Wereldeconomie 1991: overaanbod van onzekerheden Visie op 1991 Sombere geluiden over de economische toekomst zijn steeds vaker te beluisteren. De toch al voorziene conjuncturele terugval zou door de gebeurtenissen in het Midden-Oosten ernstiger vormen aannemen. Voor de Westeuropese economieën hoeft de groeivertraging overigens geen verontrustende proporties aan te nemen, wanneer het Golfconflict op bevredigende wijze wordt opgelost. In alle onzekerheid lijkt één ding zeker: de rente zal voorlopig op een hoog niveau blijven. Dit zijn conclusies uit de brochure 'Visie op 1991', die het directoraat Financiële Markten van Rabobank Nederland dezer dagen aan haar institutionele relaties presenteerde. De economische ont wikkelingen zouden toch al wat minder zijn; onverwachte ge beurtenissen hebben deze tendens ver sterkt. Onverwachte gebeurtenissen con fronteren ook economen met het gege ven dat hun voorspellingen altijd voor waardelijk zijn. Dat werd ook het afge lopen jaar weer duidelijk. In het begin van 1990 kondigden de regeringen van de beide Duitslanden de vorming van een monetaire unie aan. In oktober was de economische, financiële en staatkundige eenwording al een feit. Tot augustus waren wereldwijd de ge beurtenissen in het thans verenigde Duitsland overheersend voor de rente ontwikkeling. Toen viel Irak Koeweit binnen en ontstond de Golfcrisis, met als gevolg scherp stijgende olieprijzen, versneld inzakkende beurzen en oplo pende (kapitaalmarkt)rentes. De Duitse eenwording en de Iraak- se inval hadden in 1990 belangrijke in vloed op zowel de internationale poli tieke verhoudingen als op het interna tionale economische klimaat. Zo leidde het samengaan van de beide Duitslan den niet alleen tot een rentestijging, maar ook tot een toenemende invoer- groei vanuit de omliggende Westeuro pese landen. De Golfcrisis sloot hierop aan met een verdubbeling van de olie prijzen en een toename van de onze kerheden. Ongeacht de effecten van de Duitse eenwording en het Golfconflict was het reeds duidelijk dat na acht jaar van on onderbroken groei de wereldeconomie wat minder zou expanderen. Het infla tiegevaar was nog alom aanwezig, ter wijl de toenemende kapitaalbehoeften werden geconfronteerd met onvol doende besparingen. De monetaire autoriteiten hielden daarom de teugels strak, waardoor de korte rente op een hoog niveau bleef. Voor de meeste van hen is er vooralsnog weinig ruimte om de thans optredende conjunctuurver traging in hun monetaire beleid vol doende tegenwicht te geven, ook al zijn de reële rentestanden historisch gezien inmiddels hoog. Een weinig veranderd internationaal rentebeeld biedt zich zodoende voor 1991 aan. De ontwikkelingen in Nederland zijn niet los te zien van wat er elders in de wereld gebeurt. Het startpunt van de 'Visie op 1991ligt dan ook bij de ver wachtingen voor de belangrijkste we reldeconomieën. Verenigde Staten Het zwakst zijn de vooruitzichten voor de Verenigde Staten. Het in 1988 begonnen tragere verloop van de eco nomische groei bestendigde zich in 1990. In de loop van het derde kwar taal verslechterde het beeld zodanig dat voor het jaar als geheel nog slechts van een economische groei van maximaal 1% wordt uitgegaan. De 6 Rabobank 12/90

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1990 | | pagina 6