeft ertoe geleid dat wij nu reeds kunnen constateren dat de personeelsgroei in de eerste maanden van 1992 tot staan is gekomen. Het aantal personeelsleden is zelfs terug aan het lopen. Uit de conferenties is echter duidelijk gebleken dat wij er daarmee niet zijn. Wij zullen steeds scherper moeten sturen op onze rentabiliteit. Steeds kostenbewuster worden. En we zullen onze vaardig heden om ons menselijk kapitaal maximaal te benutten, moeten ver groten. Ook in dat licht zal het personeels ontwikkelingsbeleid met nog meer energie moeten worden aangepakt. We hebben op dit terrein nog veel te doen. Vergeet niet dat wij erg goede jaren hebben gekend en dat in die jaren niet altijd even kritisch naar kwaliteit en kwantiteit van het personeel is gekeken. Dat geldt niet alleen voor de aangesloten banken; dat geldt net zo goed voor Rabobank Nederland. Wij hebben daar de afgelopen twee jaar al het nodige aan gedaan. Ik denk dan aan de reorganisatie bij de Accountantsdienst, bij de Centrale Dienst Informatica, bij het Centrale Bankbedrijf. Ook bij het Werkgebied Aangesloten Banken hebben wij plannen ontwikkeld om op een termijn van enkele jaren het perso neelsbestand terug te brengen. Wij gaan daarmee door, maar ook de aangesloten banken hebben op dit terrein nog het nodige te doen." Personeelsontwikkelingsbeleid: houd liet praktisch "Het lijkt misschien een stok paardje, maar personeelsontwikke lingsbeleid is hard nodig. Ik geloof daar in. Ik versta daar heel praktische dingen onder als een goed opleidingsplan, maar dan wel gericht op concrete functies en op basis van concrete afspraken. Ik denk dan ook aan een goed werkend beoordelingssysteem, waar in het management eerlijke oordelen uitspreekt en daar ook afspraken aan koppelt. We moeten daarin conse quenter durven zijn. De gesprekken moeten uitmonden in het aanbieden van nieuwe perspectieven. Als de medewerker in zijn huidige functie problemen krijgt en kansen voor een andere functie d.m.v. bijvoorbeeld een opleiding niet aangrijpt, moet dat niet zonder gevolgen blijven. Waar we ook vanaf moeten is het stellen van extreme eisen bij doorstromende medewerkers. Ik vind het onjuist dat een op zich aanvaardbaar aanbod van de Interne Arbeidsmarkt wordt afgewezen on der het motto dat betrokkene niet aan alle eisen voldoet. We kunnen niet alleen "Cruyffjes" hebben." Opnieuw: de informatiestroom Uit de discussies met de direc teuren zijn, zoals gezegd, veel bruik bare suggesties naar voren gekomen. Er heeft inmiddels een inventarisa tie plaatsgevonden en in de komende tijd zal de neerslag van deze inven tarisatie ook zichtbaar moeten worden in de ondersteuning vanuit Rabobank Nederland. Een centraal thema bij deze knelpunteninventarisatie vormde de informatiestroom waarmee de ban ken worden overspoeld. Hier moet echt iets aan worden gedaan. Er is tevens ruimte voor informele contacten. Bank Bestuurder Ie jaargang nummer 1 pagina 18

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 1992 | | pagina 18