Vrouwelijke
ondernemers
niet meer weg
te cijferen
Vrouwelijke ondernemers
Wanneer in Nederland gesproken wordt over
ondernemers, dan wordt er meestal gedacht
aan mannen. Toch nemen vrouwelijke
ondernemers een steeds belangrijkere plaats
in in de Nederlandse economie. Dat geldt
zowel voor de zelfstandig ondernemende
vrouwen als voor de vrouwen die mede
ondernemer zijn samen met hun echtgenoot.
Ze stuiten overigens wel op problemen waar
hun mannelijke collega's veel minder last van
hebben.
Een kwart van de
Nederlandse onderne
mers is vrouw.
In 1988 deden KNOV en NIPO een
omvangrijk onderzoek naar 'de vrouwe
lijke (mede-)ondernemer'. Het ging
toen om een verschijnsel in opkomst,
waar veel aandacht voor was. De parti
cipatie van vrouwen in het arbeidspro
ces was in Nederland niet al te hoog en
men vroeg zich af, of het aandeel van
vrouwen in de ondernemerswereld ook
zo gering was. Volgens dat onderzoek
werd 1 op de 6 bedrijven geleid door
een vrouw. In de ons omringende lan
den was dat aandeel, ongeveer een
kwart, veel hoger. Inmiddels zijn we
een aantal jaren verder en blijkt dat ons
land een veel groter aantal zelfstandige
vrouwelijke ondernemers telt, terwijl on
der de mede-ondernemers het aantal
vrouwen licht is gestegen. Volgens de
meest recente cijfers van het CBS zijn
er 184 000 zelfstandige vrouwelijke on
dernemers. Dat betekent dat nu circa
een kwart van de ondernemers in Ne
derland een vrouw is. Mede-onderne
mer zijn ongeveer 200 000 vrouwen,
met name in het MKB en in de land- en
tuinbouw. De cijfers geven dus over de
gehele linie het beeld van niet geringe
stijging, waarbij wel moet worden opge
merkt, dat een groot deel van de on
dernemende vrouwen niet full-time
werkt. Een belangrijke factor in de Ne
derlandse economie vormen de vrou
welijke ondernemers echter zeker.
Verheugende ontwikkeling
In het midden- en kleinbedrijf zijn de
meeste vrouwelijke ondernemers ac
tief. Binnen de ondernemersorganisa
ties KNOV en NCOV opereren dan ook
aparte eenheden voor de belangenbe
hartiging van de vrouwelijke onderne
mers. Het KNOV kent de Stuurgroep
Vrouw en Onderneming, het NCOV de
Vrouwenraad. Beide organisaties zijn
verheugd over de ontwikkeling van het
aantal vrouwelijke ondernemers. Me
vrouw drs. W. Boonstra, secretaris van
de NCOV-Vrouwenraad, voegt daar
echter aan toe: Het is te gemakkelijk
om nu al te spreken van acceptatie
van de vrouwelijke ondernemer. Er
moeten nog steeds veel weerstanden
overwonnen worden. Het rolbevesti-
gend gedrag van mannen én vrouwen
is nog steeds aanwezig. De keuze
voor betaalde arbeid, een beroepsge
richte opleiding en zeker ook voor een
eigen onderneming ligt nog niet voor
alle vrouwen voor de hand. Veel vrou
welijke ondernemers spreken bij de re
den voor hun ondernemerschap dan
ook van toevallige omstandigheden,
het wegvallen van hun man bijvoor
beeld.'
Mevrouw G. Eertink, vice-voorzitter
van de KNOV-stuurgroep Vrouw en
Onderneming en zelf ondernemer,
noemt als knelpunt de waardering voor