Boeren in
Nederland in de
jaren negentig
-
V- - v---a... - *-z
Agrarische ontwikkelingen
De agrarische sector in ons land is volop in
beweging en dat zal de komende jaren zeker
zo blijven. Voor een belangrijk deel is dat toe
te schrijven aan ontwikkelingen in de
omgeving waarin boeren en tuinders
functioneren. Daarbij valt te denken aan het
Europese landbouwbeleid, de invloed van het
milieubeleid en de ontwikkelingen in het
consumentengedrag. Het zal veel
ondernemerschap van de agrariërs vragen om
in te spelen op deze ontwikkelingen en de
juiste afstemming te vinden met de overige
ondernemingen in de bedrijfskolom.
Niettemin zijn er voor de agrarische sector in
Nederland, gezien de gezonde
uitgangssituatie, gunstige perspectieven.
Hiervoor is wel een uiterste marktgerichtheid
in alle geledingen van de produktiekolom
noodzakelijk.
De agrarische sector
gaat een tijdperk van
versnelde herstructu
rering tegemoet.
Het Europese landbouwbeleid heeft
de laatste tijd vooral in de belangstel
ling gestaan in het kader van het
GATT-overleg over een vrijere wereld
handel in (onder meer) landbouwpro-
dukten. Maar er zijn tal van andere re
denen om er rekening mee te houden
dat ingrijpende aanpassingen van het
gezamenlijke landbouwbeleid onaf
wendbaar zijn. Elders in dit blad (zie
pagina 12) wordt uitgebreid ingegaan
op die redenen en op de meest voor
de hand liggende vormgeving van het
beleid in de jaren negentig. De alge
mene conclusie ten aanzien van deze
ontwikkelingen is dat uitgegaan moet
worden van lagere garantieprijzen, die
- in de Nederlandse situatie - slechts
beperkt gecompenseerd zullen kunnen
worden door andere maatregelen.
Milieubeleid
Niet alleen in Brussel, maar ook in
Den Haag staat de agrarische sector
volop in de belangstelling. Hier gaat
het met name om het milieubeleid dat
tot doel heeft om op termijn de milieu
belasting die ontstaat bij agrarische
produktie, te minimaliseren. Dit vereist
het gebruik van toegevoegde technie
ken, dus extra investeringen, maar ook
-?r Wm
-V.
/Sv-*. ***-• 'i-s.-:"" i
-
-VL V-,
CS
-- T -t --
- -.H - x*t- -
Ir. J.J.G. Geurts
Bedrijfstakonderzoek
verandering van produktieprocessen.
Voor de agrarische sector is het van
groot belang dat het beleid dusdanig
wordt vormgegeven dat structurele
ontwikkelingen mogelijk blijven. Vanuit
die optiek is een beleid van heffingen
en subsidies, dus marktwerking, te ver
kiezen boven een beleid van strikte re
gelgeving. Om het milieubeleid in die
richting te sturen is het noodzakelijk
dat de agrarische sector op dit punt
een meer actieve houding aanneemt.
De huidige opstelling leidt ertoe dat de
sector als geheel een 'anti-milieu-ima-
go' krijgt. Dit doet geen recht aan het
feit dat zowel in de primaire sector als
in de toeleverende en verwerkende in
dustrie thans vele initiatieven genomen
worden om de milieuproblematiek op
te lossen.
Het negatieve milieu-imago valt sa
men met de berichtenstroom over
hoge landbouwuitgaven in Brussel,
fraude met landbouwsubsidies, ma-
nagementproblemen op het Ministerie,
ethische vragen met betrekking tot het
gebruik van biotechnologie en het wel
zijn van dieren. Dit alles leidt ertoe dat
de agrarische sector in toenemende
mate te maken krijgt met een zoge
naamd legitimatieprobleem; de samen
leving plaatst steeds meer vraagtekens
bij de aard van de agrarische produktie
en de agrarische bedrijfsvoering. Hier
door ontstaat een politiek draagvlak
voor verstrekkende beknellende regel
geving met betrekking tot de omvang
en de wijze van de agrarische produk
tie. Om te voorkomen dat dit legitima
tieprobleem zich verder ontwikkelt, is
het noodzakelijk dat de agrarische sec
tor een actieve houding ten aanzien
van de milieuproblematiek aanneemt
en de consequenties daarvan onder
ogen ziet.
Consumentengedrag
Het consumptiepatroon van voe
dingsmiddelen is voortdurend aan ver
andering onderhevig. De verschuivin
gen in consumptiepatronen volgen el
kaar steeds sneller op. Op dit moment
wordt het consumptiepatroon van voe
dingsmiddelen vaak weergegeven met
de termen gezond, gevarieerd, gedis
tingeerd en gemakkelijk. Dit betekent
onder meer dat een toenemend ge
deelte van het voedsel in verder be
en/of verwerkte vorm wordt geconsu
meerd.
De consument besteedt steeds
meer aandacht aan de kwaliteit van de