Volgens de Miljoenennota '92 zit het kabinet boordevol plannen voor het realiseren van de 'heilige' doel stellingen: verlaging van het over heidstekort en van de collectieve las tendruk. Maar wie zich nog de plan nen voor 1991 herinnert, weet dat met de Miljoenennota niet alles is gezegd voor het komend jaar. Want wie repte er in september 1990 over de voor het MKB zo belangrijke afschaffing van de Innovatie-Stimuleringsregeling (Instir) en de Subsidie-Management Ondersteuning (SMO). Om over de WAO-plannen maar niet te spreken. Het overheidsbeleid voor het mid den- en kleinbedrijf is het afgelopen jaar niet ongeschonden gebleven, zo blijkt uit het overboord zetten van de Instir. Gevolg is dat talloze bedrijven met minder dan 100 werknemers niet langer door de overheid gestimuleerd zullen worden om onderzoek en ont wikkeling te verrichten. Terwijl juist gebleken is dat Nederland met zijn technologie-inspanningen internatio naal verder achterop dreigt te raken. En noemde het EIM in 'Kleinschalig Ondernemen 1991' niet vooral de technologische ontwikkelingen als een bedreiging voor het midden- en kleinbedrijf? Afschaffing van instrumenten als de Instir en de SMO (bedoeld om de managementvaardigheden in het klei nere bedrijf te stimuleren) grijpt direkt in op het individuele bedrijf. Maar er zijn zeker ook macro-economische gevolgen. Immers, het MKB vervult een wezenlijke rol in het economische voortbrengingsproces, zowel in struc tureel als in conjunctureel opzicht. Laten we geen kansen onbenut door het MKB niet optimaal te laten werken Moeten er geen oplossingen worden gevonden voor problemen op terreinen als arbeidsvoorziening (het MKB heeft het grootste aantal moeilijk vervulbare vacatures), technologie, in formatie over markten, organisatie vermogen etc. Daarmee zullen de macro-economische uitkomsten gun stiger worden. We verwachten dat het MKB de minst voorspoedige periode sinds de recessie aan het begin van de jaren tachtig tegemoet gaat. Na een matige produktiegroei in 1991 van 3% wordt voor 1992 door het EIM een groei van maar 2% verwacht, terwijl in de perio de 1987-1990 het jaarlijkse groeicijfer van de produktie circa 5% bedroeg. Door de bij het grote bedrijfsleven achterblijvende arbeidsproduktiviteits- ontwikkeling zullen de midden- en kleinbedrijven opnieuw het leeuwe- deel van de werkgelegenheidscreatie prof.drs. J.G. Vianen voor hun rekening nemen. In absolute zin zal het aantal nieuwe banen ech ter schamel zijn. In 1991 creëert het MKB nog 42 000 nieuwe banen (op een landelijk totaal van 90 000). In 1992 zal dit aantal nieuwe banen in het MKB sterk zijn gereduceerd tot 12 000 (op een totaal van niet meer dan 15 000 nieuwe banen). De afnemende groei is voorname lijk toe te schrijven aan de binnen landse bestedingen. De groei van de -voor het MKB zo belangrijke- con sumptieve bestedingen daalt bedui dend. De binnenlandse investerings- vraag neemt zelfs af en de toeleverin gen aan andere bedrijven zullen min der groeien. Op de buitenlandse markt wordt voor het MKB een gelijk blijvende groei verwacht: mindere ont wikkelingen in Duitsland kunnen wor den gecompenseerd door de aantrek kende conjunctuur in de V'S, het Ver enigd Koninkrijk en verschillende an dere Europese landen. De winsten in het MKB zullen on der druk staan. Er is sprake van een matige ontwikkeling van de winsten uit ondernemingen. De zelfstandigen die veelal de kleine bedrijven runnen, komen in 1991 noch in 1992 toe aan een reële inkomenstoename. Het overheidsbeleid is er nu op ge richt zoveel mogelijk WAO-ers in het bedrijfsleven aan de slag te krijgen respectievelijk om ziekteverzuim en WAO-toetreding tegen te gaan. Gege ven de hiervoor beschreven ontwikke lingen in het MKB moeten we consta teren dat het economisch tij voor dit nieuwe beleid niet mee zit. De con juncturele afzwakking maakt het moeilijk om meer werklozen en ar beidsongeschikten aan de slag te krijgen en om de sociale premiedruk te verminderen. Voor 1992 voorspelt het Centraal Planbureau een toename van het aantal geregistreerde werklozen met 20 000 personen. En ondanks nieuw beleid voor WAO en A WW mag wor den verwacht dat de WAO/AWW-in stroom voorlopig -mogelijkerwijs wel in een lager tempo- nog zal doorgaan. Er liggen zeker mogelijkheden voor de opname van WAO/A WW-ers in het MKB. maar het zal ondanks de in het vooruitzicht gestelde subsidies niet gemakkelijk gaan. Wel zullen bedrij ven door de aangekondigde boetes (malus) minder snel personen in de WAO laten vloeien. Trouwens ook de ontslagprocedures ten aanzien van arbeidsongeschikten zijn aanzienlijk aangescherpt. In 1990 zijn er 93 000 WAO/AWW-ers weer opgenomen in het produktieproces. Een aantal dat zal moeten toenemen in de komende jaren, maar waarvoor de vacature ruimte beperkt is. De huidige WAO-plannen leveren nog enige andere problemen op. Zo zal de werving van bijzondere catego rieën arbeidskrachten kritisch worden uitgevoerd in verband met mogelijke toekomstige ziekterisico's. Het is aan nemelijk dat de arbeidsproduktiviteit in het MKB verder nadelig wordt beïn vloed door de instroom van 'minder gezonde' arbeidskrachten. De plaats baarheid van deze werknemers zal bij aanvang of bij latere afzwakking van de gezondheid beperkter zijn, met name omdat het MBK een beperkt aantal functies kent die bovendien breed van inhoud zijn. Bij het grootbe drijf zijn de functies specialistischer en is er mogelijk een grotere kans om tot interne (her)plaatsing te komen. Het grote probleem op de arbeids markt is en blijft voorlopig dat er he laas niet voldoende werk voor ieder een is die dat wenstAfstoting van minder bekwame of geschikte men sen naar welk sociaal vangnet dan ook zal doorgaan, tenzij we bereid zijn om met een lagere arbeidsproduktivi- teitsgroei en een daarbij behorende lagere loonstijging genoegen te ne men. De auteur is directeur algemeen MKB-onderzoek van het Economisch Instituut voor het Midden- en Kleinbe drijf en bijzonder hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Brabant. Bijdra gen in deze rubriek verwoorden de visie van de auteur en hoeven dus niet het standpunt weer te geven van de Rabobankorganisatie.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1991 | | pagina 18