Frankrijk 'en profil'
Merken in de landbouw
Vervolg van ren, zijn die rond het Centraal Massief,
pagina 8 Ondanks de regionalisatie blijft Parijs
en omstreken, het lle de France, voor
alsnog het absolute economisch cen
trum van Frankrijk. Hier wordt een
kwart van het nationaal produkt gege
nereerd. Een echte decentralisatie zal
daarom nog ettelijke jaren duren.
Naar grotere zakelijkheid
Ook nu nog kan men bij verblijf in
Frankrijk een gevoel van tijdloosheid
krijgen, waarbij het culinaire een di
mensie aan het genoegen toevoegt.
Het is niet voor niets dat Frankrijk
mede door het toerisme de tweede
dienstenexporteur ter wereld is. De tij
den veranderen echter. De Franse
economie onderging de laatste tien
jaar duidelijke accentverschuivingen,
waarbij in tegenstelling tot de jaren ze
ventig prijsstabiliteit en modernisering
van het economisch apparaat een cen
trale plaats in het economisch beleid
kregen. Hiertoe moesten marktbelem- -
meringen worden afgebroken en de
confrontatie met de buitenlandse con
currentie tot een uitdaging worden.
Deze ontwikkeling strookte met het
streven de interne Europese markt nu
eindelijk eens waar te maken. Maar
verdere integratie staat haaks op het
centrale denken dat de Franse verhou
dingen zolang bepaalde. Het hield re
gionaal Frankrijk onder de duim en
zorgde voor behoud van het rurale ka
rakter. Dit alles is duidelijk aan het ver
anderen. Onder invloed van de Euro
pese eenwording zal er meer wel
vaartsspreiding naar de Franse regio's
plaatsvinden. Er is dan een gerede
kans dat de genoeglijkheid in menige
regio gestaag zal worden vervangen
door grotere zakelijkheid.
Vervolg van pagina 25
door ze de aandacht volledig konden
richten op de ontwikkeling van consu-
mentenprodukten.
Sinds ook de Nederlandse zuivelin
dustrie door de melkquotering zich niet
meer hoeft te buigen over de verwer
king van een alsmaar wassende
stroom melk, is zij met een forse
inhaalslag bezig. We zien onder meer
dat de zuivelindustrie de laatste tijd
meer reclame maakt voor haar eigen
melk, hoewel ze in het melkkoelvak
nauwelijks concurrentie te duchten
heeft. Flierdoor wordt de naamsbe
kendheid van bijvoorbeeld Campina-
Melkunie en Coberco echter enorm
vergroot. Deze naamsbekendheid
wordt gebruikt in de rest van het koel
vak, waar de produkten liggen die wel
concurrentie ondervinden.
Met de verse melk en yoghurt heb
ben de Nederlandse 'zuivelaars' in de
supermarkt een paar flinke reclamezui
len die hun een voorsprong bieden. Dit
voordeel zal zeker benut worden in de
belangrijkste zuivelmarkt, te weten die
van kaas. De afzetgroei in de kaas
markt komt bijna geheel voor rekening
van de nieuwe kaassoorten en mer
ken. De Leerdammer (van Wessanen)
-een van de merknamen voor de nieu
we kaassoort Maasdammer- is hiervan
een goed voorbeeld. Ook Mon Chou
(van Campina-Melkunie), in een kaas
segment waar Nederland traditioneel
minder sterk vertegenwoordigd is, is
een succesnummer, evenals Westlite
(van Westland).
De pluimveevleeswereld heeft van
af het begin van de jaren tachtig het
roer omgegooid. Door van eenvoudige
diepvrieskuikens om te schakelen op
verse delen, trad in die markt een ster
ke diversificatie op. De merkontwikke
ling is nochtans bescheiden, een ge
geven waar de gehele vleessector voor
alsnog mee kampt. Ook de eiersector
heeft een zekere diversificatie onder
gaan in de vorm van met name schar
releieren. De moeilijkheid is echter dat
eieren een zeer homogeen produkt zijn
en geen enkele handelaar een domi
nante aanbodpositie in de markt heeft.
Daarom worden bij eieren met name
pogingen ondernomen om merken op
te bouwen op grond van expressieve
produkteigenschappen.
In de roodvleeswereld zijn onlangs
forse bewegingen ontstaan. Ook hier is
het de moeilijkheid dat vlees vanaf de
slachterij een nog vrij homogeen pro
dukt is. Bovendien is verschil in feitelij
ke kwaliteit vaak moeilijk te herkennen
door de consument. Het handhaven
van een constante kwaliteit vereist een
enorme inspanning van de producen-
30 Rabobank 5/91
ten in procesbewaking door de gehele
produktiekolom. Daarnaast was tot
voor kort de slachterijsector nog be
hoorlijk versnipperd.
Nu komen de grote concerns met
de eerste stappen op weg naar merk-
vlees. Ze hebben zich terdege voorbe
reid om de kwaliteit ook te kunnen
waarmaken, in tegenstelling misschien
tot Duitsland waar te pas en te onpas
vlees werd voorzien van een etiket
zonder de vereiste kwaliteitsbewaking.
Voor varkensvlees zijn er inmiddels on
der meer de merken Good Farming
(Coveco), Het Gulle Varken (Hendrix)
en Programmavlees (Encebe). In de
rundvleessector is de ontwikkeling van
groots opgezette merkvleesprogram-
ma's nog moeilijker dan in de varkens
sector wegens de grote diversiteit in
het aanbod van slachtrunderen.
Produkten herkenbaarder
Met de verdere ontwikkeling van
merken in de landbouw worden de pro
dukten herkenbaarder voor de consu
ment. Flierdoor kunnen de feitelijke
maar ook de subjectieve kwaliteiten
beter tot uiting komen en kunnen die
kwaliteiten ook van een specifiek prijs
kaartje worden voorzien. Bovendien
leidt een goede merkbekendheid vaak
automatisch tot een grotere expressie
ve waarde, dus tot een grotere toege
voegde waarde. Dat komt de rentabili
teit in de gehele landbouw ten goede,
want waar het geld tenslotte in de pro
duktiekolom ook precies terecht komt,
het moet wel aan het eind ervan ver
diend worden'
