Wat ons
bezighoudt...
Wat ons bezighoudt
Er is niets moeilijker dan het
doen van voorspellingen, vooral
wanneer het om de toekomst
gaat. Dat grapje komt in ge
dachten als zo rond de jaarwis
seling wordt teruggeblikt op de
economische ontwikkelingen in
1991. Het ziet er immers naar
uit dat de economie in ons land
minder problemen heeft ge
kend dan een jaar geleden door
velen werd voorzien.
De gang van zaken binnen de
Rabobankorganisatie bevestigt
dit meevallende beeld. De ech
te rekensommen over 1991
moeten uiteraard nog worden
gemaakt, maar de maandelijks
in dit blad gepubliceerde cijfers
over kredietverlening en toe
vertrouwde middelen bij de
plaatselijke banken geven wel
een indicatie. Die cijfers duiden
erop dat tot en met oktober de
kredietverlening nog weer
meer is gegroeid. De middelen
toename bleef weliswaar iets
achter bij het topjaar 1990,
maar ligt nog altijd op een hoog
niveau. Deze ontwikkelingen
-ook deels toe te schrijven aan
groeiende marktaandelen- zijn
zeker geen signalen van een
sterk verslechterende econo
mie. Voorkomende verschillen
tussen prognose en werkelijk
heid zijn overigens geen reden
om niet serieus met de toe
komst bezig te zijn. De tendens
in verwachtingen is voor bij
voorbeeld bedrijven en over
heid wel degelijk een belang
rijk gegeven bij het uitzetten
van hun koers. Daarom ook is
er in dit nummer ruimschoots
aandacht voor de door Rabo-
bank-economen geformuleerde
'Visie op 1992'.
Coöperatieve verzekeraars
gaan nauw samenwerken
Coöperaties kunnen hun taken ten
gunste van de leden alleen goed ver
vullen als op de marktverhoudingen
een reële invloed kan worden uitge
oefend. Dat betekent dat de omvang
van de markt en de aard van de con
currentie directe gevolgen hebben voor
de schaal en aard van de activiteiten in
coöperaties, aldus hoofddirectievoor
zitter Wijffels van Rabobank Nederland
elders in dit nummer.
Deze stellingname gaat zeker ook
op voor coöperatieve financiële instel
lingen. Voor de bancaire dienstverle
ning is de noodzakelijke schaalgrootte
zonder twijfel aanwezig; als één van de
'grote drie' is de Rabobankorganisatie
nadrukkelijk aanwezig in het Neder
landse bankenlandschap. De recente
aankondiging van Interpolis en de
AVCB-groep (Avéro/Centraal Beheer)
dat zij streven naar een nauwe samen
werking. kan ervoor zorgen dat ook op
verzekeringsgebied de coöperatie een
zwaar gewicht in de marktschaal legt.
De beide samenwerkingspartners
hanteren zelf ook dit argument: 'Inter
polis en AVCB zijn van mening dat de
verzekeringsbedrijven op coöperatieve
grondslag zich in de huidige markt,
waarin sprake is van aanmerkelijke
schaalvergroting, overeenkomstig die
nen te organiseren.' Dat deze combi
natie ook werkelijk een hoofdrol kan
vervullen in de verzekeringswereld, be
wijzen de cijfers. Interpolis en AVCB
kwamen in 1990 samen tot een pre
mie-omzet van bijna f 5,5 miljard,
waarmee ze de op één na grootste
marktpartij zouden zijn geweest.
De samenwerking die de beide ver
zekeraars voorstaan, moet geleidelijk
steeds hechter worden. In eerste in
stantie hebben de aandeelhouders
(waaronder Rabobank Nederland als
aandeelhouder van Interpolis) het
voornemen uitgesproken een minder
heidsbelang in beide verzekeringscon
cerns uit te wisselen. Uiteindelijk wordt
een volledige en gelijkwaardige fusie
voorzien. Een beleidsorgaan, bestaan
de uit leden van de raden van bestuur
van de twee verzekeraars, zal de fusie
voorbereiden. Dit orgaan krijgt ook als
taak het beleid van beide groepen op
elkaar af te stemmen en te zorgen
voor een gecoördineerde aanpak van
de verzekeringsdienstverlening van de
Rabobanken.
Gezien het pluriforme karakter van
de Nederlandse verzekeringsmarkt wil
de combinatie zich overigens niet al
leen richten op afzet via het 'bankka-
naal'. Men acht een brede dienstverle
ning noodzakelijk, waarbij ook het
rechtstreekse cliëntencontact en ande
re distributiekanalen worden toegepast.
De samenwerking is verder nodig
als antwoord op de internationalisering
die de verzekeringswereld evenmin
onberoerd laat. Een sterke positie op
de thuismarkt maakt het mogelijk om
deel te nemen in ontwikkelingen op de
Europese markt. Zowel Interpolis als
AVCB sloten al samenwerkingsover
eenkomsten met Europese (coöpera
tieve) verzekeraars.
De beide verzekeraars toonden zich
bij de aankondiging van hun samen
werking uitermate positief over de ef
fecten van hun stap. 'Door de beoogde
krachtenbundeling van AVCB en Inter
polis zal de belangenbehartiging van
cliënten op het tehrein van verzekerin
gen in binnen- en buitenland, nog be
ter gewaarborgd kunnen worden.'
Meeste vrouwelijke
ondernemers in detailhandel
Vrouwelijke directeuren/eigenaren
vormen in het bedrijfsleven nog steeds
een minderheid. Volgens de meest re
cente NIPO-peilingen is 15% van de
ondernemers in de sector handel, in
dustrie en dienstverlening vrouw. Over
het algemeen betreft het kleinere bedrij
ven: 90% van de vrouwelijke directeu
ren is eigenaar van een onderneming
met minder dan vijf werknemers.
Slechts 3% staat aan het hoofd van een
bedrijf met tien of meer medewerkers.
Bijna de helft van de vrouwelijke on
dernemers is actief in de detailhandel.
Andere branches waarin relatief veel
vrouwelijke directeuren/eigenaren
voorkomen, zijn de zakelijke dienstver
lening en de horeca.
Net als voor het totale midden- en
kleinbedrijf blijkt de Rabobank ook
voor vrouwelijke ondernemers de be
langrijkste financiële partner. In ruim
40% van de gevallen is de kredietco-
operatie de huisbankier van vrouwelij
ke ondernemers.
'Kwaliteit' beloond met
scriptieprijs
Onlangs zijn de jaarlijkse
EIM/Rabobank-scriptieprijzen uitge
reikt. Het Economisch Instituut voor
3 Rabobank 12/91