Hooggespannen Het tweegesprek Ankerslot internationaal Vervolg van komen. Waarbij overigens een opval- pagina 11 lende eensgezindheid in standpunten blijkt. 'De Rabobank heeft vorig jaar op een gegeven moment tegen ons ge zegd: laten we eens samen om de ta fel gaan zitten. Want we zijn in dat be talingsverkeer stom bezig met elkaar, we moeten dat efficiënter aanpakken', blikt Kamminga terug. 'Toen hebben we in het overleg geconstateerd dat we tegen die ideeën eigenlijk niet zo veel bezwaar konden hebben. En de plannen van de Rabobank zijn geruis loos doorgevoerd. Ik wil de Rabobank toch graag het compliment maken dat zij met hun bereidheid tot overleg voor op gelopen hebben. We staan nu, denk ik, aan het begin van een periode met efficiënter betalingsverkeer.' Burghouts: 'Banken hebben wel het verwijt gekregen dat we de kosten van het betalingsverkeer onevenredig wil len laten drukken op de ondernemers. Wat ons betreft is dat zeker niet aan de orde. Het is zo dat ondernemers die goed omgaan met het pakket dat de Rabobank heeft aangeboden, per sal do vaak goedkoper uit zijn. De onder nemer heeft voordeel en de bank heeft voordeel door de lagere verwerkings kosten. Natuurlijk is efficiënt betalingsver keer ook een zaak van de particuliere gebruiker, maar de ondernemer heeft wel een belangrijke rol. Hij bepaalt in veel gevallen hoe de klant moet beta len en bij hem is dus de beste sturing mogelijk naar de goedkopere betaal- vormen. Bovendien zijn ondernemers gewend in kostprijzen en in onderdelen van kostprijzen te denken, waardoor ze er sneller begrip voor zullen hebben wanneer je duidelijk maakt dat het op andere manieren, via andere technolo gieën goedkoper kan.' Imago MKB Voor twee instanties die zo nauw bij het MKB zijn betrokken, is niet alleen de feitelijke positie van de sector van belang, maar ook het beeld dat de sa menleving er van heeft. 'Mede door de inspanningen van het KNOV is inmid dels algemeen bekend dat het midden- en kleinbedrijf eigenlijk de drijvende kracht is onder de hele economie. Aandeel in de produktie, aandeel in de werkgelegenheid, enzovoort. Daarom zijn we ook blij dat we juist in dat seg ment zo sterk vertegenwoordigd zijn', aldus Burghouts. 'Maar het imago blijft achter bij de werkelijke sociaal-econo mische betekenis. En daar kun je hin der van hebben, bijvoorbeeld als het gaat om het invullen van vacatures.' Kamminga: 'Wat imago betreft, ko men we van heel ver. Vroeger was het echt de middenstand, de spruitjesgeur. En dat was ook de uitstraling van de organisaties. Bij het KNOV hebben we een paar jaar geleden gezegd: het is afgelopen met die houding. We treden zelfbewust naar buiten, we willen een echte discussiepartner zijn. Op die ma nier is er heel snel, heel veel veran derd. Niemand zal het meer in zijn hoofd halen om bij belangrijk overleg het KNOV te vergeten. Wij hebben ons op het standpunt gesteld, laten we nou niet zeuren over ons imago. Laten we beginnen om zelf sterker te worden, ons zelf duidelijker te manifesteren. Dat levert op zich al een belangrijke bijdrage aan het ima go.' Overigens is Kamminga ervan over tuigd dat de belangrijkste bijdrage aan het imago kan worden geleverd door de MKB-ondernemers zelf. Via de kwaliteit die ze leveren. 'Natuurlijk, als consumenten klachten hebben over de wijze waarop ze door ondernemers worden behandeld, dan hebben ima gocampagnes geen zin. Op dit punt hebben vooral de branche-organisaties een rol. Acties als "kijk eens wat vaker in de spiegel van de kapper" zijn op het publiek gericht, maar werken ook in de branche zelf motiverend.' RC Vervolg van pagina 15 lijk te realiseren. Door het samenwer kingsverband is dat nu wel goed mo gelijk, onze partner verzorgt namelijk die service.' Voor het samenwerkingsverband in Duitsland heeft Ankerslot vooral geke ken naar de nieuwe markt die zich daar door de eenwording opende. Bo vendien was de Duitse markt voor het bedrijf al niet onbelangrijk. Van der Wal licht zijn keuze eerder dit jaar voor sa menwerking toe: 'Om bij onze ooster buren met een technisch produkt suc cesvol te zijn, ben je haast gedwongen het te germaniseren. Dat wil zeggen dat je het als een Duits fabrikaat moet presenteren, anders wordt het niet ge kocht. Het openen van een eigen vesti ging in Duitsland zou bovendien veel duurder zijn dan de nu gekozen sa menwerking.' Het zoeken naar partners in de ex- DDR heeft Van der Wal bijna geheel zelfstandig gedaan. Slechts zijn ac countant heeft hem bij de voorselectie kunnen bijstaan. De situatie is nu zo dat de Duitse partner met begeleiding en investeringen vanuit Hengelo An- kerslot-produkten voor de Duitse markt maakt. De tijdelijke ondersteuning is nodig vanwege de Oostduitse onwen nigheid met begrippen als marketing, verkoop en service. De verwachtingen voor dit samenwerkingsverband zijn hooggespannen, want met name het vakmanschap is groot, aldus Van der Wal. Over het algemeen is men bij An kerslot positief over de verschillende samenwerkingsverbanden. Toch zijn er wel kanttekeningen te maken. Vooral de afwijkende ondernemerscultuur, bij voorbeeld voor wat betreft betaalge drag, kan vervelend zijn. Van der Wal is wel van mening dat de Nederlandse ondernemers dermate flexibel zijn dat deze bezwaren overkomelijk zijn. Zeker wanneer de informatie over landen, be drijven en financieringsmogelijkheden adequaat is. Voor de banken ziet Van der Wal daar een duidelijke taak. RdK 30 Rabobank 10/91

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1991 | | pagina 30