Inzet alle betrokkenen voor doelmatig betalingsverkeer Betalingsverkeer Gebruikersorganisaties en de Nederlandse banken hebben recent overeenstemming bereikt over maatregelen om de doelmatigheid van het betalingsverkeer te bevorderen. De afspraken zijn gericht op verlaging van de kosten van het betalingsverkeer. Om dat doel te bereiken zijn -ook in de ogen van de gebruikersorganisaties tarieven niet langer onbespreekbaar. De gezamenlijke intentieverklaring sluit goed aan op het beleid dat de Rabobankorganisatie al enige jaren in praktijk brengt. Begin vorig jaar kwam de discussie over de kosten van het betalingsver keer in een stroomversnelling. Er circu leerden geruchten over het invoeren van tarieven aan particulieren. In april maakte de Rabobank een totaalpakket van maatregelen voor zakelijke cliën ten bekend. Andere banken kondigden tarieven op termijn aan. In reactie daarop drongen gebruikersgroepen aan op overleg. Zij wilden meer inzicht in de kosten- en opbrengstenontwikke ling van het betalingsverkeer. Nadat duidelijk werd dat banken en gebruikers niet tot elkaar konden ko men, namen de minister van Financiën en de staatssecretaris van Economi sche Zaken actie om de betrokken par tijen alsnog tot overleg te bewegen. Zij dienden zich met name te buigen over de vraag hoe de doelmatigheid van het betalingsverkeer zou kunnen worden bevorderd. Na een serie gesprekken met alle partijen kwamen de bewindslieden tot de conclusie dat de meningen over een aantal aspecten gelijkluidend wa ren. Zo was men het er over eens dat een doelmatiger betalingsverkeer een algemeen belang is. Mede op grond van de inventariserende gesprekken kwam de overheid met een aantal uit gangspunten voor het overleg. Een eerste uitgangspunt was en is dat iedereen gebaat is bij solide en rendabele banken. Een kostendekkend betalingsverkeer is daarbij een be langrijk ijkpunt. De overheid beaamde dat een beter inzicht nodig is in kosten en baten. Ook werd aangegeven dat invoering van gedifferentieerde tarie ven een mogelijk instrument is om tot een grotere efficiency te komen. Wel dient het betalingsverkeer een lage toegangsdrempel te houden. Als hoge re tarieven nodig zijn, dan moeten deze geleidelijk worden ingevoerd. Een laatste stelling die de bewindslie den meegaven aan de gesprekspart ners, luidde: noodzakelijke samenwer king bij de infrastructuur van het be talingsverkeer baat iedereen, maar dat mag concurrentie tussen de banken niet in de weg staan. Goedkope betaalvormen stimuleren Op basis van deze uitgangspunten traden de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en organisaties van za kelijke en particuliere gebruikers met el kaar in overleg. Niet ontkend kan wor den dat er voor de meeste betrokkenen enkele moeilijk te accepteren punten in de stellingen waren opgenomen. Toch slaagden partijen er op 15 mei in over eenstemming te bereiken over een pak ket van aanbevelingen, die inmiddels ter fiattering zijn voorgelegd aan de respectievelijke achterbannen. De aanbevelingen, die zijn vervat in een intentieverklaring, zijn gericht op het terugdringen van de kosten van het betalingsverkeer, met name door ge bruikers te stimuleren van dure betaal vormen over te stappen naar goed kopere. Tevens is vastgesteld dat con- currentiële tarifering een belangrijk in strument kan zijn om de doelmatigheid te bevorderen. Nu nog worden de kosten van het betalingsverkeer voor een belangrijk deel indirect gedekt, dat wil zeggen uit de rentewinst die de banken maken op de rekeningsaldi. Dat is echter een zeer onzekere inkomstenbron, omdat de rentestand fluctueert. Daarom gaat de intentieverklaring ervan uit dat moet worden overgegaan naar een directe dekking van de kosten, dus naar het hanteren van tarieven voor verleende diensten. Vertrekpunt is dat de kosten van het betalingsverkeer zo laag mogelijk ho ren te zijn. De banken zullen dan ook Betaling van een abonnement of van de energierekening per incasso kost minder dan gebruikmaking van een acceptgiro. 13 Rabobank 6*7/91

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1991 | | pagina 13