In het buitenland richt de SSR zich vooral op het bevorderen van het coöperatieve kre dietwezen in ontwikke lingslanden. activiteiten van de stichting nadrukke lijk op projecten in het buitenland. Vooral de bevordering van het coöpe ratieve kredietwezen op het platteland in ontwikkelingslanden krijgt veel aan dacht. De SSR is in tal van landen be trokken bij een groot aantal projecten, die alle als kenmerk dragen dat ze kleinschalig zijn en een grote betrok kenheid kennen van personen en in stellingen in de private sfeer. De be moeienis van de SSR beperkt zich niet tot financiële ondersteuning, in veel gevallen wordt ook bemiddeld in de overdracht van kennis. Vaak strekt de betrokkenheid zich uit over een lange re periode, hoewel het uiteraard de be doeling is dat de projecten uiteindelijk op eigen benen kunnen staan. Het is niet waarschijnlijk dat de in ternationale activiteiten van de SSR binnen afzienbare tijd overbodig zullen worden. Zo doemt met de veranderin gen in Oost-Europa een nieuw werkge bied op, waarbij echter moet worden geconstateerd dat het ontbreken van een infrastructuur en een maatschap pelijk draagvlak een groot struikelblok vormt voor het ontwikkelen van een coöperatief, agrarisch kredietwezen. Dat noodzaakt de SSR vooralsnog tot terughoudendheid. In de 'traditionele' ontwikkelingslanden zal de behoefte aan steun door de recente internatio nale ontwikkelingen (economische re cessie, Golfoorlog) zeker niet vermin deren. Toekomst recreatieve sector zonnig, mits De recreatieve sector in ons land heeft het tij mee. Nederlanders beste den steeds meer geld aan vrijetijdsbe steding, terwijl het aantal buitenlandse bezoekers groeit. Gevolg is dat de re creatieve bestedingen in Nederland in middels zijn opgelopen tot circa f 20 miljard per jaar, waarvan verreweg het grootste deel wordt uitgegeven in de horeca. Toch is het geen automatisme In Memoriam J.C. van Lanschot In de vroege paasmorgen overleed na een moedig gedragen ziekte de heer Jan Cees van Lanschot. De heer Van Lanschot was voorzitter van de Raad van Bestuur van F. van Lan schot Bankiers NV. Een bank waar van tot voor kort de Rabobankorgani- satie groot-aandeelhouder was. Maar dat is niet de belangrijkste reden om hem in ons Rabobankorgaan te her denken. Die is gelegen in het feit dat Jan Cees van Lanschot niet alleen zakelijk, maar ook vriendschappelijk een sterke binding met onze organi satie voelde. Dat gevoel bestond voor degenen in onze organisatie, die met hem hebben samengewerkt ook ten opzichte van zijn persoon. Jan Cees van Lanschot was in ve lerlei opzicht een bijzonder mens. Dat kwam met name tot uiting in zijn ge voel voor de kunst, zijn trouw aan zijn vrienden en het non-conformisme dat hij bij de keuze van zijn vrienden en de kunst aan de dag legde. Wij - de 'herenboeren' van de Ra- bobankorganisatie zoals hij ons graag betitelde - herdenken zijn persoon en zijn werken met eerbied en dankbaar heid. Verschuer dat ieder bedrijf in de recreatieve sec tor meeprofiteert van deze gunstige ontwikkelingen, waarschuwde hoofddi rectielid drs. RM. Burghouts van Rabo bank Nederland onlangs tijdens een toespraak voor het Nederlands Bureau voor Toerisme. De kwaliteit van het in dividuele ondernemerschap zal in hoge mate bepalen of inderdaad spra ke is van een goed toekomstperspec tief. Burghouts plaatste enkele kritische kanttekeningen bij de positie van de recreatieve sector. Zo heeft de Rabo bank, die bijna de helft van de recre atieve en horeca-ondernemers als klant heeft, geconstateerd dat de ver mogenspositie van bedrijven in deze sector veelal aanzienlijk ongunstiger is dan die in andere bedrijfstakken. Die relatief zwakke financiële situatie kan verbeteren als weloverwogen investe ringskeuzes worden gemaakt en als gewerkt wordt op basis van een goed marketingplan. Het is noodzakelijk dat ondernemers een helder inzicht heb ben in het uitgavenpatroon van consu menten. Ook moeten ze zich realise ren dat de door hen aangeboden voor zieningen moeten concurreren met an dere uitgaven voor vrijetijdsbesteding (inclusief de aanschaf van mountain bikes, CD-spelers e.d.). De kleinschaligheid van de recre atieve sector is een pluspunt; door de vele kleine bedrijven is sprake van een gevarieerd produktaanbod. Een voor deel is ook de grote instroom van jon ge, innovatieve ondernemers. Samen werking met collega's en met onderne mers in aanpalende bedrijfstakken (zoals vervoerders en detailhandel) kan een extra dimensie toevoegen. 'Als deze pluspunten kunnen worden gekoppeld aan een goede beleidsma tige aanpak, dan ziet de toekomst voor de gehele sector er zonnig uit', aldus Burghouts. 4 Rabobank 4/91

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1991 | | pagina 4