'La douce France
op weg naar
moderne
zakelijkheid
Frankrijk 'en profil'
De Franse economie ondergaat de laatste
jaren duidelijke accentverschuivingen. De
grote toewijding voor de eigen, gesloten
markt maakt plaats voor een toenemende
Europese oriëntatie, wat gepaard gaat met
het afbreken van marktbelemmeringen. In het
economisch beleid kregen prijsstabiliteit en
modernisering van het bedrijfsleven een
centrale plaats. En hoewel Parijs vooralsnog
het belangrijkste economische centrum blijft,
is in een aantal Franse regio's sprake van een
opvallende ontwikkeling.
Nieuwbouw bij het Pa-
rijse Louvre. Een sym
bool voor de invloed
die de moderne zake
lijkheid krijgt op de
Franse samenleving?
Al jarenlang is Frankrijk voor Neder
landers de meest populaire vakantie
bestemming. De Fransen op hun beurt
nemen jaarlijks grote hoeveelheden
Nederlandse produkten af. Dit veron
derstelt een hechte relatie. Toch lijkt de
economische verstandhouding dikwijls
beter dan de politieke en maatschap
pelijke relatie. Er zijn nogal wat rancu
nes uit het verleden, die zich als voor
oordelen hebben vastgezet. De Franse
slag en de Nederlandse krenterigheid,
bijvoorbeeld.
Maar met het vervagen van de na
tionale grenzen en de toenemende
economische verwevenheid is het aan
nemelijk dat ongenuanceerde menin
gen verder zullen slijten. Voor zover de
eigenaardigheden voortvloeien uit een
verschil in cultuur, is het overigens te
wensen dat ze voor een kleurrijk Euro
pa behouden blijven.
De economieën zullen zich steeds
meer conformeren aan de eisen van
de gezamenlijke Europese markt. Ook
in Frankrijk zijn in verband hiermee de
bakens duidelijk verzet. De al te grote
toewijding die men lange tijd voor de
eigen binnenmarkt had, heeft plaatsge
maakt voor een toenemende interna
tionale aandacht, in het bijzonder voor
de Europese interne markt.
In de beginjaren van de Europese
samenwerking waren de Fransen zeer
actief en geïnspireerd betrokken bij het
op gang brengen van het integratiepro
ces. Met de totstandkoming van de
EG-douane-unie en de groei in welvaart
verbleekte het idealisme echter. Het na
tionale zelfbewustzijn leefde meer op,
zo ook de nationale eigenzinnigheden.
Geen lidstaat bleef hiervan vrij.
Frankrijk kwam in deze tijd meer en
meer in de duale positie van een natie
die voor alles internationaal onafhan
kelijk wilde zijn. maar tevens actief lid
van de EG wenste te blijven. 'Wat
goed was voor Frankrijk, was tevens
goed voor de EG'. Deze drang naar
'grandeur', vooral uitgedragen door
Generaal de Gaulle, gaf irritaties bij de
overige lidstaten. De vooroordelen be
gonnen op te bloeien.
Het beeld van eigenzinnige en on
berekenbare Fransen zette zich vast,
maar feitelijk was de Franse slag effec
tiever dan velen dachten. In de periode
1960-1973 presteerde Frankrijk econo
misch gemiddeld beter dan Nederland
(zie ook tabel). Economische groei,
werkgelegenheid, prijsstabiliteit, over
heidsbegroting en betalingsbalans wa
ren beter dan bij ons. De Fransen had
den zelfs een grotere produktiviteitsstij-
ging!
Daarna ging het echter tien jaar
mis: de internationaal moeilijke jaren
zeventig. In deze jaren werd Frankrijk
synoniem voor hoge werkloosheid,
veel inflatie en een zwakke munt,
6 Rabobank 5/91